Gisterenavond was de Botanique in Brussel weer de muzikale hotspot: in de Orangerie stelde Jack Garratt onuitgebrachte nummers voor tijdens een concert waar gsm’s verboden waren en in de Rotonde roerde Grace Carter haar publiek zelfs tot tranen toe. Toch zakte ook een bescheiden groepje muziekliefhebbers af naar de gezellige kelder, waar een van onze Grote Beren Van Morgen voor het eerst in ons land speelde. De 24-jarige Joesef stapte een jaar geleden uit de schaduw en sindsdien gaat het hard voor hem: hij verkocht bijvoorbeeld zijn eerste show hopeloos uit, zonder ook maar één nummer te releasen op voorhand. Zijn debuut-ep zag het licht, hij stond op de cover van tijdschriften, was een van de kanshebbers voor Sound of 2020 van BBC Radio 1, …
Een twintigtal minuutjes te laat maakten Joesef en de zijnen hun entree. We hadden op voorhand dus al ruim de tijd om de sfeer in ons op te nemen: geheel in het visuele thema van zijn cover art en merch waren de lichten afgestemd op felroze en prijkte op de drums een door de zanger ontworpen illustratie van zijn schattige hond. Het beperkte publiek wachtte gemoedelijk de komst af van de Schotse artiest met de afwisselend engelachtige en soulvolle stem.
https://www.instagram.com/p/B9WVSNZHGm1/
Veel woorden werden er niet aan vuilgemaakt, de band zette vrijwel meteen in met zijn recentste nummer, “Think That I Don’t Need Your Love” – dat contradictorisch genoeg op Valentijn uitkwam. Heel casual en schijnbaar zonder enige moeite zong Joesef de ene ontroerende zin na de andere. Uit de opener onthouden we vooral: ‘Like a cigarette burn, I have learned not to let it hurt like it did at first’. Al betwijfelen we of iedereen die mooie teksten helemaal begreep, want articuleren bleek niet zijn sterkste kant te zijn. Gelukkig raakten zijn timbre en de goed gebrachte muzikale begeleiding ook zonder lyrics blindelings onze gevoelige plek.
Wanneer hij tussen de nummers door zijn sappige Glasgow accent bovenhaalde, moesten we al helemaal ons best doen om te ontcijferen wat hij zei. Het was gek om te zien hoe makkelijk hij van stemming wisselde: tijdens zijn nummers over hartverdriet was hij doodserieus en kwam hij ietwat timide over, maar zodra de laatste noot gespeeld was, veranderde hij in een sympathieke kerel die we graag zouden tegenkomen op café. Doordat hij zich tijdens het zingen in zijn eigen wereld terugtrok, maakte hij weinig verbinding met zijn muzikanten en ook tussen hen onderling was er niet veel interactie te bespeuren. Nochtans waren het stuk voor stuk goede muzikanten, en was het zowel voor henzelf als voor het publiek leuker geweest als ze eens een solootje speelden of even alle remmen losgooiden voor een uitgebreide intro of outro. Bij andere bands willen we zulke intermezzo’s soms afremmen, bij hen zouden we ze net aansporen.
Naast de nummers van Play Me Something Nice kwamen er ook nieuwe aan bod. Het is altijd wat moeilijk om een publiek mee te krijgen met onbekende songs, maar hier bleef het hoofdknikken en lichtjes meewiegen op eenzelfde niveau. Bij eentje ervan werd een van de drie gitaren ingewisseld voor keys en kwamen de bas en drums meer op de voorgrond. Die elementen in combinatie met de roze lichten gaven ons een sad disco-gevoel. De danspasjes van de zanger pasten ook perfect bij die stemming. Als Joesef zijn melancholische lo-fi r&b-nummers in de toekomst gaat afwisselen met sad disco songs als deze, zouden wij daar niet kwaad om zijn. Bij een ander nieuw nummer bleef hij de herkenbare woorden ‘I don’t want to fall in love again’ net als een mantra steeds herhalen en dat kwam binnen, dus ook naar de release van deze kijken we erg hard uit.
Het laatste pareltje van de avond was “Loverboy”, waarbij op het einde bijna alle muziek wegstierf. Alleen een zachte gitaar bleef over en Joesef sloot bijna a cappella af met ‘Tell me everything is gonna be alright’. Prachtige woorden om ons mee weg te sturen, en dat deed hij dan ook erg bruusk. De band verliet het podium, de lichten en muziek gingen weer aan, en wij bleven eventjes verdwaasd acher. Joesef zette een overtuigende set neer, speelde onze favoriete nummers en liet ons nieuwe kanshebbers horen. Werkpuntjes, zoals het gebrek aan interactie, merkten we hier en daar ook op, maar zijn fanbase mag wat ons betreft snel beginnen aangroeien. Deze man verdient meer publiek dan het handjevol aanwezigen in de Witloof Bar.