Neem een jute zak en steek er de doom van Amenra in. Meng deze met het noisegeluid van Kapitan Korsakov en besprenkel dat mengsel met een industrial staaltje ONMENS. Giet er gauw wat whiskey over om dit amalgaam voorlopig in toom te houden en gooi er nog een snuifje absurditeit van PAARD bij. Werk deze heksenketel af met de snoeiharde lyrics van Every Stranger Looks Like You… Nog even schudden, rompen, stompen, en wanneer we de zak dan uitstorten op het grauwe asfalt, wordt er een Bijbelse plaag losgelaten op onze trommelvliezen. De Sodom en Gomorra zijn in dit geval zanger-gitarist Tim De Gieter en drummer-zanger Bert Minnaert, die onder zijn alter-ego Sigfried Burroughs al menig drumstel vernielde. De jeugdvrienden groeiden op in de hoogtijden van grunge en hiphop, maar al snel bleek een gemeenschappelijke passie voor het nog ruigere materiaal aanwezig. In een opwelling besloten ze om dit jaar samen een nieuwe groep op te richten én meteen een plaat te maken.
De naam Doodseskader staat voor de onnoemelijke drang zo hard mogelijk een spoor van vernieling achter te laten. Het is een etiket waarmee beide heerschappen zich kunnen identificeren en het cijfer ’45’ (DoodsEskader: D = 4 en E = 5 naar hun respectievelijke posities in het alfabet) weerspiegelt hun ideologie van de straatcultuur als een soort alternatieve ‘666’. Impulsiviteit en adrenaline zijn gevaarlijke en stoutmoedige drijfveren. Wanneer Burroughs aan Tim vertelde dat ‘de lockdown een ideale periode was om een band te beginnen’, besloten ze vrijwel meteen om er werk van te maken. Na amper twee experimentele schrijfmomenten stond hun debuutplaat op papier, als een puzzel die na jarenlang stof vergaren ineens in elkaar viel. Drie weken na hun duivelspact was het album zelfs al opgenomen.
MMXX : Year Zero, als orgelpunt van het kutjaar dat 2020 was, is de geboorte van de ambitie om elk jaar een nieuwe plaat te droppen met dezelfde titelstructuur. Zo komt er in 2021 sowieso een vervolg, MMXX : Year One. Wanneer we de twee (overigens perfect gemonteerde) videoclips bekijken, die in september (“Lepers”) en november (“Meat Suit”) als een slingshot naar onze kop werden geknald, weten we meteen dat deze jongens niet aan ‘halfbakken shit’ doen. Doodseskader neemt hun werk héél serieus en dat merken we ook aan de professionele omkadering van deze band. Geen bakvissen, maar twee piranha’s met een onverzadigbare honger. Mocht Dracula een Dansende Beer zijn, zou hij na het beluisteren van MMXX : Year Zero alleen maar repliceren: ‘Listen to them, the children of the night. What music they make!’
Vijf nummers staan er op dit album, maar qua intensiteit beleven we een marathon in het vurige rad van Ixion. “Lepers” opent als een grommend luipaard, waarna we onheilspellend worden bezworen met de beukende riffs van Tim, die ons aan Munky Shaffer van Korn doen denken. Burroughs brult alsof het leven van zijn pasgeboren kind ervan afhangt en de eerste beuken in het duistere bos worden genadeloos gesnoeid. Deze song is brandend actueel, verwijzend naar de lijdensweg waar onze luxemaatschappij in 2020 mee te maken krijgt. “Meat Suit” is niet veel optimistischer: onze sterfelijkheid is relatief en we zijn niet meer dan wandelende vleeskostuums zonder perspectieven, zingt de band. Na twee nummers merken we dat de synergie tussen deze twee muzikanten broeit alsof ze al jaren samen in het studiohok zitten.
Krijgen we met “Illusion Of Self” een adempauze? Het thema is wat de titel omschrijft: veel mensen leven in hun eigen illusie en we horen een welgemeende fuck you tegenover subjecten die laten uitschijnen dat hun leven zó perfect is. Achter de schone schijn van de colgate smile zitten vaak enkele rotte tanden – dan zijn we toch liever ‘echt’ in plaats van ons als iets anders voor te doen. We merken dan ook een gigaton cynisme op tegenover de gegoede burgerij, waar Doodseskader oprecht medelijden mee lijkt te hebben. “Tranendal” komt langzaam op gang en gaat over de suïcidale gedachten waar velen onder ons wel eens mee kampen. Onze gedachten schakelen snel om van tristesse naar woede, naar twijfel en bezinning over wat nu eigenlijk de beste oplossing is voor al onze shit. Het leven is een tranendal, dat is nu wel duidelijk, en de ijzeren smaak van bloed in onze mond smaakt naar meer dan we eigenlijk zouden willen.
“Desperation is the raw material of drastic change. Only those who can leave behind everything they have ever believed in, can hope to escape.”
―
“Sunblind” overvalt ons als een gezamenlijke consensus, na een tocht door de krochten van het vagevuur, zoals omschreven in Milton’s Paradise Lost. Uiteindelijk zijn we allemaal geboren om ons door de lijdensweg van het leven te slepen. De teksten worden deze keer niet in ons brein geschreeuwd, maar als een bittere pil door onze strot geschoven. Het is wat het is, deal with it. Als dit nog maar het begin van Doodseskader is, dan mogen we ons aan véél verwachten in de toekomst. Deze jongens hebben dringend enkele gigs nodig om hun boodschap in bloedrode verf te kunnen zetten. Debuutplaat MMXX : Year Zero werd opgenomen en gemixt in Much Luv Studio (Amenra, Brutus, Throane). Dankzij de mastering door Jack Shirley (Deafheaven, Oathbreaker) krijgen we een 26 minuten durende samenvatting van de gezamenlijke muzikale bloedgroep van deze moderne versie van Sodom en Gomorra.
Facebook | Instagram | Spotify | Bandcamp | YouTube
Ontdek nog meer muziek op onze Spotify.