Byron Bay, Australië, blijft zich bewijzen als muzikale kweekvijver van jong en energiek talent. De surfstrook aan de Australische oostkust associeerden we tot nu toe vooral met hippy-happy bands als Babe Rainbow, of extreme experimentalisten als King Gizzard & The Lizard Wizard, al blijkt punk er ook een heuse wedergeboorte mee te maken. Amyl and the Sniffers zijn wat die scene betreft de grootste lawaaimakers van dienst. De groep zag amper drie jaar geleden het levenslicht, als bastaardkind van rauwe pubrock, seventies punk en de ADHD van frontvrouw Amy Taylor, en weet nu al de festivalpodia te veroveren.
De twee ep’s die we tot nu toe van Amyl and the Sniffers te horen kregen, bestonden steeds uit oorverdovend luide, snelle riffs met een totaal gebrek aan ernst. Gemiddeld duurt een nummer van de band zo’n twee minuten, waarbij de doorsnee hoeveelheid speed in het lichaam van Amy gevaarlijk dicht aan een overdosis grenst. Het voordeel echter aan een band die zichzelf niet serieus neemt, is dat live alle remmen los gaan: zweten, dreunen, moshen. ‘I guess I really like it when songs have lots of energy, I’m a really energetic person.’, om het in Amy’s eigen woorden te zeggen, en het is exact wat je van Amyl and the Sniffers kan verwachten op hun self-titled debuutalbum.
De groep trapt op “Starfire 500” meteen de deur in met een smerige riff die geïnspireerd lijkt op “Bro Hymn” van Pennywise. Het is een vette kluif aan overdrive om je tanden in te zetten, en het zelfde kan gezegd worden voor “Gacked On Anger”. De toon is hier agressiever, en wonderwel weet de band ook catchy uit de hoek te komen, desondanks alle scherpe en ongepolijste kantjes. “Cup Of Destiny” laat ons dan weer eerder koud. Het kopieert de toon van de twee vorige nummers, en komt redelijk rommelig en eentonig over tot een gitaarsolo de boel alsnog gedeeltelijk recht trekt naar het einde toe.
Even genoeg over gitaren nu, tijd voor bas. Want ja, op “GFY” en vooral “Monsoon Rock” is het vooral de strakke baslijn die ons in het zweet weet te pompen, terwijl zijn zessnarige vrienden onvermijdelijk en explosief gieren in de hoogte. Wie hier plots Lemmy Kilmister-flashbacks krijgt, weet dan ook meteen hoe het komt.
“Angel” laat wat meer ademruimte, en met “Got You” blijkt het album zowaar een meebruller in zijn rangen te hebben. Waar een aantal nummers soms verdrinken in hun eigen intensiteit bieden deze twee een fijne marge waarin Amy de kans krijgt om een verhaal te vertellen. Hoewel de teksten van Amyl and the Sniffers nooit de nobelprijs voor de literatuur gaan winnen, moet je ze één ding wel nageven: ze zijn verdomme opzwepend.
Ook klassieke rock & roll heeft zijn plek op de plaat in de vorm van “Control”, zij het wel onder invloed van amfetamines en een machtsobsessie die Amy aan het schreeuwen krijgt op het einde van het nummer. Het vormt samen met het afsluitende duo “Shake Ya” en “Some Mutts (Can’t Be Muzzled)” een van de energieke hoogtepunten van het album, waarbij het vooral “Shake Ya” is dat zich onderscheidt met een uitstekende balans tussen Amy’s felle stemgeluid, een machtige riff, en de gitaarsolo die zich qua stijl en toon onttrekt aan wat we tot nu toe gewend waren. Voor de groep er definitief de brui aan geeft, is het de alles verslindende “Some Mutts (Can’t Be Muzzeled)” dat de rangen sluit. In gereïncarneerde vorm weliswaar, want de versie die in 2018 als single uitkwam, vonden ze duidelijk alweer gedateerd.
Dit debuut klinkt, in één woord samengevat, furieus. De nummers zijn soms rommelig, en ja, een muzikaal divers album is het ook niet bepaald, maar de eruptie aan decibels en rauw gitaargeweld die Amyl and the Sniffers door hun versterkers weten te jagen, dreunt gewoonweg alles aan flarden. Het is zo ongeveer het beste wat punk op dit moment te bieden heeft, en Werchter gaat het geweten hebben.
Amyl and the Sniffers speelt op 11 juni in Het Bos en op 30 juni op Rock Werchter.
Ontdek nog meer muziek op onze Spotify!