© CPU – Marvin Anthony
Na drie zonovergoten dagen was het onvermijdelijk dat er op een gegeven moment donkere wolken zouden samenpakken boven onze hoofden op Les Nuits Botanique. Het grijze weer fungeerde bovendien als een treffende metafoor voor de rammelende line-up die het festival op deze dag presenteerde. De grillige nineties-iconen van The Jesus Lizard stonden voor het eerst in zestien jaar opnieuw op Belgische bodem, en hun invloedrijke noiserock weerklonk doorheen de rest van de line-up. Nostalgie was daarbij niet het codewoord, want met Rack kwamen de Amerikanen ook met nieuw materiaal op de proppen. Waar de festiviteiten de voorbije dagen pas in de late namiddag op gang kwamen, werd deze editie al rond het middaguur afgetrapt. Een passend begin voor een dag vol ongemakkelijke, schurende gitaren.
SLAG @ Orangerie
© CPU – Marvin Anthony
Het jonge SLAG uit Brighton mocht de vierde dag van Les Nuits op gang trappen in de Orangerie. Het publiek kwam er mondjesmaat toe, het was dan ook vroeg om rond 13u de debatten te openen, maar degene die liever in bed bleven liggen, misten een uiterst talentvolle band. Opener “Heaven” zette meteen de toon voor wat een set zou worden vol grootse gitaren en hoekige riffs. Ons deed het bij momenten heel hard denken aan Wolf Alice en als we zien welke evolutie die hebben doorgemaakt, dan zien we SLAG wel eens dezelfde weg opgaan. De vijf bandleden hadden elk een streepje rood aan om zo toch een cohesie in het visuele te hebben en verder werden we bij iedere song getrakteerd op een wall of sound die heel goed binnenkwam. Het enige wat ontbrak, was een echte hit, maar met de nummers die ze nu al in het arsenaal hebben, konden ze meer dan overtuigen.
Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs @ Fountain Stage
© CPU – Marvin Anthony
De vettigste gitaren van de dag hoorden we misschien wel als eerste, want niemand minder dan de Britse zwaargewichten Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs openden de Fountain Stage deze zondag. Rusten zat er dus niet in, want gelijk raasden de smerige riffs als pletwalsen ons langs de oren. Voeg daaraan nog wat lekkere solo’s en de schreeuwende zang van Matthew Baty toe, en je hebt een recept voor heerlijke stonermetal. Als je dacht dat Jeremy Clarkson de grootste brulaap van het Verenigd Koninkrijk was, dan had je het mis. Dat het nogal hevig was voor zo vroeg op de dag, dat had Baty zelf ook al door toen hij de menigte toesprak en vroeg of het allemaal wel nog ging. Gelukkig zijn we wel wat gewoon in België dus de band kon lekker doorscheuren en zo passeerden er nummers van hun hele repertoire de revue. ‘A lot of music to go through in little time’ mompelde Baty tijdens een van zijn praatmomentjes. Aan alle mooie liedjes komt natuurlijk ook een einde, dus helaas ook aan het concert van Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs. De band liet ons na drie razende, smerige en entertainende kwartieren achter met opgewarmde benen, nekspieren en oorsuizen.
Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs speelt op 14 juni op Best Kept Secret.
Hello Mary @ Museum
© CPU – Marvin Anthony
Met bezwerende gezangen ving het Amerikaanse trio Hello Mary hun optreden aan. Lang hielden ze deze rust niet vol, want al snel werd er chaotisch met de gitaar gerommeld en door de micro getierd, kwestie van de toon te zetten. Wie dacht dat de toon furieus rammelen op de gitaar was, die had het lekker mis. Het was vooral chaos troef tijdens het optreden van de drie New Yorkse. Zo hoorden we eens zweverige gitaren die aan shoegaze deden denken, dan weer punkachtige riffs, vervolgens bezwerende gezangen en dan nog wat gefoefel op de gitaren. De samenhang leek veraf. Het hielp het concert ook niet vooruit dat er tussen de nummers telkens wat getreuzeld werd en bizarre samples afgespeeld werden. Zo verdween de schwung telkens uit de show. We willen echter ook niet te streng klinken, want het drietal speelde ook enkele erg krachtige nummers. Afsluiter “Knowing You” bijvoorbeeld, klonk met zijn rustige opbouw, zwoele bas en explosieve uitbarstingen bijzonder sterk live. Zo toonde het jonge trio toch enkele keren hun ferme portie potentieel.
The World is a Beautiful Place & I am No Longer Afraid to Die @ Fountain Stage
© CPU – Marvin Anthony
Emo is terug van nooit echt weggeweest, en dat was goed te merken tijdens het optreden van The World Is a Beautiful Place & I Am No Longer Afraid to Die. Alleen al de bandnaam riep meteen warme herinneringen op aan groepen als …And You Will Know Us by the Trail of Dead. De set van de Amerikanen stelde niet teleur. Snoeiharde riffs gingen naadloos over in weemoedige melodieën, precies wat je verwacht van een band die de emotionele intensiteit van de subcultuur volledig omarmt. Toch bleef het publiek, misschien door het vroege uur, opvallend ingetogen. De spanning zat vooral in de sfeer, niet in de beweging. Echt ontroerend werd het tijdens de meerstemmige samenzang, waarbij langzaam de eerste zachte bewegingen in het publiek zichtbaar werden. De zondagbrunch was verteerd en de laatste festivaldag gleed verder richting een kronkelend muzikaal einde.
TWIABP staat op 23 mei in de Effenaar.
Snõõper @ Orangerie
© CPU – Marvin Anthony
Omstreeks kwart na vier werd het tijd om te schuilen in de Orangerie, want wervelwind Snõõper kwam aan land. De Amerikaanse eggpunkers stormden van begin tot eind als bezetenen over het podium. Zangeres Blair Tramel huppelde van links naar rechts terwijl ze de longen uit haar lijf tierde. Vaak was het totaal onbegrijpelijk wat ze nu precies aan het brullen was, maar dat was deel van de charme. Naast gillen als een zot duwde ze tussen de nummers af en toe ook op de jinglepad; wij genoten zelf het meest van de compleet van de pot gerukte gabber en jungle jingle ergens middenin het optreden. We weten niet per se wat het toevoegde, maar grappig was het zeker. Wat we wel makkelijk kunnen samenvatten, is wat de band muzikaal te bieden had. Rammen, rammen, rammen en nog eens rammen, aan razendsnel tempo wisselden snedige gitaar- en basriffs elkaar af ondersteund door de drummer die voor de verandering ook vooral aan het rammen was op zijn kit. Na een half uurtje was de storm gaan liggen, verliet het vijftal het podium en konden wij ons veilig terug naar buiten begeven.
Vanavond speelt Snõõper in Cactus Muziekcentrum.
W!zard @ Museum
© CPU – Marvin Anthony
Veel magie of hocus pocus kwam er niet aan te pas bij de Franse noiserockers van W!zard. Het enige wat ze meebrachten, was een grenzeloos vertrouwen in zichzelf, voldoende om de zaal tot op de milliseconde in een trance te sleuren. De eerste noten klonken nog wat zoekend, maar zodra de twee snarenplukkers op elkaars ritme begonnen te springen, hing er plots elektriciteit in de lucht. De sound deed denken aan postpunk, teruggebracht tot zijn essentie. Rauw en ongepolijst, maar nooit chaotisch. De bonkende bas- en gitaarpartijen kregen alle ruimte om te vibreren en kwamen verrassend direct binnen. Het was intens, maar nooit zo complex dat je als luisteraar moest afhaken. Integendeel, de energie werkte aanstekelijk en de opbouw was strak getimed. Alsof de chaos precies wist waar ze naartoe moest vliegen: naar het midden van de zaal, waar de eerste moshpit van de dag een feit werd.
Mclusky @ Fountain Stage
© CPU – Marvin Anthony
Dat de programmatie wederom een dag vol stevige gitaren was, dat wreef Mclusky er al snel nog eens in. Met een stevige grommende bas op de voorgrond gaven de Britten onmiddellijk van jetje. Naast de smerige bas, die na enkele nummers doodleuk nog een beetje luider werd gezet, werd er ook stevig op de drum geknald en op de gitaar geramd. De bassist rolde letterlijk met zijn spierballen en vroeg al grappend nog wat extra bas en gitaar. Wie na Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs nog geen permanente gehoorschade opliep, kon tijdens Mclusky opnieuw proberen. Alle grapjes ter zijde, de band speelde een ongelofelijk strakke show met een resem nieuwe nummers van hun recentste langspeler the world is still here and so are we die ook allemaal erg overtuigend klonken. Naast ongelofelijk veel herrie maken, wist de band ook af en toe een kalm intermezzo te houden; dit door een rustig of meer groovy nummer te spelen of onnozele kluchten te vertellen. Zo vertelden ze dat ze recent alle rechten voor Kings of Leon gekocht hadden, dus vanaf nu zo genoemd wilden worden, of om zo vriendelijk te zijn alle Metallicafans veilig naar huis te begeleiden (wegens oude leeftijd). De combinatie van deze grappen en de zeer strakke set zorgden er tot onze spijt voor dat het uurtje die Mclusky kreeg voor we het goed en wel beseften al voorbij was.
The K. @ Orangerie
Het is al even geleden dat we The K. uit Luik nog eens aan het werk zagen. Dat zanger Sébastien Von Landau heel erg druk bezig is met het doomproject Wyatt E. en hun laatste album al van 2020 is, zal daar wel iets mee te maken te hebben. Desalniettemin stonden ze deze middag op een mooi uur in de Orangerie gepland, dus wij gingen eens kijken hoe het nog was met de groep. Wat ons onmiddellijk opviel, was dat Sigfried Burroughs (Bert Minnaerts) niet meer op de drum speelde. Naast een nieuwe drummer, had de band ook heel wat nieuwe nummers voor ons in petto, want naast “Human After All” en “Priggish” kwam de volledige set van hun nieuwe album, die als alles goed gaat ergens deze winter zou moeten uitkomen. Dat vonden we ergens wel jammer, want op hun eerste drie langspelers staan toch ook heel wat goede singles. Daar trok de band zich echter niets van aan terwijl ze de riffs aan elkaar breiden. Geroutineerd speelden ze de nieuwe nummers, alsof ze nooit waren weggeweest. En als we eerlijk zijn, klonken die ook best wel lekker.
M(h)aol @ Museum
© CPU – Marvin Anthony
Vers van de pers verscheen afgelopen vrijdag het tweede album van M(h)aol. De Ierse postpunkers hadden dus meteen wel wat materiaal om voor te stellen aan Les Nuits en dat gebeurde dan ook. Een verkoopspraatje om snel nog wat merch te kopen, hoorde ook bij het concert en kwam doorheen de show ook wel terug al een soort van gimmick. Gelukkig was de muziek meer dan een gimmick, want met dreigende gitaren en een zingende drumster, had de groep wel wat in zich om te entertainen. De repetitieve sound deed bij momenten denken aan The Fall die samen met The Breeders een babytje hadden gemaakt en dat wist het publiek wel te smaken. Nooit schoot de band te ver uit de bocht, maar dat hoefde ook niet, want door dreigend genoeg te klinken, kan je ook overtuigen. Op die manier werd de nieuwe plaat uitmuntend voorgesteld en bewees M(h)aol dat we het laatste nog niet gezien hebben van hen.
Speelt in november op Sonic City in Kortrijk.
The Ex @ Fountain Stage
© CPU – Marvin Anthony
Exact een maand geleden zagen we de Nederlandse punkers van The Ex het beste van zichzelf geven op NEXT STAGE tijdens Roadburn. We waren dan ook benieuwd hoe ze hun pioniersmuziek zouden brengen op een openluchtpodium. Niet dat 46 jaar aan ervaring zomaar uit evenwicht te brengen valt. We kregen vrijwel dezelfde setlist voorgeschoteld, met een integrale uitvoering van het nieuwe album If Your Mirror Breaks. Voor de livebeleving was de volgorde licht aangepast, wat zorgde voor een iets dynamischer verloop. Terrie Ex, het enige overgebleven originele lid en geestelijke vader van de band, zocht met humor en flair de hoge frequenties op. Zijn gitaarspel was scherp, eigenzinnig en bleef voortdurend uitdagen. Toen de zon even doorbrak, werd het soms lastig om de aandacht volledig bij de opstapelende noisy texturen te houden. Toch bracht het optreden ook momenten van focus en bezieling. Zo voelde het als een kantelpunt toen drumster Katherina Bornefeld haar nummer “Wheel” inzette. De breekbaarheid en kracht die daarin samenkwamen, trokken alles weer even in het juiste spoor. Onkruid vergaat niet, zegt men wel eens, en zelden was dat cliché zo treffend van toepassing als bij deze eigenzinnige bende.
Armlock @ Orangerie
© CPU – Marvin Anthony
Het hoefde vandaag niet alleen maar excentriek te zijn. De Australiërs van Armlock brachten keurige, gepolijste indierock die uitnodigde om even tot rust en bezinning te komen. Hun uitstapjes naar lichte postrock voelden nergens verdwaald aan, maar pasten juist naadloos in het geheel. Door de fonkelende verlichting werd het makkelijker om met opgeheven hoofd te genieten van de subtiele lagen en heldere melodieën. Een goed uur voor de hoofdact van de festivaldag ons het vuur aan de schenen zou leggen, hadden we dus nog wat vrije speeltijd. Veel interactie met het publiek was er niet, maar dat leek ook niet nodig. De dankbaarheid van de bandleden was voelbaar vanaf het podium terwijl ze hun nummers met nauwkeurigheid en geduld lieten samenvloeien. Met dit optreden maakte de band een prima livedebuut op Belgische bodem. Het zou ons dan ook niet verbazen als hier in de nabije toekomst een vervolg aan gegeven wordt, bijvoorbeeld in de Rotonde van dit Brusselse cultuurhuis.
Op 21 mei staat Armlock in V11.
Marcel @ Museum
Het volgende potje herrie van de dag voorzag het Belgische Marcel. De band staat gekend om hun energetische liveshows en dat was vandaag niet anders. Hun snedige garagepunk greep ons onmiddellijk bij de keel, en niet met de bedoeling om los te laten. Buiten wat bindteksten in het Frans en een sympathieke hoe gaat het kregen we namelijk geen pauze. Dat leek het publiek echter niet erg te vinden, want er werd lustig op los gemosht, gesprongen, gedanst en geklapt. Het publiek werd meermaals bedankt door de enthousiaste zanger die zich daarnaast ook liet opmerken door zijn felle kreten en nerveus te prediken. Hij werd langs beide kanten vergezeld door twee al even zenuwachtige gitaristen. Ze stuwden het energieke geheel vooruit door als bezetenen hun instrumenten af te tuigen. Zo regen ze de nummers aaneen tot ze na een goeie veertig minuten besloten dat het genoeg geweest was, en zo hoort dat eigenlijk ook wel bij een punkoptreden.
the Jesus Lizard @ Fountain Stage
© CPU – Marvin Anthony
De band waarvoor het gros van de bezoekers leek gekomen te zijn, was zonder twijfel The Jesus Lizard. Eind jaren tachtig vormde deze cultgroep, samen met onder andere Flipper en Shellac, een ongeëvenaarde invloed op wat enkele jaren later zou uitmonden in het commerciële succes van bands als Nirvana. Hier op Les Nuits klonk hun verschijning echter als een statement, een stevige schop tegen de schenen van de gevestigde orde. Frontman David Yow mag dan onverstoorbaar lijken, het was duidelijk dat hij fysiek niet meer op zijn piek zat. Toch was het contrast met bijvoorbeeld Kings of Leon groter dan ooit: zonder aarzeling dook hij al na opener “Seasick” het publiek in, alsof vermoeidheid hem simpelweg niet interesseerde. De iets oudere aanwezigen beleefden plots hun jongere jaren opnieuw, want even later barstte er een stoeierige moshpit los. The Jesus Lizard maakte er geen sport van om, zoals Osees vrijdag nog deden, steeds sneller en chaotischer te spelen. Integendeel, David Wm. Sims’ baslijnen kletterden traag, maar genadeloos hard door de zaal, als een mokerslag die niet op snelheid maar op gewicht rekent.
Yows zang was niet altijd even verstaanbaar, maar de energie waarmee hij tot tweemaal toe een luid ‘fuck Trump’ uit zijn longen perste, liet er geen twijfel over bestaan: de woede van vroeger borrelt nog steeds in hem. Bij “Boilmaker” begon alles bovendien vanzelf organischer te pruttelen. De band vond plots een natuurlijk ritme, alsof de chaos opeens volledig klopte. Een goed halfuur voor het einde viel alles plots stil. Het viertal verliet zwijgend het podium, en het had ons eerlijk gezegd niet verbaasd als ze het daarbij gelaten hadden. Maar met dezelfde compromisloze houding als bij het begin van de set, kwamen ze terug voor een bisronde. De euforie onder de aanwezigen was compleet. The Jesus Lizard mag dan een tijd van de radar verdwenen zijn, vergeten waren ze allerminst. Ook nieuwe nummers, zoals “What If?”, wisten moeiteloos enthousiasme op te wekken naast het oermateriaal van Goat. Het was een levendige herinnering aan hoe compromisloos en levend noiserock nog steeds kan zijn.
The Jesus Lizard speelt komende dinsdag, 20 mei, in Melkweg.
ELLiS·D @ Orangerie
Toen Soccer Mommy onverwacht haar optreden op Les Nuits moest annuleren, wist de organisatie snel een geschikte vervanger te vinden om de avond in de Orangerie af te sluiten: ELLiS·D. De band uit Brighton zit sinds vorig jaar in de lift en wordt steeds vaker genoemd als een van de spannendste nieuwe namen binnen de gitaarmuziek. Eerder stonden ze al op het podium van Museum als support van Fat Dog, en dit voorjaar gingen ze opnieuw met hen op tournee. Die ervaring heeft hun livereputatie duidelijk versterkt. Zondagavond vertaalde die podiumroutine zich in een zelfverzekerd en expressief concert. Met een energieke set vol dansbare, eclectische nummers wist ELLiS·D het publiek moeiteloos in te pakken. Hun geluid bewoog soepel tussen invloeden van Led Zeppelin en Sparks, zonder ooit richtingloos te klinken. Frontman Ellis D sprong eruit met zijn markante stem, flamboyante jarenzeventig-look en natuurlijk gevoel voor show. Zijn uitstraling en flair gaven de band een extra laag, zowel muzikaal als visueel. Hoewel ze oorspronkelijk als vervanger waren aangekondigd, lieten ze zien zonder moeite een avond te kunnen dragen. ELLiS·D lijkt klaar voor een hoofdrol, en het zou zomaar kunnen dat die er sneller komt dan verwacht.
ELLiS·D staat op 13 september op Leffingeleuren.
Daufødt @ Museum
In het Museum werd er vandaag nog een laatste maal keet geschopt. Ditmaal was het een Noorse partij die zoals Vikingen de boel in lichterlaaie kwam zetten. Vol overtuiging schoot de Scandinavische bende uit de startblokken wat al snel resulteerde in een kleine moshpit. Vol enthousiasme smeet de zangeres zichzelf mee de moshpit in, wat voor extra enthousiasme bij de toeschouwers zorgde. Ook kon ze op erg overtuigende wijze screamen en grunten, alsof ze al jaren in en metalband speelde. Qua geluid deed de groep ons echter wat meer denken aan van die viezere hardcore punk, met wat sludge-invloeden. Dit kwam onder andere door de brutale zang, maar ook de hevig overstuurde gitaren en het bijzonder snelle tempo hadden hier hun aandeel in. Drie kwartier lang ramde de bende erop los zonder hier al te veel tierlantijntjes aan te winden, wat ervoor zorgde dat het allemaal wel een beetje gelijkaardig klonk. Maar wie niemand in de zaal gaf daar een moer om, omdat het allemaal heel strak, lekker vies en steengoed klonk.
Vanavond speelt Daufødt samen met Snõõper in Cactus Muziekcentrum.
Les Nuits Botanique loopt nog tot en met 25 mei. Alle info over het volledige programma vind je hier.
Fan van de foto’s? Op onze Instagram staan er nog veel meer!
Onze recensie van de eerste festivaldag lees je hier.
Onze recensie van de tweede festivaldag lees je hier.
Onze recensie van de derde festivaldag lees je hier.
Deze recensies werden geschreven door Cédric Ista, Jan-Willem Declerq en Niels Bruwier.