Traditioneel is de zondag van Rock Werchter een dag waarop alles kan en niets moet. De zon sloeg al voor de vierde dag op rij neer op de weide en dat zorgde dat het versufte publiek moest schrapen in de energiereserves. Toch viel er nog veel moois te beleven en dat lees je hier in ons verslag: van Sigrid over David Byrne tot een teleurstellende headliner.
Minder fragiel dan Neymar Jr.
Nu The Strokes al even niet meer touren of nieuwe muziek uitbrengen, kan je van de soloprojecten van de bandleden genieten. Albert Hammond Jr. mocht op de laatste dag van Rock Werchter The Barn openen en dat deed hij met verve. Wat hij bracht was een soort van indie rock die deed denken aan The Strokes (hoe zou dat komen), maar toch iets gepolijster klinkt. Het heeft gelijkaardige gitaarlijnen, maar klinkt nu eens heel snedig en dan weer wat zachter. De stem van Hammond Jr. is ook gemaakt om te weerklinken op de aanstekelijke nummers die hij brengt. Het resultaat was een uitgelaten publiek dat heel vroeg op de dag al enkele bescheiden danspasjes uit zich liet komen. Hij mocht maar een half uurtje spelen en dat mocht wat ons betreft zeker langer.
Nieuwste jeugdheld
Aan Post Malone is momenteel geen ontkomen, overal worden zijn nummers wel grijs gedraaid. Tot niemands verbazing vond gisteren dan ook al een eerste echte volksverhuizing van de dag plaats naar The Barn omdat bijna iedereen wel een glimp van de nieuwe Amerikaanse megaster wilde opvangen. Over de muziek kunnen we het eigenlijk vrij kort houden: vrijwel alles kwam rechtstreeks uit de doos en erg veel liep mee waardoor we het kunnen van Posty nauwelijks konden horen. Het had daarom iets meer weg van een karaokeshow dan van een echt festivalconcert. Voor “Stay” waagde hij zich bijvoorbeeld aan de gitaar, maar verder gebruikte hij die enkel om op het podium kapot te slaan. Een echt feestje werd het pas op het einde met zijn wereldhits “Rockstar”, “Congratulations” en “White Iverson”. Een overweldigende show was het zeker niet en dat zullen we van Post Malone ook in de toekomst niet snel kunnen verwachten, maar met de hits en een degelijke sfeer kon dit optreden ons finaal toch bekoren.
Beste comeback
Joost Zwegers en zijn project Novastar klimmen langzaam terug uit het dal. Zijn belpopklassiekers mogen dan wel al 18 jaar oud zijn, aan klasse en kwaliteit hebben ze nog lang niet ingeboet. En alsof Joost even wou tonen welke parels hij allemaal in zijn zak had zitten, gooide hij al meteen “Wrong” en “Never Back Down” in het publiek. Toch moest de wei van Werchter eventjes wat wennen en gaan graven in hun geheugen om mee te kunnen zingen. Het is hen vergeven, op de laatste dag van Werchter om 14u gaat alles net dat tikkeltje trager. Naar eigen zeggen droomde Zwegers er al lang van om op het hoofdpodium te mogen staan na twee passages in de toenmalige marquee. Hij was duidelijk wat onder de indruk en bloednerveus, maar met een best of-setlist kan er eigenlijk nooit iets verkeerd gaan. “Mars needs woman” was van een meeslepende schoonheid, net als “When the lights go down on the broken hearted” en “Lost & Blown away” om dan uiteindelijk te eindigen met de legendarische meezinger “The best is yet to come”. Of dat laatste ook geldt voor Novastar? Joost mag het weten.
Vrolijkste artiest
Het is geen geheim dat wij van Dansende Beren fan zijn van de Noorse Sigrid. Gisteren stond ze voor een relatief volle Klub C, het vroege uur hield de mensen niet af om te komen dansen op de popdeuntjes. Beginnen deed Sigrid met enkele onbekende nummers. De reactie daarop was bijgevolg eerder matig, maar gelukkig speelde de schone Noorse later in de set al haar bekende nummers. Nummers als “Strangers” en “Don’t Kill My Vibe” kon bijna iedereen uit volle borst meezingen en hier en daar werd er natuurlijk ook gedanst. Toch hadden we het gevoel dat de Klub C nog net een maatje te groot was voor Sigrid. Zet zo’n act op de kleinere Slope en je krijgt een heerlijk feest.
Donkerste zwart
Dat het ook al eens wat somberder mag, zal Herman Schueremans gedacht hebben. En zo geschiedde: Pale Waves op een zonnige zondagmiddag op de Slope. De band rond frontduo Heather Baron-Gracie en Ciara Doran uit Manchester – collectief gehuld in zwarte kledij – lokte behoorlijk wat volk, al waren de Britse fans vooral afgezakt om hun voetbalanthem te scanderen naar hun landgenoten wat de band volkomen negeerde. Het openingstrio “Television Romance”, “Heavenly” en “Kiss” hingen vlotjes aan elkaar door elektrische samples in de overgangen. ‘I love sad songs. This is “My Obsession”,’ vertelt Heather. Die sad songs zijn niet het beste idee. De wei verliest zijn focus en we zagen de bassist Charles ook met meer interesse naar de het kraampje Buffalowings turen dan naar het publiek of z’n bandleden. “The Tide” kon één en ander herstellen maar “New Years Eve” deed dan opnieuw vervelen. De kleine wei voor de Slope begon na 20 minuten al leeg te lopen. De korte bindteksten die perfect gerepeteerd zijn ‘We are from manchester’ ‘Thank you for coming’ ‘Have a nice day’, doen ons vermoeden dat de band er gewoon niet veel zin in had? Afsluiter “There’s A Honey” kan dan uiteindelijk wel boeien. Al lijkt het op het podium of de band collectief snakt naar die laatste noot. Oef, we hebben dit concert weeral gespeeld, zien we ze denken. Pale Waves stond ondertussen twee keer in België maar de band lijkt in hun sound maar enkele centimeters te zijn gegroeid sinds, hun ego daarentegen dikt aan in snelpas. We zijn benieuwd hoe het afloopt met Pale Waves wanneer ze dit najaar een debuutalbum voorstellen in de Botanique.
De meest sportieve frontman
Kaleo had te kampen met wat technische problemen waardoor ze heel wat te laat op het podium kwamen. Voor ons allemaal geen probleem, want wat de band serveerde was allerminst van een hoogstaand niveau. Dramatische blues rock met een rauwe stem die heel theatraal klinkt. De frontman van de band zag er uit alsof hij net nog even honderd sit-ups had gedaan, en dat droeg natuurlijk bij aan het gelikte voorkomen van de band. In het begin van de set is het al helemaal triest, want dan brengt de band van die melige rock die nergens lijkt heen te gaan. Als het wat strakker en sneller gaat, kan Kaleo enigzins wat boeien. We zagen eigenlijk een heel zwak afkooksel van muziek die gekopieerd is van alles wat tien keer beter is. Ook hit “Way Down We Go” kon het kalf niet meer redden.
Meeste steden
Barcelona, Amsterdam en Boedapest zijn bij George Ezra allemaal al de revue gepasseerd. Het werd dus de hoogste tijd dat het pittoreske Werchter ook in zijn geheugen bleef hangen. Aan het publiek zal het alvast niet gelegen hebben. Zowel de nieuwe als oude songs werden van voor naar achter meegezongen. De kelen gingen het luids open tijdens Paradise, Budapest en Blame It On Me. Die laatste kreeg tevens een braziliaans tintje. Ondertussen wist hij ons te entertainen met verschillende anekdotes die in het thema van reizen bleven. Zo nam hij ons mee naar Zweden voor het Eurovisiesongfestival en nam hij ons mee naar Barcelona voor het maken van zijn tweede plaat. Maar bovenal nam hij ons mee naar The Barn voor een namiddag vol fijn vertier.
Stevigste punk
Idles, dat is punk zonder al te veel franjes. Op The Slope mochten ze een halfuurtje vullen in de hete zon, veel te kort als je het ons vraagt. De band had misschien ook wel kunnen kiezen voor een halfuur rechtdoor gaan, nu zaten er ook enkele songs tussen die de energie en kracht van de vorige wat teniet deed. Jammer, want we weten natuurlijk dat de band heel strak en overtuigend kan zijn. Gelukkig waren frontman Joe Talbot en zijn halfnaakte gitarist wel helemaal in hun nopjes. Aan de hand van furieuze punk, de nodige riffs en een snelheid waar Stoffel Vandoorne nog een duim aan kan zuigen, haalden ze in de rest van de set wel hun niveau. Moshpits all the way en op het eind was hun protestmars toch voor 70% geslaagd, we steken het op het warme weer.
Meest relaxte r&b
Jorja Smith is niet de enige Britse r&b stem die op Werchter staat. Nao is net als Smith een souldame met stijl. Je hoorde ze misschien al op een hit van Stormzy of Mura Masa maar Nao brengt ook eigen muziek uit. En die muziek is vooral bedoeld om op te dansen. Nao geeft hiervan dan ook zelf het voorbeeld. Voortdurend draait ze rondjes om haar as, haar armen vliegen in het rond net zoals haar lange krulhaar. De rode lippenstift zet haar brede glimlach extra in de verf. Vooral tijdens “Get To Know Ya” gaat het er swingend en funky aan toe. Maar er is ook plaats voor wat ingetogen emo. Net voor ze het rustige “In The Morning” begint, haalt Nao een waaier boven die ze nadien afgeeft aan een grote fan op de eerste rij. ‘Hij zit me al vijf dagen te tweeten over dit concert.’ Niet alleen met funky r&b pakt ze de Klub in. Ook een bluesnummer zoals “Girlfriend” brengt de Klub C in vervoering, mede dankzij de uithalen die Nao doet. Wat een stem! Het programmaboekje beloofde ons experimentele r&b en die hoorden we pas op het einde van de set met “Fool To Love” en “Zillionaire”. De finale zet de Britse zangeres in met Mura Masa’s “Firefly” en sloot af met “Bad Blood”. Nao is ons enorm dankbaar en wij haar voor dit niet overdreven intensieve, maar vooral gezellig funky concert.
Zatste nonkel
Beginnen met een cover van The Who’s “Out in the street” en Prince’s “Raspberry Baret” maakte meteen duidelijk dat Mr. E en zijn band naar Werchter kwamen om zich te amuseren. Daar is op zich niets mis mee, en hun leutige rock n roll paste wel zo net voor het serieuze werk van Noel Gallagher en Nick Cave. Hoewel Eels zijn faam verwierf met fijne indierock met een grote hoek af, sloeg de warme middagzon ook een tweede hoek van zijn muziek. Niet experimenteel, alternatief en eigenzinnig, maar eerder onnozel, speels en leutig. Alsof Mr. E de zatte nonkel is die op een familiefeest een gitaar pakt en rockdeuntjes begint te spelen. “Novocaine for the soul”, “My Beloved Monster” en “I Like Birds” kregen een nieuw jasje aangemeten, maar dat bleek toch niet beter te zitten dan het origineel. Weg waren de subtiele gitaren en arrangementen van het origineel en die werden vervangen met rechtoerechtaan rock n roll. Ook in zijn bindteksten kon E het niet laten om flauwe mopjes te maken en de band uitgebreid met anekdotes voor te stellen. “Sorry it took so long, I had a 4 year nervous breakdown, but I’m back and sane,” liet hij verstaan met de nodige zelfspot en sarcasme, “Nothing broken here.” Eels was meer fun en hits en probeerde het publiek eerder te paaien dan uit te dagen. Jammer, een gemiste kans voor een artiest die zo veel atypische indierock klassiekers schreef.
Minste vaste instrumenten
De meest legendarische show van het festival werd ook op Rock Werchter gespeeld door David Byrne. De man heeft eigenhandig een nieuw soort van optreden uitgevonden en in The Barn bewees hij waarom dit zo indrukwekkend was. Een leeg podium, een spel van licht en klank en vooral de indrukwekkende choreografie zorgen er voor dat de show er één is dat blijft boeien. De bandleden leven zich volledig in en door het grote aantal muzikanten, klinkt de set heel dynamisch en levendig. Vooral de bekende Talking Heads nummers zijn er die met luid enthousiasme onthaald worden. De extra muzikale input maakt het geheel alleen maar sterker. Het publiek is vanzelfsprekend soms waanzinnig luid na heel wat tot in de puntjes uitgewerkte dansmoves. Dit was niet enkel een optreden, het was evengoed theater. Straf!
Meest ambitie
Dat de heren van The Amazons klaar zijn om de wereld te veroveren, kan je horen aan hun debuutplaat. Wie afzakte naar The Slope, was misschien getuige van een toekomstige wereldband. Wij waren heel benieuwd hoe de Britten hun sterke nummers vertaalden naar het podium en merkten op dat het muzikaal allemaal heel snor zat. Zanger Matt Thomson was echter minder goed bij stem en dat laat zich al snel horen in hun stijl van muziek. Vanaf dat de heren echter hun hit “In My Mind” speelden was het publiek helemaal mee, wat de band aanmoedigde om nog beter te spelen. Dit zorgde er dan uiteindelijk ook voor dat hun set wel bleef hangen.
Lees verder op pagina 2 van dit verslag!
Ik ben niet mee met wat er zo goed is aan Nick Cave, dit zat in hetzelfde slaapverwekkende als de Monkeys hun show.
Met mij vele gezien The Barn uit de voegen barstte bij Parov Stellar en The Main relatief rustig.
Tegelijk hebt u echt wat gemist door Rone niet te zien. Hij liet zien dat de meeslependheid van filmmuziek ook elektronisch kan. Waarna hij zo in trans z’n muziek maakte, dat iemand hem op de schouders moest tikken om af te ronden.