AlbumsFeatured albumsRecensies

Rival Sons – DARKFIGHTER (★★★): De repetitieve succesformule

Ondanks dat het vreemde tijden waren, was de coronapandemie voor heel wat bands ook een zeer productieve en creatieve periode. Door het wegvallen van tournees hadden artiesten meer tijd om nieuwe ideeën op te doen en ze nadien ook uit te werken. Een goed voorbeeld van een van die bands, is Rival Sons. De Amerikaanse hardrockband brengt dit jaar niet één, maar twee albums uit die ze tijdens de lockdown opnam. De eerste daarvan is deze DARKFIGHTER, terwijl de tweede LIGHTBRINGER heet en eind dit jaar verschijnt.

De singles die in aanloop naar de release van het album werden uitgebracht beloofden alvast veel goeds en bij het opleggen van de plaat worden die beloftes al snel ingevuld. Openingsnummer “Mirrors” opent nog vredig met orgels maar na een minuut gaan de gitaren en drums in overdrive, waarna ze geregeld nog van snelheid veranderen en af en toe vergezeld worden door een akoestische gitaar. Het doet daardoor qua instrumentale compositie met vlagen aan Led Zeppelin denken en dat is voor eender welke band een groot compliment. Zanger Jay Buchanan mag dan wel Robert Plant niet zijn, maar eens hij zijn keelgat openzet klinkt hij net zo onoverwinnelijk.

Niet alleen de zang haalt herinneringen op aan Led Zeppelin, ook het vaak voorkomende bluesrockgehalte en de lange speelduur van alle liedjes draagt bij aan die vergelijking. Zo telt DARKFIGHTER slechts acht nummers maar klokt de totale speelduur wel af op ruim veertig minuten. Bij lange nummers komt natuurlijk altijd de valkuil van verveling en voelbare inspiratieloosheid kijken maar gelukkig merken we daar maar bitter weinig van tijdens de eerste helft van dit album. Dat kunnen we voor een groot deel ook wijten aan de diverse stijlen en tempo’s die de band hanteert. Zo is “Nobody Wants to Die” een harde rocker van jewelste, terwijl op “Bird in the Hand” het gaspedaal wordt gelost om een meer gepolijst en bijgevolg minder snedig resultaat op te leveren.

Toch moeten die minder snedige nummers niet onderdoen voor de rest. Zo weet het zeer bluesy “Bright Light” zich door zijn laidbacksfeer te ontpoppen tot een verfrissend moment, dat op zijn beurt ook de veelzijdigheid van de band illustreert. Met de grote bluesrocklegendes kunnen Rival Sons zich vanzelfsprekend niet meten, maar door de modernere sfeer klinkt het wel toegankelijker voor een breed publiek. Daar zit de productie van de legendarische Dave Cobb – die onder meer ook albums van Chris Stapleton en Brandi Carlile producete – natuurlijk ook voor iets tussen.

Die naadloze productie uit zich ook nog eens in “Rapture“, waar de stem van Buchanan zich het meest op de voorgrond bevindt en de akoestische gitaar zowel uiterst subtiel als onmisbaar is. Hetzelfde geldt voor “Guillotine” dat zich met strakke riffs, vette solo’s en geweldige vocale uithalen weet te ontpoppen tot het absolute hoogtepunt van DARKFIGHTER. Toch zijn er ook kalmere passages binnen het lied, waardoor we wederom de altijd rake combinatie van akoestische songs en hardrockmuziek krijgen.

Dat het een succesformule is moge duidelijk zijn, maar richting het einde voelt het helaas ook wel wat aan alsof we telkens met dezelfde formule te maken krijgen. Zo wisselt “Horses Breath” ook de rustigere passages af met stevige momenten, maar dat hebben we op het album al genoeg gehoord. DARKFIGHTER had baat kunnen hebben bij wat meer rechttoe rechtaan rocksongs zoals “Nobody Wants To Die”.

Ook slotnummer “Darkside” is een product van die succesformule, maar dit is er dan wel weer eentje dat enorm binnenkomt. Deze keer door zijn intensiteit en filmische gehalte, dat het doet klinken alsof de apocalyps ieder moment kan uitbarsten. Het is een uiterst krachtige manier om een album af te sluiten en weet ons gelukkig wel weer wakker te schudden, nadat de Amerikanen even te veel in herhaling vielen.

DARKFIGHTER is in alle muzikale opzichten zeker een geslaagd album, al had het toch wat korter mogen zijn of wat meer korte nummers bevatten. Nummers zoals “Guillotine” en “Darkside” zijn hun lange speelduur meer dan waard, maar dat geldt dan weer niet voor “Horses Breath”. De naadloze productie draagt bij aan een toegankelijk rockgeluid, dat een brug weet te leggen tussen softrock en hardrock en dat kunnen we alleen maar aanmoedigen.

Op 9 november staat Rival Sons in De Melkweg te Amsterdam, op 12 november in Ancienne Belgique te Brussel. Beide optredens zijn uitverkocht.

Facebook / Instagram / Twitter

Ontdek “Take Me For A Ride”, ons favoriete nummer van The Girl Is Crying In Her Latte, in onze Plaatje van de Plaat-playlist op Spotify.

430 posts

About author
Ik moet dagelijks 'ok boomer' aanhoren
Articles
Related posts
FestivalnieuwsMuzieknieuwtjes

Graspop vult affiche aan met o.a. Turnstile, Limp Bizkit, Heart, Mr. Bungle en Architects!

Goed nieuws voor Graspop-liefhebbers die hun kerstcentjes nog niet hebben uitgegeven, want het festival brengt ons weer een nieuwe lading aan namen!…
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Rival Sons - "Rapture"

Er zijn maar weinig bands met zo’n verfijnde kledingstijl als de mannen van Rival Sons. Het draagt waarschijnlijk wel wat bij aan…
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Rival Sons - "Nobody Wants To Die"

Rival Sons staat al jaren bekend als een van de strafste hedendaagse bluesrockbands. De nummers van de Amerikaanse band laten zich kenmerken…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.