Wie bij onze zuiderburen de term ‘nu-disco’ in de mond neemt, noemt eigenlijk in dezelfde adem L’Impératrice. De Franse electropopgroep uit Parijs maakt al twaalf jaar lang elke dansvloer waar ze optreedt onveilig, terwijl ze vanuit de studio al drie langspelers op ons afvuurden. Het laatste wapenfeit dat we van de groep mochten aanhoren was Pulsar, waarmee de Parisiens de Daft Punk-knop nog wat extra opendraaiden. Iets met vraag en aanbod. Eind september kondigde de band het vertrek aan van lead-zangeres Flore Benguigui, een boodschap die voor vrij veel rumoer zorgde in de fanbase. Een vervanger vond de groep in poprockzangeres Louve. Met het recente album onder de arm was het dus enigszins bang afwachten hoe de oudere songs live in de Ancienne Belgique zouden overkomen.
Om de avond van meer kleur te voorzien, mochten de landgenoten van Please de schouwspelen openen. Omdat hun laatste ep van twee weken geleden dateert, zagen de Fransmannen hun kans schoon om ineens nieuw werk op de AB af te vuren. Het nummer “Hard Loving” kwam bijvoorbeeld mooi binnen en op “Never Really Wanna Change” kreeg de frontman alle armen in de lucht. De zaal was tegen dan al goed gevuld, waardoor we dat niveau van publieksinteractie gerust een prestatie mogen noemen. Zijn George Michael-achtige stem kwam te midden te staan van een bijzonder opzwepende, funky productie die al spontaan onze dansbeentjes los kreeg. Vooral op “It’s Only a Band” bereikten het drietal een muzikale climax. Please liet met andere woorden een goede indruk na en we kijken ernaar uit om ze snel terug in een van onze zalen te zien.
Exact een half uurtje later werden de lichten opnieuw gedoofd: het was tijd voor L’Impératrice om te tonen wat het in zijn mars had. De band speelde gisterenavond hun grootste Belgische headlineshow tot nu toe en daar hoorde vanzelfsprekend een indrukwekkende productie bij. Drummer Tom Daveau speelde vanop een verhoogd platform in het midden en keyboardspelers Charles de Boisseguin en Hagni Gwon stonden elk achter een soort DJ-booth, vanwaar ze de zaal mochten opzwepen. Vanaf seconde een, bij opener “Cosmogonie”, werd de lichtproductie ten volle benut: voor het aanwezige publiek, dat al mooi was opgewarmd door Please, was dat het teken dat ze alvast de tent mochten beginnen afbreken.
Dat intronummertje liep naadloos over in “Amour ex Machina”, waarbij Louve het podium mocht betreden. Net zoals haar bandgenoten had ze een pakje aan dat ze best in Star Trek hadden kunnen gebruiken. Het voegde toe aan de spacey, disco-achtige sfeer die de groep op het podium probeerde te scheppen. Voor een band die de jaren ’80 terug naar het heden probeert te halen, is dergelijke doordachte inkleding onmisbaar. Het is maar om te zeggen dat het volledige plaatje klopte. We zagen een uiterst professionele show, waarvan elk minuscuul detail tot in de kleine puntjes uitgewerkt was. Vooral bij een nummer als “Me da igual”, met erg vurige, bijtende synthesizers kon de zaal die lichtshow zeker appreciëren.
In principe werden we gisterenavond getrakteerd op een bijna onafgebroken discofuif. Zelfs tijdens de bindteksten van de Boisseguin zorgde Gwon dat de beats bleven komen en de transities volgden elkaar steeds op, waardoor veel nummers in elkaar overliepen. “Voodoo?”, dat in twee delen werd gesplitst, bijvoorbeeld, ging naadloos op in “Girl!” met behulp van een technisch sterke synthpartij. Tijdens “Danza Marilù”, dat een uitgebreide versie kreeg, merkten we dan weer dat ook de drummer, gitarist en vooral de bassist hun kans kregen om in de spotlight te staan. Ook Louve mocht daar haar talent tentoonstellen, omdat de tekst van het nummer snel van het Frans naar het Italiaans overgaat.
Over de kwestie of de fans Louve al dan niet hebben goedgekeurd, hoeven we ook ons hoofd niet meer te breken: zowel toen ze het podium betrad als bij “Agitations Tropicales”, een van de grootste hits van de groep, oversteeg het gejoel rondom ons zowaar het volume van de PA. Ook na het laatste nummer van de encore scandeerden enkele toeschouwers haar naam al. Zoeken naar validatie hoeft ze dus in ieder geval niet meer te doen. Dat het publiek uitzinnig was, wordt waarschijnlijk wel al duidelijk. Hoewel de boxen vrij luid stonden, moesten we toch enkele keren onze oordoppen wat dieper induwen door het enorme volume dat we in onze buurt ervaarden. Mensen klapten wild in de handen, armen gingen spontaan tot ver in de zaal de lucht in en zelfs op de twee bovenverdiepingen zagen we dansende fans.
Het zal dan ook geen verrassing wezen dat de intensiteit waarmee de mensen rondom ons het concert beleefden recht evenredig was met de pit die L’Impératrice tentoonstelde. Daarmee proberen we ook te impliceren dat de set die we meemaakten eigenlijk gewoon een aaneenschakeling van hoogtepunten was. Net na het tweede deel van “Voodoo?” werden getrakteerd op “Aerodynamic”, een cover van Daft Punk. We noemden ze al in de intro van deze review, en het is niet de eerste keer dat we die invloed merkten. Op “Piano Track Killer” bijvoorbeeld, dat de groep als laatste nummer van de show speelde, mengden de Fransmannen op magistrale wijze die herkenbare house- en electropopstijl met funk- en disco-invloeden.
Wie gisterenavond in de grote zaal van de Ancienne Belgique stond, zal het kunnen beamen: L’Impératrice speelde een vijfsterrenoptreden alsof het niets was. Hoogtepunten volgden elkaar in snel tempo op en het aanwezige publiek smulde ervan. Hopelijk zien we de band snel terug; bij voorkeur op een van onze festivals. Het is tijd dat het grote publiek in Vlaanderen en Nederland kennismaakt met dit absolute vakmanschap. Een act als Daft Punk vervang je sowieso nooit, maar deze muzikanten zijn volgens ons wel the next best thing.
Facebook / Instagram / Website
Setlist:
Cosmogonie
Amour ex Machina
La lune
Anomalie bleue
Me da igual
Voodoo? (Deel 1)
Girl!
Vacances
Danza Marilù
Sweet and Sublime
Matahari
Love From the Other Side
Voodoo? (Deel 2)
Aerodynamic (Daft Punk)
Agitations tropicales
Submarine
La piscine (Hypnolove)
Sonate Pacifique
Erreur 404
Vanille fraise
Piano Track Killer