Ooit was het een groot mysterie wie het muzikale brein achter de virtuele band Gorillaz was, maar ondertussen is Blur-frontman Damon Albarn al enige tijd onlosmakelijk verbonden met 2-D en de andere fictionele figuren. In 2001 kwam er een naar de band vernoemde debuutplaat en vier jaar later werd Demon Days met open armen onthaald. Die plaat groeide intussen uit tot dé klassieker bij fans. Doorheen de haast iconische plaat kwamen er verschillende artiesten aan bod, iets waarvoor Gorillaz ondertussen bekend staat en ook op Plastic Beach en Humanz waren er heel wat gastartiesten te horen. Voor de meest recente langspeler, Song Machine, Season 1: Strange Timez, dook Albarn voor elk lied met een andere artiest de studio in. Een logische opvolger van die plaat zou Song Machine, Season 2 zijn, maar het nieuwste wapenfeit van ’s werelds bekendste digitale band werd Cracker Island gedoopt.
Met de titelsong als opener word je meteen verwelkomd op Cracker Island, de nieuwe thuisbasis van Gorillaz. “Cracker Island” is al enige tijd uit en werd afgelopen zomer zelfs al live gespeeld tijdens Werchter Boutique, al was het daar zonder Thundercats fysieke aanwezigheid. Die Amerikaan zorgt op het lied voor een frisse toevoeging en vrolijkt zo het boeltje een beetje op. Voor de rest is het een typische Gorillaz-song met Damons herkenbare stemvervormer en een aanstekelijk refrein. Het daaropvolgende “Oil” sluit er mooi bij aan en hier wordt Albarn vergezeld door niemand minder dan Stevie Nicks. De Fleetwood Mac-frontvrouw doet hier jammer genoeg niet veel meer dan wat backingvocals en komt zelfs een beetje over als een robot. Het is jammer dat de zangeres van tijdloze klassiekers als “Rhiannon” en “Landslide” niet meer in de spotlights komt te staan. “Oil” is op zich een degelijk nummer, maar Nicks komt niet helemaal tot haar recht op dit nummer.
In tegenstelling tot Stevie Nicks, steelt Bad Bunny op “Tormenta” wel de show. Voor de meeste Gorillaz-fans doet misschien enkel de naam een belletje rinkelen, ondanks dat hij al enkele jaren op een rij de meest gestreamde artiest op Spotify is. Met zijn reggaetonmuziek doet hij menig hart sneller slaan en ondanks dat zijn solomuziek vaak gekenmerkt wordt door zuiderse ritmes, gaat het er hier wat luchtiger aan toe. De melancholie waarvan Albarns hart overloopt wordt hier mooi gecombineerd met de trapmuziek van Bad Bunny en zo ontstaat er een dromerige track met uiteenlopende stukken. De rap van Bad Bunny staat in schril contrast met de dromige vocals van de Gorillaz-frontman. “Tormenta” met Bad Bunny is de grootste verrassing van Cracker Island en eveneens een van de hoogtepunten.
Dat de solonummers ook van melancholische aard zijn, zal slechts weinig Gorillaz-fans verbazen en zo passeert onder andere “The Tired Influencer” de revue. Net als “Baby Queen” is het zo eentje die past in de categorie ‘niet slecht, maar ook niet verrassend’. Albarn doet hier waar hij goed in is, al bestaan er ondertussen veel gelijkaardige Gorillaz-liedjes (waarvan er veel terug te vinden zijn op The Now Now). “New Gold” is daarentegen een van de spannendste songs van Cracker Island. De mysterieuze geluiden waarmee het opent, de dromerige en herkenbare zang van Tame Impala en de kleurrijke bars van Bootie Brown maken er een instant Gorillaz-klassieker van, die overigens uitnodigt tot dansen. Het is er wel eentje voor de geoefende danser, want je moves moeten natuurlijk meegaan met de moodswings van “New Gold”. Het zwoele nummer combineert het beste van Gorillaz met dat van zijn gastartiesten en zo kunnen we niet anders dan spreken van een geslaagde samenwerking.
Soms wordt Gorillaz wat voorspelbaar en dan heb je nummers als “Skinny Ape“. De onverwachte energieboost schudt de luisteraars goed wakker en is (voor de In de gloria-fans onder ons) de perfecte ontploffing om helemaal op los te gaan. Het is eigenlijk het enige solonummer op Cracker Island waarop Gorillaz onverwachts uit de hoek komt en na nog eens goed te knallen sluit het dit nieuwe album af met een intiem momentje. Daarvoor werd Beck nog eens uitgenodigd, maar in tegenstelling tot “The Valley of the Pagans” kruipt Beck hier wat meer in een achtergrondpositie. Albarn schittert met niet veel meer dan magisch pianogedartel en dat Beck hier slechts in de verte te horen is, deert eigenlijk niet.
Cracker Island is de achtste langspeler van Gorillaz en het is er eigenlijk ook aan te horen. Om het in de woorden van Bad Bunny te zeggen: het is met momenten ‘Ni bien ni mal’. Veel van de solonummers zijn zeker niet slecht te noemen, maar voelen voorspelbaar aan doordat we gelijkaardige liedjes al eerder hoorden van de virtuele band. Toch zijn er ook verschillende tracks waarop Gorillaz, meestal samen met andere artiesten, verrassend (en) sterk uit de hoek komt. Gorillaz balanceert hier dus een beetje tussen voorspelbaar en verrassend, maar veel van de nummers op de nieuwe plaat hebben zeker potentieel om live uit te groeien tot heel uitbundige of net mooie, melancholische momenten. ‘Hit or miss’ is te sterk uitgedrukt, maar Cracker Island is niet zo consistent te noemen als Demon Days of Song Machine.
Facebook / Instagram / Website
Ontdek “Tormenta”, ons favoriete nummer van Cracker Island, in onze Plaatje van de Plaat-playlist op Spotify.