Sinds hun overwinning bij de Nieuwe Lichting van Studio Brussel in 2016 gaat het snel voor Thibault Christiaensen en Pieter Bruurs van Equal Idiots. Hun eerste album Eagle Castle BBQ kwam er in de zomer van 2017. Daarmee tourden ze praktisch heel België rond, sprongen ze hier en daar over de grens met de noorderburen, en speelden ze vrijwel alle grote festivals plat. Tot afgelopen zomer. Hoewel ze toen nog op de main stage van Pukkelpop stonden, besloten ze het voor de rest wat rustiger aan te doen met de shows. De reden? Equal Idiots werkte aan een nieuw album, Adolescence Blues Community, dat uitkomt op 21 februari, de dag na hun albumreleaseshow in de AB. Hoog tijd dus om de jongens hierover te spreken.
20 februari is het zover. Dan staan jullie in de AB met Adolescence Blues Community. Brengt het maken van een nieuwe plaat, zeker de tweede, een extra vorm van stress met zich mee?
Pieter: Ja, we zijn natuurlijk benieuwd wat de plaat teweeg zal brengen. Het is te hopen dat ze aanslaat, zodat we veel shows mogen spelen. Het is, zoals je zegt, plaat twee, en ergens willen we onszelf opnieuw bevestigen, maar langs de andere kant hebben we gewoon ons ding gedaan.
Thibault: Iedereen zegt dat de tweede plaat een moeilijke is. We hebben geprobeerd om daar zo weinig mogelijk bij stil te staan en gewoon een plaat te maken waar wij trots op zijn als Equal Idiots. We hebben Adolescence Blues Community meer voor onszelf gemaakt en dat voelt wel goed. Wij vinden dit goede muziek. Begrijp me niet verkeerd, we hopen natuurlijk dat het ook bij het publiek zal aanslaan.
Adolescence Blues Community gaat over jullie jeugd, ouder worden, volwassenheid: een logische stap in het verhaal van Equal Idiots?
Pieter: Het thema van het album is inderdaad onze jeugd; hoe wij die beleefd hebben en de link met vandaag de dag. We worden ouder en er zijn heel wat nieuwe verantwoordelijkheden die op je afkomen en ook dingen die gewoon veranderen. Genoeg materiaal dus om een heel album over te maken.
Thibault: Het was niet de bedoeling om onszelf helemaal te gaan heruitvinden op Adolescence Blues Community. We volgen nog altijd hetzelfde recept—we maken licht verteerbare rockmuziek—maar dat wil niet zeggen dat we op veilig spelen. We hebben nieuwe dingen uitgeprobeerd en zijn daar best trots op.
Het album is hier en daar een soort van terugblik op jullie jeugd: hoe hebben jullie die beleefd?
Thibault: We hebben een heel gelukkige jeugd gehad.
Pieter: Ja, in een bepaalde zin misschien zelfs een vrije saaie jeugd; we hebben niet echt zotte verhalen van vroeger. We waren best brave jongens.
Een nummer als “Comfortable Home” gaat vermoedelijk over de thuissituatie van vroeger?
Thibault: Eigenlijk gaat “Comfortable Home” niet over onze thuissituatie. Het gaat over de studio. “Comfortable Home” was het enige nummer waarvoor we nog geen tekst hadden. We zaten in de studio en de dag voordien hadden we een onverwachts feestje gehad, waar best wel wat geestrijke dranken zijn genuttigd. De dag nadien heb ik met een zwaar hoofd die tekst geschreven. We zaten al twee weken dag en nacht in de studio, we sliepen er op een matrasje, in het midden van de zomer ook nog eens. Dat was een gelukzalig gevoel. We zaten op ons gemak en we amuseerden ons; “Comfortable Home” is een verwijzing naar dat moment.
Voor deze plaat werkten jullie opnieuw samen met Thomas Valkiers van Hightime Studio in Herk-de-Stad. Hoe verliep die samenwerking?
Thibault: Plaat één was eigenlijk een compilatie van nummers die we al hadden en enkele nieuwe dingen. Deze nieuwe kwam tot stand vanaf nul. We hebben ons voor de eerste keer ooit echt teruggetrokken in de studio, met Thomas.
Pieter: We hebben deze keer nog nauwer samengewerkt met onze producer. Het kleinste idee dat we hadden hebben we direct met hem in de studio besproken.
Thibault: Equal Idiots is een duo; alles kan met twee gedaan worden, maar wij zien Thomas eigenlijk meer als een derde lid van Equal Idiots. Hij weet perfect wie wij zijn en waar we naartoe willen. Elke keer dat Thomas een nieuw idee aanbracht, was het dan ook meteen raak.
Wat is het verhaal achter “Dogs”?
Thibault: Ik heb vroeger twee Golden Retrievers gehad: topbeesten. In het middelbaar ging ik vaak met hen wandelen op woensdagnamiddag. Vaak ging Pieter zelfs mee, nog in de tijd voor we samen muziek maakten. Ik zag die honden doodgraag en heb er eigenlijk altijd al een nummer over willen schrijven. Ik wou zelfs dat het nummer niet alleen de honden zelf, maar ook de wandelingen waar ik het net over had zou representeren.
Het klinkt wat rustiger, het gaat over een mooie herinnering, dus ik ben blij dat “Dogs” ook op het album staat. Daarnaast is het het enige nummer waar niet echt een structuur in zit. Meestal houden we wel rekening met het gebruikelijke intro-strofe-refreinpatroon wanneer we een nummer schrijven, maar bij “Dogs” hebben we dat niet gedaan.
Er zit ook een westernthema in het album. Op verschillende nummers horen we daar invloeden van terugkomen, zoals op “Cowboy Mambo’s Desert Dream” in de teksten, maar ook in de muziek met een mondharmonica en een tamboerijn die wat wegheeft van een ratelslang. Vanwaar komt dat?
Thibault: “Cowboy Mambo’s Desert Dream” is een nummer waar die vibe inderdaad fel naar voren komt. Het idee achter dat nummer lag eigenlijk al twee jaar klaar, nog van voor het vorige album. We wisten niet zo goed wat we er toen mee moesten doen en vonden het niet het juiste moment. Tot nu, toen we het opnieuw beluisterden en besloten dat dit er echt op moet komen. Maar “Cowboy Mambo’s Desert Dream” had dus bijna het album niet eens gehaald.
We horen op het nieuwe album heel wat ‘nieuwe’ geluiden: basgitaar, hondengeluiden, tsjirpende vogeltjes, tamboerijnen, zelfs een kinderkoor. Is er bij deze plaat harder nagedacht over die extra’s?
Pieter: De eerste plaat was inderdaad vooral zang, drums, gitaar en wat overdubs, om zo goed mogelijk onze livesound te recreëren. Bij dit album wilden we wat meer experimenteren met verschillende dingen. We hebben deze keer ook eerst en vooral gekeken naar hoe we de plaat in de studio wilden maken, om dan later pas na te denken over hoe we het live zouden brengen. We zijn uiteindelijk maar met twee op het podium, dus sommige dingen zijn live niet haalbaar. Die zijn er dan meer voor tijdens het luisteren naar de studioversie. We zijn zeker dat niemand die elementen zal missen tijdens de liveshows, want die maken we zeker goed met andere dingen, zoals Thibaults enthousiasme.
Thibault: We hebben in de studio gewoon nagedacht over de vraag hoe we de nummers het beste kunnen brengen, en af en toe hoort daar inderdaad eens een baslijn bij of iets anders. Maar we dachten echt: fuck it, we zien later wel hoe we dat oplossen voor de liveshows.
Naar het album luisteren zal dus een andere ervaring zijn dan naar een liveoptreden komen?
Thibault: Ja, dat zijn echt twee verschillende werelden. Sommige artiesten slagen erin om op een album exact hetzelfde te klinken als live en ergens vind ik dat kei show. Langs de andere kant kan dat ook heel saai zijn en kan je beter gewoon een cd insteken en daarnaar luisteren. Wij leven echt voor de liveshows.
Pieter: Hoewel ik nu ook, zeker bij plaat twee, een liefde heb gecreëerd voor het hele studiogebeuren. We zijn uiteindelijk gewoon drie maten die zich amuseren. Bovendien zijn we ook echt geen sessiemuzikanten, maar het is wel leuk om in de studio de vrijheid te krijgen om te experimenteren en daar hebben we volop gebruik van gemaakt. Voor de rest heeft Thibault wel gelijk dat we vooral genieten van de liveshows.
Je zou kunnen zeggen dat ouder worden gepaard gaat met rustiger worden, maar ook op Adolescence Blues Community blijft het, hoewel er ook hier en daar een rustpunt in zit, gewoon keihard scheuren.
Pieter: Naast het podium zijn we rustige jongens, maar op het podium zijn we gewoon Equal Idiots, en scheurende gitaren en chaos en energie horen daar nu eenmaal bij. Voor ons is het een serieuze uitlaatklep. Daarom dat we ernaast ook gewoon werken. Zo blijft het een uitlaatklep.
Thibault: Als de vraag is of we naarmate we ouder worden met Equal Idiots rustiger gaan spelen, is het antwoord neen. Het moet hard gaan. We zijn zeker nog niet aan een muzikale midlife crisis aanbeland. Op deze plaat wilden we hier en daar ook een rustpunt inlassen, maar ons verhaal a.k.a. rakken op een gitaar is nog niet uitverteld.
Op het laatste nummer, de titeltrack, horen we een kinderkoor, opnieuw een verwijzing naar het jeugdige van dit album?
Pieter: Dat is het kinderkoor uit Hoogstraten, dat vroeger nog werd opgericht door mijn grootvader. Ik heb er zelf ook nog ingezeten. “Adolescence Blues Community” was ook het eerste nummer dat we hadden; logisch dan ook dat het album daarnaar vernoemd is, en we wilden per se een kinderkoor erop hebben.
Thibault: Het album gaat over ouder worden, niet meer kinds kunnen zijn. Dat kinderkoor op het einde van heel het album maakte de cirkel rond.
20 februari is het eindelijk zover, de show in de AB, met aansluitend de dag erna de release van het album. Ook daar gigantisch veel goesting in?
Thibault: Dat is iets waar we echt naar toe werkten de afgelopen tijd. Al onze try-outs waren met het doel om het zo goed mogelijk te kunnen doen in de AB. We wisten ook op voorhand dat we het zo wilden doen. Een show met daarop aansluitend de release van het album.
Pieter: We kregen dan ook te horen dat we meteen voor de grote zaal zouden gaan, dus we hopen dan ook dat die volledig gevuld gaat zijn. Dat blijft uiteraard een beetje spannend. De AB is een van de coolste zalen in België en we zijn vereerd dat we daar voor de eerste keer ons nieuwe album op de wereld mogen loslaten.
Wat zijn de toekomstplannen na de release?
Thibault: We gaan nog niet meteen een clubtour doen, maar er staan wel al een aantal coole dingen in de steigers, waar we nog niet veel over kwijt kunnen. Er zullen genoeg gelegenheden zijn om ons in de nabije toekomst live aan het werk te zien, daar mag je zeker van zijn. En in de zomer uiteraard de festivals. We hebben enorm veel zin om er gewoon weer een stevige lap op te geven.