FeaturesInstagramInterviewsUitgelicht

Interview SONS: ‘Gas geven op een podium is wat wij het allerliefste doen’

© CPU – Nathan Dobbelaere

SONS is al lang geen onbekende meer bij al wie zijn trommelvliezen eens goed wil laten knallen van geluk. Met hun stevige debuutplaat Family Dinner speelden ze dan ook menig podia plat en dat kunstje wil het viertal graag overdoen met een twee plaat, die we Sweet Boy mogen noemen. Wij hadden een gesprek met zanger/gitarist Robin Borghgraef en gitarist Arno De Ruyte over de nieuwe plaat en zoveel meer.

Op 22 april verscheen jullie tweede plaat Sweet Boy. Een beetje een evidente vraag, maar we stellen ze toch. Waarom kozen jullie voor die titel?

Robin: Op dit moment leven wij als band en als mens in een tijd waarin we een grote sociale druk voelen. Daarin wordt verwacht dat je een huis moet kopen, kinderen moet krijgen en een standvastige job moet hebben. Wie kan voldoen aan dat hokjesdenken zien wij als een ‘sweet boy’. Het constant beantwoorden aan die verwachtingen is nooit voor honderd procent haalbaar. Iedereen kleurt toch eens buiten de lijntjes zeker? Die dualiteit tussen het volgen en je daar tegen afzetten is dan ook het centrale thema en de rode draad op deze plaat geworden.

Er is dus gekozen voor één centraal thema. Lag die rode draad al vast van voor jullie één nieuwe noot hadden gespeeld? 

Arno: We zijn niet de band waarbij alles vooraf al vastligt. We laten ons doorheen het maakproces liever leiden door ons gevoel en daarna zien we wel waar we uitkomen. Toen we aan nieuwe nummers begonnen te werken, werden we dus nooit begrensd door ons een eigen idee op te dringen in de zin van ‘het moet daar over gaan en anders komt het niet op de plaat’. Eigenlijk hadden we die rode draad pas door op het moment dat we onze nummers naast elkaar begonnen te leggen. Pas dan kwam er een verbindend thema boven drijven.

Robin: Het maken van een nummer gebeurt meestal wel via een standaard methode. De funderingen zijn de drums, bas en gitaar. Van zodra die fundering stevig genoeg is probeer ik er tekst op te verzinnen. In het begin is dat een fonetisch gebrabbel, dat gaandeweg overgaat richting een effectieve tekst, waarin ik onbewust thema’s aanraakte die momenteel belangrijk zijn in ons leven.

Arno: Ik vind het heel boeiend om vanop een afstand toe te kijken hoe zo’n nummer tot stand komt. Je hoort Robin brabbelen en daaruit komen woorden en volzinnen, die hij zo goed mogelijk probeert in te passen in een melodieus geheel. Als we de teksten dan als band bekijken, dan proberen we bepaalde thema’s uit te vergroten tot een afgewerkte tekst en nummer.

Op welk nummer op de plaat zien we dat het onbewuste zijn vorm krijgt in een tekst? 

Robin: Het nummer “L.O.V.E.” is daar denk ik een mooi voorbeeld van. Op muzikaal vlak was dat nummer af, maar we hadden nog geen tekst. Toch gingen we er mee naar de studio. De dag voor we de studio indoken was er een kennis van ons slachtoffer geworden van homofoob geweld, waarna hij is gestorven aan zijn verwondingen. Die gebeurtenis raakte ons allemaal. Het was nooit de bedoeling om daarover te schrijven, maar het gevoel dat deze gebeurtenis met zich meedroeg, kwam onbewust naar boven in de vorm van woorden en later een volwaardige tekst.

Welk nummer is geschreven vanuit een bewuster idee van richting? 

Robin: Voor mij persoonlijk is dat het nummer “I Don’t Want To”. Dat gaat over een periode in mijn leven waarin ik frequent last had van paniekaanvallen. Met dat thema ging ik veel bewuster aan de slag op tekstueel vlak, omdat ik wist dat ik er een nummer over wilde schrijven. De andere nummers zijn veel organischer gegroeid.

Jullie muziek staat in schril contrast met het idee van een ‘sweet boy’. Is de titel een sarcastische sneer geworden naar al wie wil voldoen aan die verwachtingen?

Arno: Dat klopt wel voor een deel en die gelaagdheid kom je ook wel vaker tegen in onze nummers. Er zit altijd wel ergens een dubbele laag of boodschap in verborgen. Het is trouwens dat bevreemdende wrange gevoel, dat we meer dan één keer opzoeken op de plaat. Dat gevoel trekt ons moeiteloos aan. Daarnaast vonden we de titel op zich wel heel goed klinken en het liefelijke dat je aan het woord ‘sweet boy’ linkt, contrasteert mooi met de stevige muziek die wij maken.

Het gevoel hebben dat je moet voldoen aan sociale standaarden brengt druk met zich mee, maar voelen jullie de noodzaak om je daar eeuwig tegen af te zetten? 

Robin: Ik denk dat we diep vanbinnen wel willen voldoen aan bepaalde verwachtingen, maar het is niet de bedoeling dat alles in één keer afgevinkt wordt. Laat het ons gewoon nog even uitstellen en genieten van wat we nu hebben.

Arno: De maatschappelijke druk voel ik op verschillende domeinen. Dat gaat over verwachtingen binnen een relatie tot verwachtingen van vrienden en familie. Ik krijg de laatste tijd wel meermaals de vraag ‘wanneer gaan jullie aan kinderen beginnen?. Ik kan die vragen allemaal wel aan en ik denk daar bewust over na, maar dat wil niet zeggen dat ik op dit moment in mijn leven klaar ben om grote stappen te zetten in dat onbekende.

Jullie geven aan dat jullie in de toekomst zullen toegeven aan bepaalde verwachtingen. Dat zal ongetwijfeld voor een andere dynamiek zorgen als band. Is dat een idee dat jullie afschrikt? 

Robin: Daar denk ik momenteel nog niet aan, omdat de prioriteit bij mij op dit moment volledig op SONS is gericht. Ik wil nog meer dan voldoende kunnen proeven van het livespelen en daarin is er de ambitie om onze muziek tot over de grenzen te laten zien en horen.

Arno: Ik kan mij volledig vinden in wat Robin zegt, maar je voelt wel een ongerustheid in onze omgeving. Alsof er een klok boven ons hoofd hangt, die aangeeft waar en wanneer wij best één of andere keuze moeten maken. Als die keuze er dan één is die niet binnen de gewenste patronen valt, dan horen we al eens dezelfde opmerkingen in de trant van ‘gaan jullie dat nu serieus doen’ of ‘menen jullie dat nu?’ Dat wringt soms wel.

Jullie tonen blijk van ambitie en dat niet alleen gericht op België. Hoe ziet die ambitie er concreet uit? 

Robin: Net voor corona stond onze eerste buitenlandse tour op de planning. Het was de bedoeling dat we ruime tijd weg van huis zouden zijn in onze tourbus. Die optredens zijn gelukkig verplaatst naar deze zomer, dus dat is iets waar we enorm naar uitkijken. Binnenkort spelen we overigens in het voorprogramma van Jack White in Leipzig en Berlijn. Dat is ook iets waar we trots mogen op zijn.

Arno: Het is interessant om te zien dat onze dromen stilletjes aan opschuiven. Een van onze grote dromen was om ooit op Rock Werchter te spelen, en nu dat is gelukt schuift die droom op naar een volgend doel. Ik kijk ook enorm uit naar de Europese tournee en als ik echt groot mag dromen, dan zou ik het geweldig vinden om ooit eens in Amerika te spelen.

Waar ligt het grote verschil tussen jullie eerste en tweede plaat? 

Robin: We zijn loyaal gebleven aan onze sound, maar op de tweede plaat was er meer ruimte om te experimenteren met onze instrumenten. Misschien wel omdat we door het vele spelen betere muzikanten zijn geworden. Daarnaast zijn we bewust afgestapt van de klassieke songstructuur. Dat doet het geheel meer bevreemdend aanvoelen en dat was wel iets die we vooraf nastreefden.

Arno: Ik denk dat we elkaar als mens en als muzikant veel beter zijn leren kennen door enorm veel samen op te treden en te repeteren. Die tijd samen zorgt ervoor dat we elkaar nog beter aanvoelen in vergelijking met de eerste plaat. Ik had ook het gevoel dat het schrijfproces daardoor veel natuurlijker verliep. We kennen elkaar al vanaf ons twaalfde, maar doordat je zoveel tijd samen doorbrengt leer je elkaar op een andere manier kennen en dat zorgt ervoor dat onze samenwerking veel dieper en verder reikt dan op onze eerste plaat.

Je geeft aan dat er meer ruimte was om te experimenteren. Waar vinden we die momenten terug op de plaat? 

Arno: We werkten samen met producer Damien Vanderhasselt, die trouwens de drummer is van onder andere Millionaire. Na een dag werken in de studio kookte Damien zijn vrouw altijd eten voor ons. Op hun eettafel stond een vreemd slaginstrument, een udu. Elke maaltijd namen we dat ding onder handen en dat werd zowat een running joke. We waren er al snel van overtuigd dat de udu een plaats moest krijgen op een of ander nummer, maar we gaan niet zeggen waar. De udu nemen we wel niet mee naar het podium, want dat ding zou dat nooit overleven, vrees ik.

Robin: Volgens mij hoor je ook ergens een vuilbak op de plaat. De vuilbak fungeerde als kickdrum geloof ik. Die zotte toestanden maken het gewoon ook plezant.

Op welke manier zijn jullie als performers op een podium veranderd? 

Robin: Daarin zit weinig verschil in met vroeger denk ik. We hebben nu terug enkele shows gespeeld en dat mondt nog altijd uit in dezelfde energie als voorheen. Daarbij is er weinig verschil te merken tussen nieuwere en oudere nummers.

Arno: ‘Gas geven op een podium’ is wat wij het allerliefste doen. Je gaat ons dan ook niet meteen op een podium zien wandelen met een flashy glitterkostuum. Wij zijn fan van een old school rockshow zonder veel tierlantijntjes en dat willen we gewoon brengen op een podium.

Voelden jullie de druk om een sterke opvolger te maken na jullie debuutplaat Family Dinner

Robin: Na het schrijven van de eerste plaat hadden we al snel door dat ons vat nog lang niet leeg was. We hadden al rap nieuwe ideeën, die er ook vrij vlot zijn uitgekomen in ons repetitiekot.

Arno: Na het schrijven aan Sweet Boy heb ik nog steeds het gevoel dat wij niet zijn uitgespeeld. We hebben nog altijd veel materiaal in de spreekwoordelijke kast staan, dat ooit zijn weg kan vinden in nieuwe nummers.

We willen het natuurlijk niet te veel over corona hebben, maar wat deed die periode van stilstand met jullie? 

Robin: Ik moet eerlijk zeggen dat die periode van niets meer mogen doen heel even een verademing was. Die rust deed mij echt goed, maar natuurlijk duurde die periode veel te lang naar mijn goesting.

Een lange periode niets meer mogen doen, doet je waarschijnlijk nadenken over de vergankelijkheid van een band. Heb je daar iets uit geleerd? 

Arno: De gedachte van ‘is dit nu het gewone leven’ begon in de periode steeds meer in mijn gedachten op te komen. Vreemd genoeg word je die leegte ook gewoon. Vroeger speelden we shows over het hele land, terwijl we tijdens diepe coronatijden gedwongen waren om onze zaterdagavond in onze luie zetel door te brengen. Die nieuwe realiteit deed mij echt hunkeren naar het leven dat ik daarvoor had. Ik miste het contact met mensen, het uitbrengen van nieuwe muziek en vooral het optreden. Dat alles deed mij echt nadenken over de dingen en ik kwam tot de conclusie dat niets vanzelfsprekend is.

Heeft die periode van rust een invloed op het eindresultaat?

Robin: Ik ben er vrij zeker van dat de plaat niet anders had geklonken mocht corona er niet zijn geweest. Waar corona wel een grote invloed op had, is de releasedatum van de plaat, want eigenlijk was Sweet Boy zo goed als af in maart van vorig jaar. Het leek ons niet interessant om iets uit te brengen in een periode waarin je niet eens live kon spelen, maar nu het weer volop mag konden we natuurlijk niet langer wachten.

Op de platenhoes zien we een man op een bed zitten met een python rond zijn nek. Wat heeft dat te betekenen? 

Robin: Een slang is zowat een inside joke geworden bij ons. We gebruiken die regelmatig als we iets posten op sociale media en op onze eerste plaat staat bijvoorbeeld het nummer “Sneaky Snake”. Die slang is iets dat altijd maar terugkomt bij ons. Daarnaast heeft die slang een diepere betekenis op Sweet Boy; ze staat symbool voor de demonen waar we mee omgaan en de maatschappelijke druk die we voelen. Iets wat goed bij het algemene thema van de plaat past. De foto op de hoes is trouwens genomen in hetzelfde huis als dat vanop onze debuutplaat: het huis van de oma van Jens en Arno.

Arno: We hadden eerst een aantal andere locaties in gedachten, maar uiteindelijk belde ik oma op om te vragen of wij mochten langskomen om een foto te nemen. We hadden er wel niet bij gezegd dat we een wurgslang bij hadden, maar dat hebben we dan wel kunnen kaderen.

Het is uniek dat jullie elkaar al zo lang kennen en tot op vandaag nog steeds bevriend zijn. Is vriendschap jullie oerkracht? 

Robin: We zijn alle vier opgegroeid in hetzelfde dorp, Melsele. Arno is zelfs de neef van Jens (bas), dus die kennen elkaar nog langer en met Thomas (drum) heb ik vroeger nog in andere bands gespeeld. Zo zijn we samen als goede vrienden door onze puberteit gevlogen.

Arno: Onze nummers hebben hier en daar wel eens eens gewichtigere tekst, maar dat neemt niet weg dat we nog steeds die positieve gasten van vroeger zijn. Plezier maken staat nog steeds centraal, maar over onze muziek willen we natuurlijk wel dieper nadenken. Het is trouwens ook niet dat we vier topmuzikanten zijn, die niet toevallig zijn samen gesteld. We zijn vier kameraden, die gewoon graag lawaai maken en er graag naar luisteren. De eerste twee jaar als SONS hebben wij ook nooit opgetreden. We spraken gewoon elke vrijdagavond af om wat te jammen en pinten te drinken. Dat zegt genoeg.

Robin: Die eerste jaren was het inderdaad nooit onze intentie om iets met onze muziek te bereiken. Pas toen er iemand ons had ingeschreven voor De Nieuwe Lichting zijn we in het wereldje gerold. De gevolgen van die wedstrijd hadden we nooit verwacht of gehoopt, maar we zijn er wel gelukkig mee.

Binnen dikke twee maanden later staat de band in de KluB C van het uitverkochte Rock Werchter en later deze zomer op het nieuwe HEAR HEAR!

Related posts
AlbumsFeatured albumsRecensies

Newmoon - Temporary Light (★★★★): Staren naar de wolken

De shoegazers van Newmoon zetten hun eerste stappen in 2014 met de erg sterke ep Invitation To Hold. Sindsdien werkten de Antwerpenaren…
2023FeaturesInstagramUitgelicht

Het elftal van 2023 volgens verschillende Belgische artiesten

We hebben jullie de afgelopen weken overrompeld met onze lijstjes. Hoog tijd dus om eens wat andere mensen aan het woord te…
Nieuwe singlesOntdekkingen van "Den Beir"

Nieuwe single The Day Off - "Breeze"

The Day Off is een relatief jonge garagerockband uit West-Vlaanderen die klaar lijkt om een stap voorwaarts te zetten. De mannen uit…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.