Een hiphopmessias, Pulitzer-laureaat, meervoudig Grammy-winnaar, gevierd icoon… Met Kendrick Lamar stond gisteren een van de meest gelauwerde en succesvolle muzikanten van zijn generatie in het Antwerpse Sportpaleis op de planken. Met het monumentale dubbelalbum Mr. Morale & The Big Steppers breidde hij eerder dit jaar nog een veelgeprezen vervolg aan het evenzeer sterk onthaalde DAMN. Alles wat Kungfu Kenny aanraakt, lijkt wel in goud te veranderen, al kon hij met zijn vorige passage in ons land (op Pukkelpop) toch niet iedereen overtuigen. Uitgeblust en uitgeput was hij in Kiewit, wat niet onlogisch is na een lange en slopende tour. Van vermoeidheid was er gisteren in het Sportpaleis geen sprake. Meer nog: Kendrick Lamar leverde een van de sterkste concerten van het concertnajaar af.
Met Tanna Leone kregen we om acht uur een eerste opwarmer op ons bord geserveerd. Amper een kwartier kreeg hij om het beste van zichzelf te geven in een al aardig gevuld Sportpaleis. Bij de meesten deed zijn naam misschien al een belletje rinkelen. Leone is namelijk de meest recente aanwinst van PGLang, het multidisciplinair creatief collectief dat werd opgericht door Kendrick Lamar en Dave Free. Op Mr. Morale & The Big Steppers was hem zelfs een prominent gastrolletje gegund en eerder dit jaar bracht hij ook al een eerste album uit. Aan goede wil ontbrak het hem in ieder geval niet tijdens zijn eerste bezoek aan België. Met veel animo en goesting kreeg hij de staande meute voor zich aardig in beweging. Dat hij gebruik kon maken van visuals en de lichten was een mooi extraatje, waar hij royaal gebruik van maakte. Alleen jammer dat hij zelfs de vijftien minuten niet vulde en na dertien minuten bedankend het podium verliet. Het is een klein detail bij een voor de rest zeer aangename introductie.
Baby Keem bracht gisteren de deluxe-versie van zijn succesalbum The Melodic Blue uit en dat kon hij meteen vieren in het Sportpaleis. De jongere neef van Kendrick Lamar is meer dan behoorlijk bezig en scoorde de afgelopen twee jaar een aantal opmerkelijke hits. Het was dus niet voor niets dat de arena al afgeladen vol stond voor zijn doortocht. En dan bleek het publiek ook nog in een opperbeste stemming te verkeren. Ideale omstandigheden met andere woorden en daar speelde Keem perfect op in. Het begin was meteen vurig dankzij “trademark usa”, maar ook later in de set volgde heel wat dynamiet. Het leek wel alsof iedereen voor de Amerikaanse rapper gekomen was; zo uitbundig was het publiek. Voor het slot haalde hij nog “ORANGE SODA” boven en zo maakte hij het feest compleet. Zelden heerste een voorprogramma zoveel als dat Baby Keem dat deed. Straf!
Stipt op tijd om half tien doofden de lichten en kon het spektakel definitief beginnen. Dat deed Lamar op een zeer intrigerende manier door eerst zijn dansers de uitgerekte catwalk te laten afwandelen richting hoofdpodium, om dan zelf helemaal in de uithoek van dat podium achter een piano “United In Grief” in te zetten. Veel van de achtentachtig toetsen hoefde Lamar weliswaar niet in te duwen, want al bij het tweede couplet nam hij zijn look-a-likehandpop mee naar de catwalk. Op de eerste echte energie-uitbarsting hoefden we ook niet wachten. “N95” stak het Sportpaleis letterlijk en figuurlijk in vuur en vlam met een enorme pyro-knal, dat voor het middenplein kenbaar het startschot was om de eerste moshpits in gang te zetten. De uitzinnigheid op het middenplein werkte aanstekelijk op de tribunes, want daar stond ook iedereen vrijwel meteen recht.
Het Sportpaleis was, raar maar waar, niet helemaal uitverkocht. Hier en daar waren er nog wel wat lege stoelen te bespeuren in de tribunes, wat niet onlogisch is als je weet dat je bijvoorbeeld voor een plaatsje in de onderste ring ongeveer 102 euro op tafel moest leggen. Een stevige som geld, maar je kreeg er wel iets voor in de plaats. Het schaduwspel bij “ELEMENT.” en “Worldwide Steppers” was daar een mooi en behoorlijk voorbeeld van, evenzeer als de impressionante choreografie voor het triomfantelijk onthaalde “HUMBLE.”. We kwamen bijna ogen tekort en daarom waren ‘rustige’ momenten zoals “Father Time” net heel welgekomen.
Mr. Morale & The Big Steppers werd uiteraard veelvuldig in de kijker gezet met maar liefst dertien nummers. Ons hoorde je alvast niet klagen, want de liedjes kwamen live net door de gedecideerde manier van rappen van Lamar nog meer tot leven. De emotionele manier waarop hij de woorden uit zijn mond liet stromen tijdens “Count Me Out” liet niemand onberoerd en werd met de pijlen op zijn rug knap in scène gezet op het witte doek. Toch waren het vooral de klassiekers die, niet verwonderlijk, voor de meeste energie in het Sportpaleis zorgden. Denk maar aan de explosieve uitvoering van hoogtepunt “m.A.A.d city” of “Swimming Pools (Drank)”, waarmee hij de sfeer definitief van een negen naar een tien bracht.
Kendrick Lamar liet voor deze tour de voltallige band thuis nadat hij ze bij de DAMN.-tour nog naast het podium wegmoffelde. Dat betekende echter niet dat de nummers geen live feeling meekregen. Een muzikant naast het podium speelde bij elk nummer duchtig mee. Dan eens op een bas, dan eens op de keys of op een drumpad. Hit “DNA.” werd op die manier in een levendig jasje gestoken, terwijl “King Kunta” met een lekker smeuïge baslijn een leuke twist kreeg. Op veel spontane interactie met het publiek konden we Lamar zoals gewoonlijk niet betrappen. Hier en daar werd wel eens oogcontact gemaakt en zocht hij de kantjes van het podium op, maar dat maakte in de meeste gevallen deel uit van de performance. Voor “Money Trees” nam hij dan toch even een moment om zich als een messias op handen te laten dragen. De decibelmeter ging terecht fors in het rood.
De actualiteit bouwde Lamar slim in zijn set. Voor “Alright” liet hij zich in ‘quarantaine’ zetten in een doorzichtige kubus en volgde er ook een ‘covid-test’. De sfeer die het nummer in het publiek teweeg bracht, was hier vooral memorabel. Voor het daaropvolgende “Mirror” ging hij even later (letterlijk) de hoogte in, al bleef hij muzikaal wel wat meer op de vlakte. Kwalijk kunnen we hem dat moeilijk nemen, de boog kan uiteraard niet altijd even gespannen zijn. Om daar verandering in te brengen, haalde hij zijn neef Baby Keem uit de coulissen. Flarden van “vent” en “range brothers” bleken slechts voorbodes vooraleer de twee een paar minuten later de boel nog eens op stelten zouden zetten met “family ties”. De vuurpijlen schoten in de lucht, de moshpits werden heviger en het Sportpaleis barstte definitief uit zijn voegen. Ook Tanna Leone mocht voor “Mr. Morale” nog eens zijn opwachting maken en deed dat met verve. Met de eindmeet in zicht stond iedereen op en voor het podium nog eens op scherp.
Aan een bisronde deed Kendrick Lamar niet en zo eindigde het concert met “Savior”. De enscenering van het slotakkoord was om duimen en vingers bij af te likken. Een voor een draafden de dansers van het podium en zo kregen ze hun welverdiende erkenning. ‘The cat is out the bag, I am not your savior’, zong Lamar in de laatste strofe onder een oorverdovend applaus voordat hij samen met zijn piano de grond in verdween. Onze redder was hij misschien niet, maar in het Sportpaleis presenteerde hij zich meer dan ooit als de messias van een hele generatie. Met een concert dat zowat alles oversteeg wat te overstijgen viel, bood hij zijn fans een unieke belevenis aan die maar moeilijk te overtreffen valt. Het concert van het jaar? Het zal in ieder geval niet heel veel schelen.
Setlist:
United in Grief
N95
ELEMENT.
Worldwide Steppers
Backseat Freestyle
Rich Spirit
HUMBLE.
Father Time
m.A.A.d city
Purple Hearts
King Kunta
LOYALTY.
Swimming Pools (Drank)
Bitch, Don’t Kill My Vibe
Die Hard
DNA.
Count Me Out
Money Trees
LOVE.
Alright
Mirror
Silent Hill
vent (met Baby Keem)
range brothers (met Baby Keem)
family ties (met Baby Keem)
Crown
Mr. Morale (met Tanna Leone)
Savior