AlbumsFeaturesRecensies

Albumreviews: Beire Kort #25

Het aantal albums dat wekelijks verschijnt, is meedogenloos hoog. Daarom is het onmogelijk om alles binnen de correcte tijdspanne van een degelijke review te voorzien. Gelukkig hebben we daarvoor een oplossing ontwikkeld in de vorm van ‘Beire Kort’. Reviews van in de voorbije maanden verschenen albums die we nog niet recenseerden, en dat in één alinea. Deze editie is alweer de vijfentwintigste en in de aanbieding hebben we onder meer Astrid S, Bklava, JWestern, Nicolas Michaux, Tia Gostelow, Y.O.G.A., Winona Oak, Caleb Hawley, The Budos Band, Yours Truly, ZALM, Petit Biscuit en Stoomboot.

Astrid S – Leave It Beautiful (★★★★)

Al sinds haar doorbraak in 2017 is er bij Astrid S sprake van een debuutalbum, maar dat proces was uiteindelijk toch iets intenser dan verwacht. Gelukkig wordt al dat wachten beloond met een oerdegelijk popalbum, waarop haar zachte stem dankzij catchy producties heel overtuigend overkomt en uitnodigt tot dansen. “It’s Ok If You Forget Me”, “Marilyn Monroe” en vooral ook “Hits Different” zijn de uitschieters van Leave It Beautiful, dat onverwacht leuk klinkt en een upgrade is in vergelijking met haar eerdere hits. Astrid S nam bewust haar tijd voor haar eerste lp en levert zo een zeer mooi uitgebalanceerd popalbum af.

Bklava – Bklava (★★★)

Londen heeft een spannende dancescene, die naast New York en Berlijn tot de interessantste van de Westerse wereld gerekend wordt. De jonge dj en producer Bklava is nog een nieuwe naam en heeft met haar vier nummers tellende ep haar eerste visitekaartje afgeleverd. Daarop krijgen we heel dansbare melodieën, die de stem van Bklava ondersteunen. Het evenwicht tussen vocals en instrumentals zit al zeer goed. Nu mag de sfeer nog iets diverser opgebouwd worden, en zo zou Bklava wel eens serieus kunnen verrassen.

Hamond – Source Material (★★★★)

Combineer het beste van James Blake, Mount Kimbie en SBTRKT, dan krijg je Hamond. De Amerikaanse producer en multi-instrumentalist brengt met Source Material zijn eerste ep uit, waarop hij zich van een veelzijdige kant laat zien. De sterke elektronische producties laten de door r&b geïnspireerde vocals er nog een stuk beter doorkomen en krijgen ons toch behoorlijk enthousiast. Source Material geeft ons een inkijk op Hamond als artiest en de verfrissende elementen op vlak van productie en spanningsopbouw weten hun doel te bereiken. Op opener “Two Cents” en afsluiter “Outside” komt hij het sterkst naar voren, maar ook de rest van de ep klopt als totaalpakket.

Holy Motors – Horse (★★★)

De Letse groep Holy Motors is sinds het debuut Slow Sundown uit 2018 internationaal erkend en geliefd. De leden mogen dan wel niet Amerikaans zijn, toch brengt hun muziek meteen Amerikaanse valleien voor ogen. Hun tweede lp Horse brengt dezelfde sfeer naar boven als de eerste lp, maar komt iets langdradiger over omdat er te weinig sfeerverschillen te vinden zijn. Soms komen de nummers wat over alsof ze in de lengte getrokken zijn. Songs als “Trouble” en “Endless Night” vormen daarentegen hoogtepunten die de speelsheid van Horse toch opkrikken en voor variatie zorgen.

JWestern – Just People (★★½)

Je hoeft geen al te grote muzikale kennis te hebben om te horen dat JWestern uit Groot-Brittannië komt, want de jonge muzikant maakt deel uit van de nieuwe generatie liedjesmakers waartoe ook Arlo Parks, Easy Life en Yellow Days gerekend worden. De lofi r&b op zijn debuut Just People EP klinkt puur een doordacht, maar mist op sommige momenten nog een randje. “Regret It All” en “Check In” zijn steengoede potentiële hits, maar JWestern heeft het onderste duidelijk nog niet uit de kan gehaald. Op naar meer experiment en intrigerende songwriting, want dan zien we hem wel serieus groeien.

merci, mercy – no thank you, no thanks (★★★)

Negentien lentes jong is ze, en sinds kort heeft ze een eerste ep op haar naam staan. Merci, mercy groeide op in onder meer Thailand, maar nestelde zich enkele jaren geleden in Australië. De kleine muziekverzameling telt zes nummers en in tegenstelling tot wat single “Something You Like” misschien deed vermoeden, lijkt het niet altijd op Billie Eilish. Merci, mercy voorziet ons van popnummers, maar geeft er meer dan eens twist aan. Het jonge karakter (en de jonge stem) schijnt zo nu en dan ook door, maar ergens is dat net charmant. Merci, mercy heeft wellicht nog even de tijd nodig om te rijpen, maar wie weet wat voor zoete vrucht haar muziek wordt.

Nicolas Michaux – Amour Colère (★★★½)

Nicolas Michaux is een Belgische singer-songwriter uit Brussel die niet enkel die stad als thuisbasis ziet. Zijn tijd verdeelt hij namelijk tussen het leven in Brussel en het schrijven van nummers op het Deense eiland Samsø. Daar schreef hij ook zijn tweede plaat Amour Colère waarmee hij zichzelf echt op de kaart wil zetten. Waar zijn debuutplaat enkel in Frankrijk verscheen, komt Amour Colère nu wereldwijd uit en het loont de moeite om te luisteren. Met een mix van Franstalige en Engelstalige zang is er taalkundig al veel te ontdekken, maar ook muzikaal put Michaux uit een divers arsenaal. Over het algemeen krijgen we eerder laidback rockmuziek à la Kevin Morby, maar ook nummers als “Enemies” en “Parrot” zorgen met een iets sneller tempo voor een aanstekelijk geheel. Zo valt de plaat nooit te veel stil en kan je zowel wegdromen als meeknikken.

Tia Gostelow – CHRYSALIS (★★½)

In Australië is Tia Gostelow een opkomende ster, maar in de rest van de wereld blijft het grote succes voorlopig uit. Twee jaar na haar debuutalbum brengt ze CHRYSALIS uit. Op dat album vinden we twee soorten nummers. De uptempo popdeuntjes, die zich vooral op de eerste helft bevinden, en de iets rustigere en soms wat zwoelere liedjes, die het tweede deel van de langspeler vullen. Ondanks dat de nummers op zich goed in elkaar zitten, zijn de meeste niet echt speciaal. Toch zijn er ook die er op een positieve manier uitspringen en zo is onder meer “Rush” zeker een luisterbeurt waard.

Y.O.G.A. – You’re Only Great Always (★★★½)

Slechts weken na debuutsingle “Your Devotion” bracht Y.O.G.A. al een ep uit. Het eerste lied van het zijproject van Reuben Styles (Peking Duk) deed al terugdenken aan het betere werk van landgenoot Tame Impala. Styles wapent zich ook op You’re Only Great Always met een gelijkaardige stemfilter en dromerige sound, waardoor Tame Impala nooit helemaal weg is. Toch weet Y.O.G.A. zeker te overtuigen met onverwachte wendingen en vier uiteenlopende nummers. De ene keer klinkt het als een futurische western en de andere keer mag het wat harder of wordt er afgewisseld tussen heel rustig en heel intens. De muziek mag dan niet geschikt zijn voor tijdens rustgevende yoga-oefeningen, dat weerhoudt ons er niet van deze ep lekker luid op te leggen.

Winona Oak – SHE (★★½)

In januari bracht Winona Oak haar eerste ep CLOSURE uit, waardoor we voor het eerst kennis maakten met de Zweedse zangeres met de fluwelen stem. Dankzij haar nieuwe project SHE hoopten we een nieuw facet van de zangeres te leren kennen, maar de vier nieuwe nummers vormen vooral een verlengde van haar eerste ep. “With Myself” steekt er met kop en schouders bovenuit, maar echt omverblazen doet ze ons niet. Er zijn te weinig verrassingen of muzikale wendingen die ons hart stil laten staan en nieuwsgierig maken voor haar toekomst.

Surprise Chef – Daylight Savings (★★★★)

Dat ze in Australië weten hoe je psychedelica moet maken, dienen we je niet meer te zeggen. Toch duiken er ook hier en daar varianten in het genre op met bijvoorbeeld Mildlife, die een eerder funky psychjazzgenre naar voor brengt. Ook deze Surprise Chef gaat op zoek naar het jazzy sfeertje en doet dat op hun tweede plaat uitmuntend. Dat het album een instrumentaal geheel herbergt, hoeft niet dramatisch te zijn. Muzikaal weet de band te boeien door er funky gitaartjes in te smijten in combinatie met heerlijke synthlijnen. Het resultaat is een verbluffende trip die je van begin tot eind meeneemt op een reis doorheen een iets zwoeler paradijs. Perfect om te ontsnappen en ideaal om het in de winter terug wat warm te krijgen!

Sub Focus & Wilkinson – Portals (★★★★)

De drum and bass-wereld zou niet veel voorstellen zonder deze Sub Focus en Wilkinson. Beiden hebben hits op hun naam staan zoals “Afterglow” of “Tidal Wave”. Het feit dat ze dan de koppen bijeen steken kan alleen maar iets goeds betekenen, en dat is het ook. Elk nummer op het album klinkt anders. Het ene al wat meer als house, het andere typisch in de stijl die de heren eigen is. Natuurlijk kan stevige drum and bass hier niet ontbreken. Dikke bassen en rolls horen nu eenmaal thuis in dit elektronische genre. We zijn blij dat dit album bestaat. Meer van dit, graag!

Jetroo – Missing Link (★★★½)

Underground en Brussel: twee woorden die Jetroo perfect omschrijven. Eerst zat hij bij het label Euroklik, nu bij Earmarked Audio, waar hij ten volle zijn ding kan doen. We horen Jetroo vaak op een vette boombapbeat en dat kan natuurlijk niet ontbreken op zijn nieuwe album. Missing Link is een mooie mix van verschillende soorten hiphopstijlen. We horen jazzy oldschoolbeats, maar ook harde trap. Het maakt niet uit voor Jetroo: op alles kan hij zijn ding doen. We zien ook zeker een aantal interessante gastartiesten verschijnen zoals Jay MNG, Krimi en Will. Het is duidelijk dat Jetroo kwaliteit heeft en geen onbekende is. Dat bewijst Missing Link nog maar eens.

Caleb Hawley – Circular Thing (★★★½)

Caleb Hawley brengt pop in de beste zin van het woord. Stuk voor stuk bevat zijn vierde album Circular Thing dan ook nummers die in een splitseconde blijven hangen en opvallend sterk geproducet zijn. Meer is in Hawleys geval absoluut niet nodig om ons rond zijn vinger te winden. Neem een “Tell Me What It’s Like to Have a Dream Come True” of titelsong “Circular Thing”: werkelijk alle popvereisten worden met souplesse, stijl en radiopotentieel afgevinkt. Upbeat of eerder de emotionele kant op; het klinkt allemaal even organisch en oprecht. Ook de funky zijde van zijn kunnen wordt verkend op “Fading Slow”, net als de extra zwoele factor die “Kirby Pucket” en “Ain’t It Really Sumthin” komt sieren. Het is duidelijk dat Circular Thing muzikaal gezien allesbehalve in cirkeltjes draait. Popkenner Caleb Hawley houdt zijn album van top tot teen interessant en gevoelvol.

The Budos Band – Long in the Tooth (★★★½)

Met Long in the Tooth belanden we in de smeltkroes die The Budos Band zich al sinds jaar en dag eigen maakt. De neiging om de armen in de lucht te gooien omwille van een niet tegen te houden feestneiging is groot, al wordt diezelfde pose even later een smeekbede tot genade door de plotse muzikale dreiging die in je gehoorgangen terechtkomt. De acht muzikanten tasten voortdurend grenzen af. De Budosrit vol funk, jazz, rock, crossovers en aanverwanten is wel enkel van begin tot eind geschikt voor luisteraars die binnen deze genremengeling op zoek willen gaan naar de boeiende details. Maar als je wil verdwalen in de sterke sfeerzetting en het opmerkelijke feit dat Long in the Tooth slechts vijf opnamedagen vereiste ben je aan het juiste adres. Het album voelt als een speelse joyride doorheen de woestijn, waar doorsnee automobilisten het gaspedaal liever strak ingedrukt houden. Niets voor The Budos Band; laat die muzikale tierlantijntjes maar binnenkomen.

Yours Truly – Self Care (★★★)

Self Care, het debuutalbum van Australische punkrockband Yours Truly, dateert al van 18 september. We hadden bijna twee maanden nodig om te bekomen van deze plaat, en zelfs nu suizen onze oren nog na. Na enkele singles waren we niet voorbereid voor de extreem snedige punkrock die de groep op ons afvuurt. De felle vocals van de 22-jarige frontvrouw Mikaila Delgado worden niet voor niets vergeleken met Avril Lavigne. Yours Truly in haar geheel ademt ook gewoon punk uit de jaren ’00, terwijl dit toch onmiskenbaar hedendaagse muziek is. De band blaast een ongezien verfrissende wind door de (Australische) poprockscene, al lijdt het wel aan hetzelfde kwaaltje als de meeste poppunkalbums. Al duurt Self Care met tien nummers maar 37 minuten, toch slabakt het geheel wat naar het einde toe. Teveel van hetzelfde is nooit goed, al kunnen we nog wel wat extra van Yours Truly verdragen.

A/T/O/S – waterman (★★★)

Het Belgische muziekduo A/T/O/S (lees: A Taste Of Struggle) mag zich volgens ons alvast dance-act van het jaar rekenen. Amos en Truenoys werden jaren geleden al opgemerkt door dubstepgigant Mala, waarna de twee al mochten openen voor artiesten als Tricky en SX. Toch zou je de muziek van A/T/O/S niet meteen bestempelen als dubstep. Zeker op waterman, de nieuwste (en derde) langspeler van het duo, begeven we ons in andere oorden. Het klinkt wat als The xx, maar waar die Britse band het met twee stemmen moet trekken, draagt de warme stem van Amos het helemaal in haar eentje. In 2017 omschreef ze het geluid van A/T/O/S nog als de zee: sommige plekken zijn vuil, andere zijn proper, en dat geldt nog steeds voor waterman. De zee heeft plaatsgemaakt voor de sterrenhemel, maar de stuwende beats van A/T/O/S zijn even meeslepend als altijd.

HEALTH – DISCO4 :: PART 1 (★★★)

Doordat HEALTH een hele waaier aan grensverleggende artiesten binnen het industriëlere spectrum van de muziek en daarbuiten wist te strikken voor DISCO4 :: PART 1, trok de band uit LA de aandacht van vele liefhebbers van zwartgallige noisepop. Van de koning van de experimentele hiphop JPEGMAFIA, tot grindcoreband Full of Hell, van de bliep bloep van 100 Gecs tot de ingetogen artpop van Xiu Xiu, allemaal voegen ze hun eigen unieke sound toe aan HEALTH. Daarom put het album veel meer uit zijn features dan uit zijn eigen sound. De originaliteit van de band zelf laat soms te wensen over en de enige reden waarom DISCO4 :: PART 1 gevarieerd klinkt (lees: overweldigende hoogtepunten, maar evengoed teleurstellende samenwerkingen) is net door deze waslijst aan andere artiesten. De nieuwe van HEALTH is dus voornamelijk een oefening in samenwerkingen, met variërend succes als resultaat.

Mother – I (★★★½)

Dat in België veel steengoede metal wordt gemaakt, moeten we niet meer onder stoelen of banken steken. Het Oostendse Mother mag zich dan ook vol trots naast zijn grote broer Amenra zetten op de Belgische metalkaart. De atmosferische, dynamische post-metal is dan ook onbeschaamd beïnvloed door die grote broer, tot op Nederlandstalige poëzie toe. Dat neemt niet weg dat de beukende baslijnen, trage drums en loeiharde sludgeriffs geen overtuigingskracht kennen, integendeel. Mothers debuutalbum valt te luisteren als één nummer, bestaande uit verschillende hoofdstukken. In zijn geheel vertelt het een lijdensweg die schippert tussen ingetogen stilte en climactische heibel. Zo weet Mother op I een emotionele trip te veroorzaken die nog even zal nazinderen.

ZALM – TEGENDRAADS IS OOK EEN LEIDRAAD (★★★½)

Een combinatie tussen loeiharde grindcore en samples van de beste internetgekkies? Het is het handelsmerk van het Eindhovense éénmansproject ZALM. Liedjes die zelden of nooit de kaap van één minuut halen steken de draak met knotsgekke complotdenkers en het rechts georiënteerde spectrum van de Nederlandse politiek. Zo horen we onder andere Geert Wilders, een mening over abortus en de legendarische internetvideo ‘My husband is antiquair. I like all dit.’. De genadeloze snelheid van de drums, de allesvernietigende noise en de memewaardige geluidsfragmenten vloeien beter dan ooit in elkaar over en zorgen voor een intense trip van in totaal dertien minuten doorheen de smerigste hoeken van het Nederlandse internet.

Petit Biscuit – Parachute (★★★)

De fransman Mehdi Benjelloun, beter bekend als Petit Biscuit, maakt een zachte landing met zijn album Parachute. De gelijknamige opener neemt de luisteraar mee de lucht in en daar blijft hij ook tot het laatste nummer. Elk nummer heeft een ruige kant, afgewisseld met zoete en dromerige tonen. Dat zorgt voor harmonie, maar met momenten ook kakofonie. In “Pick Your Battles” wordt toegewerkt naar een climax. De spanning bouwt op om dan volledig lost te barsten, tot de strijd is gestreden. In “Constellation” gaat het om sporadische uitbarstingen die niet samenhangen met de rest van het nummer. Dat zorgt voor een onnodig contrast. Parachute is geen perfect samenhangend geheel, maar de 21-jarige dj / muziekproducer slaagt er wel in om zijn luisteraar mee te nemen in zijn wereld. Soms zweeft hij tussen de wolken, soms ver daarboven.

Stoomboot – Omdat we naar de zee stromen (★★★)

Omdat we naar de zee stromen is het vierde album van Stoomboot en daarop zingt de zanger over verschillende generaties. Zo zingt Niels Boutsen op de albumopener over de generatie die voor hun twintigste al trouwde en naar Congro trok, en een hele tijd later over de generatie van zijn leerlingen die niet al te groot droomt. Mooie teksten die af en toe wat humor bevatten gaan meestal gepaard met rustige, akoestische muziek. Soms zou er net iets meer energie in mogen zitten, maar op bijvoorbeeld “Hoofd vol modder” is dat zeker het geval, en dat in de vorm van wat elektronica. Zowel tekstueel als muzikaal begeeft Stoomboot zich dus op verschillende terreinen, maar in het algemeen zou het misschien net iets spannender mogen.

Tiña – Positive Mental Health Music (★★★★)

Het album van Tiña is wat we nodig hebben in deze tijden, al is het maar door de titel. Positive Mental Health Music is het eerste fullalbum dat via het nu al legendarische Speedy Wunderground verschijnt en het stelt niet teleur. Aan de hand van een gezapig tempo, desolate vocals en hier en daar wat frisse gitaartjes, weet de band een unieke, maar spannende sfeer neer te zetten. Het klinkt hier eens sixties en daar weer wat hedendaags met psychedelische rockinvloeden, maar het behoudt vooral een spanningsboog die ervoor zorgt dat je van begin tot eind geboeid blijft luisteren. De ene keer is het al meer uptempo dan de andere keren, maar altijd zijn er de breekbare vocals die het geheel aan elkaar lijmen. De nieuwe plaat van Tiña is dus zeker goed voor je mentale gezondheid, zet hem maar op repeat!

Songhoy Blues – Optimisme (★★★★)

We moeten eerlijk bekennen dat we gecharmeerd zijn door het Malinese Songhoy Blues. Het lijkt ons namelijk niet simpel om door te breken met bluesy woestijnrock als er een burgeroorlog woedt in je thuisland. Eerder dit jaar brachten ze hun eerste single in het Engels, “Worry”, uit, om hun vaak kritische boodschappen een universeel karakter te geven. Maar Optimisme is meer dan enkel kritische boodschappen, het is vooral ook erg goeie muziek. Hun mix van desert blues en wereldmuziek klinkt bijzonder uniek. Daarnaast is Optimisme ook erg aanstekelijk, dansbaar en bovendien bijzonder eerlijk. “Barre” is een voorbeeld van zo’n aanstekelijk nummer. Op het album vind je naast zwoele, dansbare muziek ook punkachtige furie. Die furie komt het meest op de voorgrond bij openingsnummer “Balada”. De heren van Songhoy Blues hebben iets prachtig uniek vast en met Optimisme tonen ze ons ook hoeveel ze in hun mars hebben.

Ontdek nog meer muziek op onze Spotify.
Deze beire kortjes werden geschreven door Niels Bruwier, Maxim Meyer-Horn, Robbe Rooms, Jonas Rombout, Robbe Nerinckx, Baldwin Verhoeven, Ann Mulleman, Justine Cottenie, Jan-Willem Declercq en Pieter Wilms.
Related posts
LiveRecensies

Roadburn 2024 (Festivaldag 2): Doorschakelen naar de vijfde versnelling

Eigenlijk mogen we best blij zijn dat Roadburn een indoorfestival is, zeker als het zo regent zoals gisteren. Want met een lucht…
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Astrid S - "Oh Emma"

De Noorse Astrid Smeplass, beter bekend als Astrid S, was amper zestien toen ze haar eerste single de wereld in stuurde. Hoewel…
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Winona Oak & Boy In Space - "Inside Out"

Johanna Ewana Ekmark en Robin Lundbäck hebben de koppen bij elkaar gestoken om samen een single te maken. Ze kunnen dat in…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.