InstagramLiveRecensies

Iron Maiden @ Sportpaleis: IJzer in het vuur

© CPU – Cédric Depraetere

De laatste keer dat Iron Maiden een Belgische zaal betrad, was alweer van 2017 geleden. Ook toen had het Antwerpse Sportpaleis de eer om de Britse metaltitanen te ontvangen. Na twee keer Graspop te headlinen tussendoor was het voor de groep dus weer tijd om die zaal midden in de zomer aan te doen. De ticketverkoop verliep daardoor wat stroever, maar uiteindelijk mocht toch het bordje uitverkocht worden bovengehaald. De fans zagen een set waarbij hits eerder schaars waren en er vooral werd geplukt uit nieuwste album Senjutsu, maar ook de klassieker Somewhere in Time uit 1986 was ferm vertegenwoordigd. Hierdoor werd het een set voor de echte fans, waardoor het geduld soms wat op de proef werd gesteld, maar met een band als Iron Maiden ben je gelukkig nooit klaar.

Nog voor we effectief de zaal van Sportpaleis binnenliepen, zagen we in de straten van Antwerpen al dat Iron Maiden in het land was. T-shirts bij de vleet en jeansvestjes die het straatbeeld meer en meer begonnen kleuren eens we dichter bij de zaal geraakten, dan weet je dat er iets op til staat. Eerst was het weliswaar de beurt aan The Raven Age. De band van de zoon van Steven Harris, want zo werd de groep door iedereen toch omschreven en bekeken, doet niet voor het eerst de support van Iron Maiden. En niet voor het eerst overtuigt de band niet, want alles wat ze brachten was tamelijk voorspelbaar, clichématig en vooral al duizend keer beter gedaan. Ook intermezzo’s die op niets sloegen (gewoon wat mysterieuze sfeermuziek) deden de set geen goed. Op die manier moesten we toch wel veertig minuten middelmatige metal verorberen waar ook het publiek niet warm van werd. Er werd wat gekuierd en nog extra bier bij gehaald om straks volledig klaar te zijn voor de hoofdact.

© CPU – Cédric Depraetere

“Doctor Doctor” van UFO is al jaar en dag de opkomstsong van Iron Maiden en van zodra die door de speakers knalt, weet je dat het staat te gebeuren. Stipt om tien voor negen werden dan ook de eerste riffs van die song ingezet en iedereen smeerde zijn kelen al. Op een bandje werden de eerste noten van “Caught Somewhere in Time” gespeeld, waarna een luide knal de band op het podium verwelkomde en het tempo de hoogte in ging. Daar waren ze dan, de zestigers op de voorgrond en de enige zeventiger op de achtergrond. Drummer Nicko McBrain werd namelijk in het decor geïntegreerd waardoor enkel mensen die voor hem zaten effectief konden zien hoe hij drumde. Van zodra je iets te veel aan de zijkant zat, zag je er niets meer van. Een vreemde keuze, maar iets waar we naarmate de set vorderde niet echt meer op letten.

Met zijn meer dan zeven minuten was de opener meteen een knoert van jewelste die alles bevatte wat we van Iron Maiden wilden horen. Gitaarsolo’s, een Bruce Dickinson die de grenzen van zijn stemregister opzocht en natuurlijk heel wat spektakel. Toch was dat laatste naar Iron Maidens normen erg sober. Er werd gebruik gemaakt van wat beelden van clips en ook een doek per nummer zorgde voor een leuk decor, maar verder bleef het spektakelgehalte miniem. Eddie dook ook maar drie keer op, waardoor ook zijn rol minder prominent was dan bij vroegere shows. Gelukkig was er nog steeds een geweergevecht bij “Heaven Can Wait” en kwam hij als samoerai met de bandleden vechten tijdens “Iron Maiden”.

© CPU – Cédric Depraetere

Verder was het dus de muziek die moest spreken en die klonk altijd verrassend strak. De bandleden mogen dan al bijna allemaal op pensioengerechtigde leeftijd zijn, hun energiepeil zakte geen moment. Zo ook bij Bruce Dickinson, die als een bezetene weg en weer liep en zijn statief alle hoeken van het podium liet zien. Daarmee zweep je een publiek natuurlijk makkelijk op en als hij dan nog eens zelf de uithoeken van het podium opzoekt om iedereen te kunnen aanspreken, weet je dat je hem als frontman niets meer moet leren. Op die manier kwamen er ook wel wat nieuwere liedjes in de set met “Days of Future Past” en “The Time Machine” waar telkens ene klein verhaaltje bij hoorde. Erg boeiend was het allemaal niet, het stond bol van de clichés, maar het toonde wel dat de band het belangrijk vindt dat iedereen beseft waar hun nummers voor staan.

“Death of the Celts” was nog zo’n nieuw nummer, maar wel eentje die een klassieker in wording lijkt te worden. De epische gitaren, de opbouw en de nodige dramatiek maakten er iets tijdloos van dat perfect bij het thema van de genocide lijkt te passen. Het duistere overheerste vanzelfsprekend altijd bij Iron Maiden en dan moest “Fear of the Dark” nog komen. De song zorgde ervoor dat het publiek plots wel rechtveerde, iets wat ze het vorige anderhalfuur nog niet deed. De song werd uit volle borst meegezongen en er werd ook wel wild in het rond gesprongen. Dat springen gebeurde voordien slechts sporadisch door de voorste rijen op vraag van de band zelf, maar nu kwam het allemaal spontaan. Dickinson dirigeerde als een bezetene het publiek, waardoor eigenlijk iedereen volledig warm draaide.

© CPU – Cédric Depraetere

Dat we bij “Hell on Earth” dan maar enkel vuur te zien kregen, zorgde ervoor dat iedereen begon te koken en dat kookpunt werd uiteindelijk bereikt bij “The Trooper”. Het anthem zorgde voor een euforisch gevoel en plots ontstonden er overal moshpits en werden crowdsurfers opgevist door de security. De hits waren toch hetgeen waar het publiek op zat te wachten, al mogen we de rest van de set zeker niet laten ondersneeuwen. Het is als band gedurfd dat je nieuwe muziek blijft spelen, ondanks dat iedereen liever de klassiekers heeft. Op die manier kan je jezelf ook blijven smijten zoals gitarist Janick Gers die met zijn gitaar alles deed wat onmogelijk lijkt. Gitaarsolo’s met het podium, gitaarsolo’s met zijn voet en gitaarsolo’s in de lucht, je kon het zo gek niet bedenken. Of ook Steve Harris die af en toe akoestische partijen voor zijn rekening nam.

Uiteindelijk werd met “Wasted Years” nog het bekendste liedje van Somewhere In Time op de zaal losgelaten die ook uit volle borst werd meegezongen. De twee uur durende set was voorbij voor we het goed en wel beseften en dat is heel erg te danken aan de sterke band die Iron Maiden nog steeds is. Het was soms een beetje pompen bij de lange nummers die iets te veel leunden op gitaarsolo’s die het nummer rekten, maar verder bleef de band wel roestloos spelen en lijken ze het perfecte middel gevonden te hebben om ijzersterk te houden. De zestigers – en één zeventiger – lieten zich volledig gaan en kunnen nog genoeg energie geven als de jonkies en dat is gewoon al iets waar we enkel maar van kunnen genieten.

Fan van de foto’s? Op onze Instagram staan er nog veel meer!

Setlist:

Caught Somewhere in Time
Stranger in a Strange Land
The Writing on the Wall
Days of Future Past
The Time Machine
The Prisoner
Death of the Celts
Can I Play With Madness
Heaven Can Wait
Alexander the Great
Fear of the Dark
Iron Maiden

Hell on Earth
The Trooper
Wasted Years

3673 posts

About author
Ook bekend als "Den Beir", oprichter van de site, leidt alles in goeie banen en schrijft ook wel eens iets.
Articles
Related posts
InstagramLiveRecensies

Simple Minds @ Sportpaleis: Tournée Générale

Wat Kurt Cobain betekende voor de jeugd in de jaren negentig, was Jim Kerr voor de generatie ervoor. Al moesten de Schotse…
InstagramLiveRecensies

Editors @ Sportpaleis: Sluipt de sleur in het droomhuwelijk?

Editors en België, een geslaagd huwelijk dat al meermaals werd beklonken op de Belgische festivalweides. Wie vorig jaar tevergeefs voor de gesloten…
LiveRecensies

Niall Horan @ Sportpaleis: Vloedgolf aan gesmolten tienerharten

Boybands staan bekend als ware wereldsterfabrieken. Take That bracht ons Robbie Williams, *NSYNC had Justin Timberlake en Ricky Martin zette zijn eerste…

3 Comments

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.