Danny Rocco, oftewel Des Rocs, lijkt gemaakt voor het podium. De man heeft met zijn project al twee albums uitgebracht waarvan zijn laatste, Dream Machine, vorig jaar verscheen. Dat de man uit New York de overstap naar Europa nog niet maakte, leek slechts een kwestie van tijd. En dus was het in 2024 tijd om Europa te veroveren. Samen met zijn twee bandleden William Tully en Eric Mendelsohn kon hij de AB Club net niet uitverkopen, straf voor een artiest die nooit op de radio wordt gespeeld. Hij nam met Moon Fever en Pistols at Dawn ook twee supports uit de Verenigde Staten mee wat voor een gevulde avond zorgde in de AB Club.
Pistols At Dawn mocht om 19u30 de deuren van de AB Club openblazen, al was het eerder een licht briesje. De band kwam vol overtuiging op het podium waarbij de gitarist met een lichtgevend exemplaar meteen een dreigende sound leek neer te zetten. Niets was weliswaar minder waar, want eens de zanger op het podium kwam werd al dat dreigende geredigeerd tot een plat allegaartje van voorspelbare poprockmuziek. Jammer, want de gitarist had namelijk wel talent om straffe gitaarsolo’s te voorzien, maar het vocale liet bij momenten te wensen over. De enige keer dat hij kon overtuigen, was bij een snediger nummer waarbij hij niet hoefde te zingen, maar eerder kon schreeuwen. Daarnaast slaagde de band er ook in om “Bulls on Parade” van Rage Against The Machine volledig te verprutsen, geen geslaagde openingsact dus.
Dan werd er bij Moon Fever toch direct uit een ander vaatje getapt. De muzikanten hadden het boek van de clichés niet zo goed uit het hoofd geleerd als de eerste band waardoor ze al meteen furieuzer voor de dag kwamen. Met een mix van rockmuziek en meer agressieve riffs leek het wat op een kind van Papa Roach en Royal Blood, wat natuurlijk altijd als echte rock kan gecatalogeerd worden. De frontman stond er ook wel als een bezetene die zijn screams echt tot de puntjes liet uitwerken, zo ging hij bij momenten zelfs op de grond liggen. Dat hij telkens tot tweemaal toe een vraag diende te stellen, zagen we voor één keer door de vingers. Moon Fever bracht toch net iets meer kwaliteit voor de dag dan de eerste act en kon in een halfuurtje goed overtuigen door de manier waarop ze zich bleven geven.
Iets na negen was het dan uiteindelijk aan Des Rocs en de AB Club leek toch bijna volledig gevuld toen hij het podium betrad. Met “Dream Machine” werd er meteen een blauwdruk gezet voor de set: lekker vettige riffs en een frontman die lijf en leden in de strijd gooide om energie uit te stralen. Dat er slechts drie muzikanten op het podium stonden, viel niet meteen op door de volle sound dat door de vele effecten op de gitaren werden veroorzaakt. Al meteen konden we ons de vergelijking maken met bands als Palaye Royale, Nothing But Thieves en zelfs een beetje Elvis Presley wanneer er tijdens “Wayne” country-invloeden aanwezig waren die niet onder stoelen of banken te steken waren.
Het energieke bleef Des Rocs in het begin aanhouden, het leek er niet op dat hij pauzes zou laten. Toch bleek hij al snel een olijke jongen te zijn die wel hield van het publiek te entertainen tussendoor. Zo werd er af en toe wat gegrapt en gegrold en kon hij op die manier het publiek ook enkel warmer maken. “Used tot he Darkness” werd zo meteen een eerste hoogtepunt doordat de volledige zaal het uit volle borst meezong en er wild in het rond werd gedanst en gesprongen.
De manier waarop de set was opgebouwd, werd ook meteen duidelijk. De band zou in het begin vooral knallen om tegen het einde toch meer het spektakelgehalte op te trekken. Nadat het voor Des Rocs te warm werd om zijn rode vestje aan te houden, liet hij ons weten dat hij hier wel hoorde terwijl hij ‘I don’t belong here’ zong in “Nowhere Kid”. Altijd vreemd als je lyrics niet overeen stemmen met je gevoel op het moment dat je ze zingt, maar je kan nu eenmaal niet altijd kiezen hoe je je voelt. Nadien kwam hij met een lange monoloog die een tweede deel van zijn set inleidde. De monoloog ging vooral over dromen najagen, iets wat geen enkele andere artiest hem ooit voordeed.
“Never Ending Moment” leek op zijn einde ook even zijn naam waar te maken toen Des Rocs iedereen die meehielp aan zijn tour te lang wilde voorstellen. Het zorgde voor een sleur op het eind van de set waarbij hij te veel clichés (meezingen, handen zwaaien) bovenhaalde om de set boeiend te houden. Het erge was, hij had het niet nodig, want zijn songs sneden als een mes door boter en kwamen gewoon telkens fris en smerig binnen. Het was dus jammer dat hij er op die manier de schwung wat moest uithalen.
Uiteindelijk deerde dat niemand, want de zaal sprong gewillig mee in het verhaal van Des Rocs. Naar het einde toe ontplofte de AB Club zo volledig met de vettige uitbarstingen bij iedere song. Met een grootse ballad waarmee hij zich toch even Freddie Mercury waande, sloot hij zijn set af en kregen we toch de indruk dat dit niet het eindstation hoeft te zijn voor de man. Hij heeft de grootse sound, de krachtige songs en het lijkt erop dat hij dit komende zomer wel eens zou kunnen waarmaken op een festival waar eerder al soortgelijke bands hetzelfde probeerden. Met een deluxe-album van zijn meest recente plaat in het vooruitzicht, heeft hij zelfs muziek te promoten.
Setlist:
Dream Machine
Wayne
Used to the Darkness
Natural Born Thriller
Maybe, I
White Gold
Nowhere Kid
Danny’s Motivational Speech (Union Square)
Hanging by a Thread
Never Ending Moment
I Am the Lightning
HVY MTL DRMR
Let Me Live / Let Me Die
Suicide Romantics