AlbumsFeatured albumsRecensies

Beire Kort #38

Het aantal albums dat wekelijks verschijnt, is meedogenloos groot. Daarom is het onmogelijk om alles binnen de correcte tijdspanne van een degelijke review te voorzien. Gelukkig hebben we daarvoor een oplossing ontwikkeld in de vorm van ‘Beire Kort’. Reviews van in de voorbije maanden verschenen albums die we nog niet recenseerden, en dat in één alinea. Deze editie is alweer de 38ste en de laatste van 2022. In deze review onder andere recensies van Chat Pile, Ezra Collective, Natalia Lafourcade, Personal Trainer en Lyves.

R.A.P. Ferreira – 5 to the Eye with Stars (★★★★)

Artrapper R.A.P Ferreira, die een ijzersterke reputatie in de abstracte hiphop onder de naam milo heeft, brengt weer een miniplaatje uit. Wat hij misschien nog meer begrijpt dan de meeste hiphopgenoten, is dat een kort ep-achtig album, volgepropt met de meeste essentiële nummers, je op het einde van de rit nog het meeste bijblijft. Gedenkwaardigheid ligt bijgevolg niet in ellenlange albums met eindeloze deluxe-edities. Net zoals op het al even sterke The Light Emitting Diamond Cutter Scriptures van vorig jaar zijn milo’s bars nog steeds fijnmazig en obscuur, nog even ongeforceerd en verhalend. Ook de productie is wat we hadden kunnen verwachten: jazzy en oldschool, zonder al te houterig en stroef te klinken. Dit is business as usual voor R.A.P. Ferreira, correct, maar met een duurzame ondergrond hoef je niet altijd te innoveren.

Chat Pile – God’s Country (★★★★½)

Chat Pile stormt niet compleet onaangekondigd de muziekscene op, maar deze God’s Country komt toch wat onverwacht. Als de Amerikaanse Midwest vooral bekend staat om zijn fragiele, overpeinzende emorock, doet dit viertal uit Oklahoma zijn uiterste best dat cliché te breken. Breken is hier dan ook het meest toepasselijk werkwoord. Met hun noisy post-hardcore en sludge metal verwerpen ze de neiging het genre te willen revitaliseren met theatraliteit. De beste aanpak, is de simpele aanpak, weet Chat Pile. Bij God’s Country hoef je niet tussen de lijnen te lezen, is er geen ruimte voor interpretatie, en vooral zeer weinig foutenmarge. Zonder nodeloos overweldigend te zijn, laat het viertal verdorven baslijnen, beukende drums en snoeiharde riffs als een knarsetandende symfonie in tandem spelen. In lijn met de titel, is dit niet meer dan een verbasterd godsgeschenk te noemen.

Lolahol – Go (★★★★)

Als je mama tot de meest toonaangevende artiesten ooit geldt, dan zit muziek duidelijk in de genen. Madonna’s dochter Lourdes debuteert met haar ep Go onder haar artiestennaam Lolahol meteen via de grote poort, althans toch op vlak van sound. We horen een zeer intrigerende introspectie op popmuziek, die ver van commercialiteit ligt, maar in alle abstractie tegelijk ook een zekere toegankelijkheid herbergt. “Contradiction” is een binnenkomer van formaat met zijn dreigende, slepende opbouw en vormt de perfecte introductie tot de futuristische sound van Lolahol. Op de daaropvolgende vier nummers horen we hoe haar muzikale zoektocht steeds meer vorm krijgt en in haar eerder uitgebrachte debuutsingle “Lock&Key” haar hoogtepunt kent. Of ze in de voetsporen van haar moeder, de ‘Queen of Pop’, zal kunnen treden, valt nog af te wachten, maar aan eigenheid is er nu al geen gebrek.

Natalia Lafourcade – De Todas las Flores (★★★★½)

Natalia Lafourcade brengt een van de prachtigste, meest kleurrijke, liefelijke en nog steeds uitdagende albums van het jaar. In ander nieuws: water is nat. Geen verrassing dus. Met een uitgebreid instrumentaal palet in de jazz en folk verovert de Mexicaanse nog maar eens de harten. Met een werkelijk feilloze compositie straalt De Todas las Flores enorme tederheid uit, en dat op de puurste manier bedenkbaar. De pracht en praal van vorige platen is hier ietsje voorzichtiger, ietsje breekbaarder, meer tot zijn folksy essentie gedistilleerd. Tussen de rijkelijke chamber jazz-stukjes à la een Latijns-Amerikaanse Norah Jones, staan er een even grote mate nummers waar Lafourcade enkel haar gitaar nodig heeft om zich tot de elegantie zelve te bombarderen. Een ongetraind oor hoort hier misschien een minder expressieve versie van Lafourcade, Mexicaanse folk zonder wat van de typerende pit, maar het weelderige detail ontplooit zich dubbel zo dik voor zij met geduld voor soberheid.

Fix Everything – A Simple Task (★★★½)

Fix Everything brengt ons na Do Nothing en Hellend Vlak een derde ep. Het Amsterdamse trio draait naar eigen zeggen de volumeknop wat terug, wat niet wil zeggen dat ze ons hun hardheid en sluipende gitaren ontzeggen. Toch krijgt hier het verhaal de bovenhand: in deze raamvertelling kaderen ze de afgelopen twee jaren in coronale blues. Hef samen met hen dus na lange tijd weer eens niet het glas naar uw computerscherm, maar wel naar mensen, muziek en vertier in het echt. Voor fans van sludge metal, folk punk geroep en alle alternatieve rock die de jaren 90 te bieden had. Ze zijn komend voorjaar te zien in Super Fourchette te Brussel.

Personal Trainer – Big Love Blanket (★★★★)

Het is ondertussen geen geheim meer dat er bij onze Noorderburen ontzettend veel muzikaal talent rondloopt. Personal Trainer wordt al een poosje getipt als een van de grootste beloften uit Nederland en dit jaar heeft de zevenkoppige band dan eindelijk hun debuutalbum de wereld ingeslingerd. Met Big Love Blanket hebben de Amsterdammers moeiteloos hun potentieel waargemaakt. Nee, het is niet het meest samenhangende album dat we ooit al hoorden, maar de charme van Personal Trainer is júíst die muzikale, gezellige chaos. Op Big Love Blanket krijgen we grootse synthrock geserveerd in de vorm van “Cut Loose”, worden we volledig gedesoriënteerd door “Milk” en komen onze heupen los op het fantastische “The Lazer” en “Key Of Ego”. Deze plaat van Personal Trainer is een debuut om absoluut over naar huis te schrijven!

Ojerime – Bad Influence (★★★★)

R&b een nieuw leven inblazen, niet elke artiest slaagt daar in, maar Ojerime doet dat op Bad Influence met verve. In samenwerking met verschillende grote producers zoals Mura Masa werkte ze aan een zeer makkelijk verteerbaar, maar tegelijk ook spannend album. In een kleine vijfentwintig minuten horen we hoe ze voor interessante muzikale keuzes gaat en schommelt met haar zanglijn om onze aandacht er bij te houden. “Often Enough” en “Keep It Lo” behoren tot de beste dingen die we binnen het genre in een tijdje hebben gehoord. Laat ons dus hopen dat veel artiesten zich laten inspireren door dit project, want de r&b-wereld heeft artiesten nodig die durven experimenteren en tegelijk ook vasthouden aan het genre.

Westside Gunn – Hitler Wears Hermes 10 (★★★)

Griselda Records, het onafhankelijk label waar onder andere Benny The Butcher en Conway The Machine de plak zwaaien, heeft de voorbije jaren zowat eigenhandig een renaissance van het cokerap- en gangsterrapgenre uit de grond gestampt. Dit jaar alleen al gooide de Griselda crew met Tana Talk 4 en God Don’t Make Mistakes hoge ogen. Middenin die wederopstanding zet deze Westside Gunn echter een punt achter de populaire en gelauwerde Hitler Wears Hermes-reeks. Of toch niet alvorens voor de tiende keer al remmen los te gooien. Westside Gunn wordt hier wel gedragen door zijn karrevrachten aan features, met een negentiental op twaalf nummers. En het zijn niet de minste. Run The Jewels, A$AP Rocky, DJ Drama, de halve Wu-Tang Clan… Westside Gunn deelt features uit zoals Oprah Winfrey gratis auto’s uitdeelt, en je hoort ze eigenlijk liever dan Gunn zelf. Die kan met zijn ongelofelijk kinderlijke, nasale stem en constante adlibs na vijftig minuten gehiphop wel serieus op de zenuwen werken. De productie en ellenlange gastenlijst draagt Hitler Wears Hermes 10 succesvol over de finish, maar het moet je ding zijn.

MAVI – Laughing so Hard, it Hurts (★★★½)

Californische rapper MAVI zie je af en toe wel eens opduiken in de wereld van de abstracte hiphop, waar artiesten als Earl Sweatshirt, MIKE en billy woods het het voor het zeggen hebben. De iets lossere structuur die die voorgenoemden hanteren maakt MAVI zich niet helemaal eigen op deze Laughing So Hard, It Hurts. MAVI bewandeld net iets te vaak de grens tussen dat dwalende en zijn eigen stijl die om een meer omlijnde structuur schijnt te vragen. Zijn zonnigere persoonlijkheid en warme, kleurrijke stem zorgen echter wel voor wat goedgezinde gewaarwording waar je gewoonlijk de slenterende somberheid verwacht. Het blijft allemaal lekker luchtig, zonder die kenmerkende abstracte neigingen helemaal kwijt te geraken.

Nas – King’s Disease III (★★★½)

Legende van het oostelijke hiphopfront Nas is nu al een tijdje bezig aan een heruitvinding die hem na een decennia weer uit de middelmatigheid getrokken heeft. Samen met producer Hit-Boy, die stilaan het woord ‘ster’ voor zijn jobtitel mag plakken, begon hij twee jaar terug de King’s Disease-reeks. De eerste gaf aan dat een zeer complementair duo in aantocht was, de tweede was een absolute homerun en deze derde is niet meer dan een bevestiging. Op King’s Disease III laat Nas, nog steeds even scherp van geest en pen als op Illmatic bijna dertig jaar(!) terug, zich af en toe wel iets te hard meeslepen door zijn eigen overtuiging dat hij terug op volle toeren draait. Sommige nummers rusten iets te veel op hun lauweren en nemen hun eigen uitgesproken kwaliteit als vanzelfsprekend, vooraleer de eerste bar gedropt is. Niet dat Nas nog iets te bewijzen heeft, natuurlijk. Hit-Boy is daarbij ook een producer die het flamboyante en gepolijste zal verkiezen boven de imperfectie, waardoor zijn vaak blinkende beats iets van karakter missen. Maar nee, albums van deze kwaliteit na een carrière van meer dan drie decennia zijn alleen voor de beste MC’s weggelegd. Wat vanzelfsprekend gepoch verdien je dan wel.

Messa – Close (★★★★)

In een jaar waar zowel Darkthrone en Candlemass een album uitbrachten, is het toch deze relatief onbekende Messa die met de titel ‘beste doom metal album van het jaar’ gaat lopen. Niet dat de concurrentie zo moordend is geweest, maar dit Italiaans viertal legt gewoon een sterke basis neer om op verder te bouwen. Passeren de revue: een ‘Koedoek’, een Arabische ‘Oed’ en nog een handvol andere exotische instrumenten. De exotische insteek terzijde, wat betreft het doomaspect van deze doommetalplaat wordt het warm water niet meteen heruitgevonden. Helaas. Het genre wordt niet meteen de toekomst in gesleurd. De gitaartoon is echter uitstekend, de uitgerekte, doordrukkende riffs hebben het toepasselijk ‘gewicht’ en waar nodig heeft deze Close de meeslepende punch en begeesterende aanzet tot hypnose die je verwacht van dit genre.

Silvana Estrada – Marchita (★★★★)

Niet zo ver verwijderd in kwaliteit van Natalia Lafourcade en haar De Todas las Flores, kende deze Mexicaanse Silvana Estrada een doorbraak met deze korte, maar krachtige Marchita. De volgende generatie folkmuzikanten is in Mexico alleszins verzekerd. Op sommige vlakken is deze plaat een stuk minder bekleed, met slechts een sporadische opkomst van strijkers of blazers. Silvana draagt dit album dan ook zo goed als volledig op de kwaliteit van haar stem, waarvoor geen adjectief verzonnen kan worden die voldoende prijzend klinkt. De simpele, maar hemelse melodieën op gitaar zijn voldoende om een van de meest meeslepend minzame albums van het jaar te creëeren.

Sizzy Rocket – Live Laugh Love (★½)

We zouden graag lyrisch willen zijn over de grofheid en ruwheid van Live Laugh Love, maar Sizzy Rocket bedient zich zo vaak aan clichés en overmoed dat je maar met veel moeite het hele album uitluistert. In bijna driekwartier probeert ze ons continu uit te dagen door steeds bombastischer of harder te willen uithalen, maar daarmee stoot ze uiteindelijk haar eigen teen. Er zit in sommige nummers als “Live Laugh Love” te veel chaos en een gebrek aan een goede vocale productie. Haar album Anarchy was op veel vlakken beter en zorgde ervoor dat we heel wat van Live Laugh Love verwachtten, maar daarvoor heeft ze gewoon te weinig goede nummers op de opvolger. Hoe bijvoorbeeld “Metallic” of “Lasso the Moon” op dit album zijn beland, kunnen we door hun demo-achtige mix niet verklaren.

Lyves – Change (★★½)

Enkele jaren terug trok Lyves van stadion naar stadion als vast voorprogramma van Coldplay op diens Europese tour. Haar carrière kwam ondanks die grote kans nooit in een stroomversnelling terecht en zo blijft haar nieuwe ep Change wellicht opnieuw onder de radar. Haar symfonische altpop komt op dat project echter heel goed tot zijn recht, maar toch missen we iets dat ons helemaal van onze sokken blaast. Lyves blijft iets te veel in hetzelfde register hangen. Eentje dat haar weliswaar zeer goed afgaat, maar tegelijk ook te weinig verrassende elementen bevat om de verandering die de ep-titel belooft te sturen en je echt bij het nekvel grijpt. In “21 Days” lijkt het door de gitaaroutro de juiste spanningsboog te krijgen, maar ondanks de meer dan solide nummers, blijft die wat uit.

Anna-Rose Clayton – When I Call My Friends (★★★)

Als we alle naamsveranderingen die Anna-Rose Clayton al onderging zouden moeten opsommen, dan was deze alinea al gevuld. Gelukkig liet de Brits-Nederlandse zangeres zich daar niet door tegenhouden en brengt ze met When I Call My Friends nu eindelijk haar eerste grotere project uit. Binnen die vijf nummers tellende ep lijkt ze ook meteen haar definitieve richting te hebben gevonden binnen de popmuziek: die van de dansbare discovariant. Zo zijn het veelal de zwoele baslijntjes en de catchy beats die de bovenhand nemen op muzikaal vlak, terwijl Anna-Rose zelf zorgt voor de meezingbare refreintjes. In dat opzicht zijn het veelal singles “A+” en “OUCH!” die de kroon spannen, maar ook de titeltrack mag er zeker zijn. Met “Twin (sleepover version)” krijgen we nog een dromerig duetje met néomí te horen, wat op zich wel mooi is, maar tegelijkertijd ook aanvoelt als een vreemde eend in de bijt. Een toffe ep dus, die When I Call My Friends.

Tinariwen – Kel Tinariwen (★★)

Touareg-groep Tinariwen staat bekend om het populariseren van, zo niet het creëren van, het desertbluesgenre. In essentie is dat het schrale gitaarwerk van de bekende bluesstijl, gecombineerd met opzwepende Afrikaanse ritmes en een algemeen zanderige sfeer. De groep brengt met deze Kel Tinariwen geen nieuw album uit, maar komt met een verzameling van nummers die het opnam in de jaren negentig, lang vooraleer de Westerse bekendheid kwam opzetten. Aan de ene kant snap je wel waarom die Kel Tinariwen nu pas het daglicht ziet en niet dertig jaar terug verscheen. Als je niet kan steunen op een gevestigde naam, ligt de lat voor wat je uitgeeft een pak hoger. Nu de band een straffe reeks aan albums heeft uitgebracht en het wat op zijn lauweren kan rusten, kan er plaats gemaakt worden voor dit soort uitprobeersels. Met zijn liefde voor drummachines klonk nineties-Tinariwen eerder op de verwesterde ‘wereldmuziek’ van Paul Simon en diens Graceland, wiens sound schijnbaar pas tien jaar later overwaaide naar de Malinese contreien. Het klinkt allemaal vreselijk kitscherig en verouderd, alleszins als de desertpop overheerst wordt door de ondertussen al lang verachte drummachine. Het is slechts op nummers als “Adounia Tarha” en “Amoud Falas Aljalat” dat Tinariwen een meer herkenbare stempel en identiteit weet door te drukken. Een curiositeit vooral, dit album, maar je snapt waarom deze tapes zo lang op zolder hebben gelegen.

SPACEBABYMADCHA – Cycles (★★★½)

SPACEBABYMADCHA is een van de recentere toevoegingen aan het roster van het Belgische label cloudshaper (KRANKk, Bombataz), maar doet al een tijdje de ronde in het Belgische livecircuit. Op hun nieuwe ep Cycles laat het Belgische talent zien dat die inmiddels een zeer verfijnde visie op hun muziek heeft door te spelen met futuristische producties en een ongelooflijke smooth flow. Nummers als “HM HM” en “PSYCHE3” stralen een groot internationaal karakter uit en herinneren ons een beetje aan de muziek van 070 Shake. Cycles gaat in een rotvaart voorbij en toont het talent van SPACEBABYMADCHA, waardoor we stilaan het gevoel hebben dat die een zeer mooi 2023 tegemoet zal gaan met een hele hoop shows.

Crowd Of Chairs – Defluencer (★★★)

Geflipte noiserock en Gent lijken voor elkaar gemaakt te zijn. De hoofdstad van Oost-Vlaanderen is bijvoorbeeld de thuishaven van Hypochristmutreefuzz, Kapitan Korsakov en wijlen Drums Are For Parades. In de slipstream van zulke groepen zette Crowd Of Chairs zijn eerste stappen richting naamsbekendheid. Het debuutalbum Mod Kid With Dog raakte ondergesneeuwd door een nakende pandemie. Er zijn echter meer middelen nodig om Crowd Of Chairs het zwijgen op te leggen. Op de zesdelige ep Defluencer neemt het Gents drietal stevig revanche. De tracks puilen niet uit van de versplinterende virtuositeit, maar hebben elk een eigen karakter die ons blijven boeien. “The Sun Is Making Noise” heeft daarentegen een dissociatieve persoonlijkheidsstoornis die verschillende stijlen bevat. Crowd Of Chairs evolueert geen versnelling hoger, maar bevestigt wel zijn vastberadenheid.

Cariss Auburn – Imaginary Me (★★★)

Cariss Auburn stond in 2021 nog in onze lijst met de beste ep’s van het jaar, maar of ze dat met de opvolger Imaginay Me dit jaar zal halen, durven we ondanks sterke singles in twijfel te trekken. Op vier nummers horen we hoe ze met haar geluiden verder gaat en experimenteert met verschillende genres. “Distraction” is het meest opvallend door een interessant refrein, maar het is vooral “Fantasy” dat het voor ons doet. Met maar vier nummers hebben we het gevoel dat Cariss Auburn haar hele verhaal of visie niet helemaal kwijt kon, want we horen nochtans zeer leuke dingen gebeuren op deze ep. We mogen dus benieuwd zijn naar een eerste album, want we hebben het gevoel dat ze daarop zou kunnen schitteren.

Oriana Ikomo – THE LOVE I HAD (★★★)

Liefde als centraal thema? Het blijft de grootste inspiratiebron voor heel wat artiesten waaronder ook de Brusselse Oriana Ikomo. Op haar eerste ep THE LOVE I HAD probeert ze de verschillende aspecten van liefde te belichten, door met haar dromerige r&b een weg te banen naar je muzikaal hart. Op het project horen we niet meteen de meest vernieuwende melodieën, maar we horen in elk nummer een ontroerende ziel. Singles “You” en “I’m tryin’” zijn de meest intrigerende nummers van THE LOVE I HAD. Oriana Ikomo lijkt nog wat zoekende, maar lijkt zichzelf tegelijkertijd ook al te vinden. Die dualiteit siert het project en maakt haar tot een artiest om in de gaten te houden.

Ezra Collective – Where I’m Meant To Be (★★★★)

Een van de meest verfrissende muziekacts van de afgelopen jaren is toch wel Ezra Collective. Door jazz te combineren met hedendaagse invloeden uit de hiphop en Afrobeats, slaagt het Londense collectief erin om het genre toegankelijker te maken voor een nieuwe generatie. Dit hoorden we al op het debuutalbum You Can’t Steal My Joy van twee jaar terug, maar met opvolger Where I’m Meant To Be overtreft Ezra Collective zichzelf moeiteloos. De tweede langspeler van het vijftal straalt positiviteit en plezier uit en weet voor het nodige zonnestraaltje in onze huiskamers te zorgen op deze druilerige winterdagen. Het is onmogelijk om stil te blijven zitten gedurende het uurtje dat Where I’m Meant To Be duurt, vooral niet tijdens “Ego Killah”, het swingende “Life Goes On” met Sampa The Great en het vrijwel perfecte “Love In Outer Space” waarop de Britse zangeres Nao meedoet. Kortom, een plaat die ongetwijfeld een glimlach op je gezicht tovert, deze nieuwe van Ezra Collective!

Jay MNG – UNDERGROUNDKINGZ (★★★½)

Joris Mpeti Ngama, artiestennaam Jay MNG, is buiten Brussel misschien niet enorm bekend, maar zo heeft hij het graag. Met dit tweede album kroont de Brusselse rapper zich, zoals de albumtitel suggereert, tot koning van de underground hiphop van onze tweetalige hoofdstad. Hij heeft daar bijgevolg meer recht toe dan de meeste die zich die titel toe-eigenen. Jay’s teksten zijn nu misschien niet van de meest diepgaande – veel van het typische hiphopgepoch – maar naarmate deze UNDERGROUNDKINGZ vordert, komt dat sociaal bewuste af en toe wel treffend opduiken, zoals op “Lange Dagen” en “Hoog”. Ook chapeau voor producent ROYAZ, die J Dilla wel eens hoog in het vaandel zou kunnen dragen, en zijn beats graag schetst naar de Madlibs en Pharcyde’s van deze wereld, mits een moderne twist. Het zijn deze oldschool beats die Jay’s stem een passende kleur en omkadering geven, en hem de muzikale vrijheid geven sterke flows uit die unieke stem te trekken.

Reneé Rapp – Everything to Everyone (★★★)

Er zijn een heleboel acteurs die de overstap willen maken naar de muziek en Reneé Rapp is een van de nieuwste namen die we aan dat lijstje kunnen toevoegen. De jonge Amerikaanse wist al furore te maken op Broadway en in de comedyserie The Sex Lives of College Girls, maar is nu ook druk bezig met haar muziekcarrière. Met haar allereerste ep Everything to Everyone introduceert Rapp ons tot haar innerlijke leefwereld middels een aantal prima popsongs. Heel vernieuwend is hetgeen dat ze ons hier laat horen niet per se, maar het zijn catchy nummers waarin ze haar complexe gevoelens op een eerlijke, oprechte wijze exploreert. “Don’t Tell My Mom” en het lieve “What Can I Do” zullen vast herkenbaar zijn voor leeftijdsgenoten van het multitalent, terwijl “Colorado” en “Moon” aanstekelijke liedjes zijn met een hoog meezinggehalte. Bijzonder is Everything to Everyone niet, maar een prima debuut is het zeker.

Katie Gregson-MacLeod – Songs Written For Piano (★★★½)

Katie Gregson-MacLeod werkt al een aantal jaar aan haar muziekcarrière, maar bereikte pas eerder dit jaar een miljoenenpubliek toen het wonderschone “Complex” viraal ging op TikTok. De jonge Schotse werd dankzij die song een regelrechte internetsensatie en poogt met haar ep Songs Written For Piano te laten zien dat ze meer is dan alleen een TikTok-hype. Met een handjevol kwetsbare liedjes verkent de singer-songwriter op een intieme en eerlijke wijze haar liefdesverdriet en onzekerheden. De hopeloosheid van een gebroken hart wordt perfect samengevat in “i’m worried it will always be you”, terwijl “to be eighteen” juist een pijnlijk herkenbare exploratie is van haar jeugdige naïviteit. Baanbrekend is Songs Written For Piano niet, maar Katie Gregson-MacLeod slaagt er met poëtische metaforen en een flinke dosis kwetsbaarheid wél in om te raken.

GINGE – Bummer (★★★)

De Nederlandse GINGE trok een paar jaar geleden vanuit het dorpse Friesland naar Utrecht met als doel een actrice te worden. Echter ontdekte ze daar dat ze een hele andere passie had, namelijk muziek. Wij zijn in ieder geval heel erg blij dat ze dit ontdekte, want met Bummer levert GINGE een ontzettend leuk popproject af. Op de ep verkent de singer-songwriter haar psyche op een hele speelse wijze, zoals op “Hedonism” en “Take My Picture”, maar exploreert ze ook haar angsten en onzekerheden. Zo bekent ze op het mooie “Just in Case” bang te zijn voor de liefde omdat ze ervan overtuigd is dat ze alles toch wel weer zal verpesten, en behandelt ze op “Jewels in the Night” de tegenstrijdige, herkenbare gevoelens die ze ervaart tijdens een avondje uit. Bummer is een fijne ep om onszelf bij klaar te maken voorafgaand aan een leuk feestje.

Joji – SMITHEREENS ()

Het nieuwe project van Joji duurt slechts een korte 24 minuten, maar gek genoeg voelen deze aan als misschien wel de 24 langste minuten van ons leven. SMITHEREENS is een ongelooflijk saai album waarop de Japans-Amerikaanse zanger geen enkele vorm van originaliteit of innovatie tentoonstelt. Zonde, want we hoorden op zijn vorige plaat Nectar juist een ambitieuze, veelzijdige artiest met een duidelijke muzikale identiteit. Liefdesverdriet is het centrale thema op SMITHEREENS, maar Joji exploreert het onderwerp op zo’n slaapverwekkende en zagerige manier dat we er eigenlijk vrij weinig positiefs over kwijt kunnen. Er gebeurt gewoon helemaal niks op nummers als “Feeling Like The End” en “Die For You”, maar het probleem is dan ook dat ieder lied eindigt voordat er überhaupt wat kan gebeuren. Het enige lichtpuntje op het album is de tranentrekkende opener “Glimpse of Us“, die deze zomer al furore maakte op TikTok, en wordt opgevolgd door de ene teleurstelling na de ander. Wij weten niet helemaal wat Joji wilde bereiken met SMITHEREENS, maar als zijn doel was om ons een fijne nachtrust te bezorgen, dan is hem dat gelukt.

half•alive – Conditions Of A Punk (★★)

Ondanks wat de titel suggereert, is er vrij weinig punk aan Conditions Of A Punk van half•alive. Het drietal uit Californië wist in 2019 met hun debuut Now, Not Yet nog wel een grote indruk op ons te maken met een zonnig indiepoprockalbum, maar op de opvolger krijgen we slechts een verwaterde versie hiervan te horen. Met 18 nummers op de tracklist duurt Conditions Of A Punk ook nog eens veel te lang. Songs als “Yosemite”, “Move Me” en “Bad Thoughts” zijn simpelweg niet memorabel genoeg om ons te boeien en halen de rest van het album een beetje naar beneden. Niet alles op Conditions Of A Punk is matig. “Did I Make You Up?” is een lieflijk, dromerig liedje die voelt als een muzikale lentedag en de samenwerking met de Ierse Orla Gartland op “Never Been Better” is ook een fijne song. Het tweede album van half•alive mist net het scherpe randje om ons te overtuigen, helaas.

Zara Davis – NO HOT ASHES (★★★)

Hoewel Zara Davis Londen inwisselde voor Gent, is de zangeres haar Britse etiquette niet verleerd. De titel van haar debuutalbum No Hot Ashes dekt de lading volledig. Ondanks dat de assen gesmeuld zijn, blijft de warmte hangen. Davis haar stem en filmische composities weerspiegelen zich namelijk aan chique cocktailbars van de vorige eeuw. Zodoende loopt er niets uit de hand en raken we niet in de verleiding om dubbel in het glaasje te kijken. Samen met haar producer Johan Bessemans is elk nummer voorzien van een gedetailleerde textuur, die we luisteren met verstand. Met de eindejaarsperiode in aantocht is No Hot Ashes dermate geschikt om zonder stress de feestdis voor te bereiden of erna weg te zwijmelen onder een voetkussen.

Deze beire kortjes werden geschreven door Sam Nassiri, Maxim Meyer-Horn, Lucas Palmans, Stephanie van Tol, Cédric Ista

Related posts
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Ezra Collective - "Ajala"

De Britse jazzrevival gaat in een nieuwe fase, want Ezra Collective komt dit jaar met een gloednieuw album op de proppen. Het…
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Personal Trainer - "Intangible"

Een personal trainer is misschien wel iemand die je liever niet ziet komen, maar de gelijknamige Nederlandse band is wat ons betreft…
LiveRecensies

Reneé Rapp @ Ancienne Belgique (AB): Veel meer dan een Mean Girl

De Amerikaanse Reneé Rapp is aan haar opmars bezig. De zangeres-actrice kende haar start bij het grote publiek door haar rol in The…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.