Kendrick Lamar Duckworth, Kung Fu Kenny, K-Dot. Veel woorden aan een introductie hoef je niet vuil te maken als je het hebt over een van de grootste rappers van de 21ste eeuw. En toch is het rustig geweest in de hiphopwereld wat betreft Kendrick Lamar. De soundtrack voor de Marvel-kaskraker Black Panther was grotendeels van zijn hand, ja, maar naast hier en daar nog een feature is het stil geweest sinds DAMN. uit 2017. Zelfs in een beef-rijk tijdperk binnen de hiphopwereld – Eminem vs. Machine Gun Kelly, Pusha T vs. Drake, Kanye West vs. zowat iedereen – verlaagt Kendrick zich tot niemands niveau. Het is dan ook eenzaam aan de top. Voor een van de greatest of all time (lees: GOAT), wacht je echter geduldig, vol spanning en met hoge verwachtingen af.
Mr. Morale & The Big Steppers zou zijn aanloop redelijk stil doorlopen, die internetbom die de aankondiging zelf betekende even buiten beschouwing gelaten dan. De geruchtenmolen kan je echter moeilijk tegenhouden, maar meer dan speculeren uit ijle lucht kon die nu ook weer niet. Zo werd er eerst beweerd, of misschien gehoopt, dat dit nieuwe album NATION. zou heten, zodat dat fijntjes zou overeenkomen met dat vorige album DAMN.. Niets werd echter gelekt, ook al iets unieks in dit digitaal tijdperk. Nee, de mondjes in het Kendrick-kamp zaten stevig op slot. Enkel een ongeduldige afwachting kon zich manifesteren.
Jezelf dan loslaten op deze, laat het ons zachtjes uitdrukken, langverwachte Mr. Morale & The Big Steppers voelt bijna overhaast, onvoorzichtig. Bezinking komt echter later wel. Zonder aarzelen gooit deze dubbelplaat zich dan ook meteen helemaal vrij met “United In Grief”. De opener haalt meteen het gekende karikaturaal hoog stemmetje van Kendrick en een tripletflow boven, maar is anderzijds toch onverwacht en abstract. Het is bijna dadaïstisch hoe een drukkende beat en rustgevende piano mekaar afwisselen, om dan gewoon recht door mekaar te lopen. Vooraleer je dit album wat in zijn experimentele mot zou krijgen, gooit Mr. Morale het weer over een compleet andere boeg. “N95” zou niet verkeerd staan op een album uit de glamoureuze bling era van de nillies, met zijn kitschy keys en extravagante manier van doen. En toch, het zijn een van Kendricks meest weelderige en bevredigende nummers, en dat met een compleet verschillende sound.
De sterk gecureerde en omlijnde features van “Die Hard” leiden een nog andere esthetieke omleiding van dit album in. Blxst en Amanda Reifer zorgen voor geruststelling in dit uiteindelijk broos en voorzichtig nummer, waar Kendrick voor een eerste keer wat onzekerheid blootstelt. ‘I have some regrets / But my past won’t keep me from my best’, het is een vastberaden aankondiging om onzekerheid om te zetten in weerbaarheid. Vastberaden mannen verzuipen maar al te snel in ‘dwaze trots’, weet Kendrick echter. Op “Father Time” is het de beurt aan ‘daddy issues’ om hun deel in onze collectieve miserie te verklaren. Geestelijke gezondheid is een belangrijk thema in dit tijdperk, maar het zijn de overcompenserende mannen die het belang ervan verwerpen die niet enkel zichzelf verloochenen, maar ook iedereen rond hen. ‘What’s the difference when your heart is made of stone / And your mind is made of gold / And your tongue is made of sword, but it may weaken your soul?’ Een manifesto voor mentale gezondheid in de vaak harde hiphopwereld, het is al anders geweest.
En toch is agressie nooit ver weg. Fans van nineties boombap zullen zich kluisteren aan de duistere, stoffige en sluipende beat van “We Cry Together”. Dat nineties-evocerende producer The Alchemist daar achter zit, hoeft weinig te verbazen. Het is alsof hij dertig jaar later de Wu-Tang Clan nog steeds probeert te overklassen. Het vormt alleszins de perfecte intense omkadering voor de uit de hand lopende huishoudelijke ruzie die Kendrick voert met Taylour Paige. De beledigingen die naar de hoofden van onze onze twee muzikale protagonisten gegooid worden, zijn alleszins niet op twee, of zelfs tien, handen te tellen.
Die instabiliteit van Mr. Morale & The Big Steppers gunt ons geen enkele moment van vaste ondergrond. De laatste ‘fuck you’ is nog niet vol gif uitgespuwd, of de zeemzoete beat van “Purple Hearts” wordt ingezet. En alsof hij met die staalharde ode aan zijn vroegere clan gesommeerd werd, verschijnt meneer Ghostface Killah himself. Hij schikt zich echter maar al te graag naar de noden van het album en speelt een prediker voor de liefde, terwijl Kendrick weer toenadering zoekt na het geliefdendispuut van de vorige track.
De tweede helft van deze dubbelplaat zet zich weer op een klankmatig onvoorspelbare manier in. “Count Me Out” wisselt een hemels achtergrondkoor met troebele, brommende instrumentatie. Het is niet moeilijk om aan (Kan)ye West ten tijden van Yeezus of zijn Sunday Service Choir te denken. Het heerlijke dynamische nummer trekt zichzelf door in “Silent Hill”, waar een bouncy bas de overhand neemt en waar Kendrick de instrumentatie voor zichzelf laat spreken, in tegenstelling tot het omgekeerde. Het komt het dichtste bij wat je ‘complexloos’ zou kunnen noemen en zorgt zo voor een glad en oningewikkeld nummer. Misschien onder invloed van gaststem Kodak Black, in wiens discografie niets anders dan dit soort hedonistische en ‘in the moment’-bangers te vinden zijn. Het zou Kendrick echter niet zijn als de afsluitende en minimalistische strijkers niet voor dat extra beetje nuance zorgen.
Dat Kendrick zijn stekende maar fantastisch relevante pen niet heeft thuisgelaten, culmineert nog het beste in “Savior”. Hij neemt zijn eigen beperkingen niet voor vanzelfsprekend. De openende bar ‘Kendrick made you think about it / But he’s not your savior’, schetst een beeld van een opgehemelde artiest, die nog het liefst van al gewoon een mens zou willen zijn. Mythische figuren zijn namelijk vaak enkel dat, mythes. Voor een deel niet eens echt, slechts een ingebeeld ideaal in de geest van luisteraars en bewonderaars. ‘Ik ben geen dier in de zoo dat je vol onwetende bewondering kan aangapen’, rapt Kendrick, ‘maar een imperfect, onvolmaakt mens’. De tekstlijn ‘Smile on your face / But are you happy for me?’ in de hook polst dan ook naar iets dat je als bekend figuur nooit helemaal zal kunnen weten, namelijk hoe je gepositioneerd staat in de perceptie van ons allemaal. Een antwoord op zo’n vraag weet Kendrick dat hij niet zal kunnen krijgen, maar met ‘Yeah, Tupac dead / Gotta think for yourself’ is het duidelijk wat hij teweeg wil brengen. Een verwerping van zijn eigen verheerlijking, in ruil voor een eerlijke blik in het gezicht van een ‘gewone’ man.
Niemand in deze wereld heeft de moral high ground, we zijn allemaal imperfect, we hebben allemaal iets of iemand(en) nodig die ons bij ons verstand houdt, die ons in de realiteit houdt. Als good kid, m.A.A.d city de oorsprong van Kendrick in het ghetto van Compton verkende, en To Pimp a Butterfly de schaal vergrootte naar het collectieve en intergenerationele trauma van de gehele zwarte gemeenschap, vindt dit album de gulden middenweg. Kendrick geeft ons een status-update, een stand van zaken, goed en slecht, maar verwijst nog steeds naar de schadelijke blauwdrukken en rode lijnen die onze hele maatschappij in zijn greep houden. Hij problematiseert zichzelf, neemt zichzelf nog steeds confronterend onder de loep. Een groot deel van de slechte invloeden die zijn jeugd vormgaven liggen achter hem, maar die vormgeving zelf laat je niet zomaar achter. Kendrick schetst zich zo als zowel slachtoffer als schepper van zijn eigen pijn.
Op Mr. Morale & The Big Steppers toont Kendrick een gevoeligere en sensitievere kant, maar verzekert hij met zijn proza dat die gevoeligheid zich even snel kan omzetten in woede, onzekerheid, angst en bitterheid. En het is deze mentale en emotionele volatiliteit die Kendrick met Mr. Morale & The Big Steppers vol muzikale precisie en gevoelsmatige potentie overbrengt zoals alleen hij dat kan. Een term als ‘oppervlakkig’ staat gewoonweg niet in het woordenboek van Kendrick Lamar. Dat kan gewoon niet als je albums als deze, keer op keer aflevert. Tien jaar nadat Kendrick Lamar definitief klopte aan de deur van het sterrendom, rust hij niet op zijn lauweren. Integendeel. Zo maakt hij zijn onvergankelijkheid gewoon nog een stukje onvergankelijker.
Dit monumentale dubbelalbum zal voorgesteld worden in het Sportpaleis op 28 oktober, allen daarheen!
Ontdek nog meer nieuwe muziek op onze Spotify!