We zijn er al even van overtuigd dat Go March meer aandacht verdient. Het Antwerpse trio, bestaande uit Philipp Weies (gitaar), Hans De Prins (synths) en Antoni Foscez (drums), brengt muziek die we het best kunnen omschrijven als krautrock revival; denk Kraftwerk, maar dan als rockband. De groep heeft al twee platen onder de arm—we gaven nieuw wapenfeit II onlangs nog een uiterst positieve review—maar we zien repetitieve, instrumentale muziek niet meteen doorbreken in de mainstreamsferen.
Het was dan ook fijn om te zien dat in de voormalige Studio Herman Teirlinck aan het Mechelseplein, intussen omgedoopt tot kunstencentrum De Studio, heel wat volk warm liep voor dit optreden. Er hing een aangename, familiaire sfeer in het gebouw nog voor de set begon. Kan niet beter, toch?
Iets na negen gingen de lichten uit en kwam de groep op gang met hun debuutsingle “Rise”. We vonden het een gewaagde keuze om te openen met een langzamer nummer, maar het bleek de perfecte introductie voor een qua tempo erg gevarieerde set. Met “Bark”, dat live perfect tot zijn recht komt, horen we meteen hoe het helemaal anders kan. De song heeft een verslavende motorik-beat waarop je onmogelijk kan stilstaan, en dat had iedereen in de zaal geweten.
De facto frontman Philipp Weies, een Duitse inwijkeling die studeerde in Rotterdam, blijkt tijdens de set een man van weinig woorden. Go March wil de muziek voor zichzelf laten spreken. Dat is geen moeilijke opgave tijdens het wonderlijke “Kalmar”, een sombere ballade met een breekbare gitaarlijn. Op II sprong dit nummer er niet meteen uit, maar live waren we betoverd. De song is ook een perfect rustpunt in het midden van de set.
Nog zo’n contrast: onmiddellijk daarna, tijdens “Downside Up”, gaan alle remmen terug los. Drummer Antoni Foscez (die we ook kennen van DVKES, Statue, en recentelijk ook Crayon Sun) verzorgt een loodzware beat. De song is langzaam, maar gaat vooruit als een motor. De sci-fi-esque synthklanken maken het geheel helemaal af. Het strak gespeelde “Like a Record” zet ons weer aan het dansen, begeleid door een even strakke lichtshow. De Studio leek even te klein te worden! Foscez tovert ook een paar indrukwekkende drumfills uit zijn spreekwoordelijke hoed.
Na ons met succes over een indrukwekkend parcours van bergen en dalen te hebben meegesleurd, sluit de groep in stijl af met het kolkende “Chop Chop”, dat ons nog steeds zonder moeite bijna tien minuten bezighoudt. Tijdens de breakdown raakt de band het ritme heel even kwijt, maar dat lossen ze al snel op. Teamwerk, noemen we dat. De drie leden spelen perfect op elkaar in en weten ons de nacht in te sturen met een knaller van formaat.
Of toch niet, zo blijkt: al snel is het tijd voor de bisronde. ‘Je weet wanneer je van het podium gaat dat mensen meer gaan willen’, geeft Weies eerlijk toe. De echte afluister wordt het mijmerende “The White Lodge”, waarna de band in een zee van synths van het podium verdwijnt. (We horen iemand achterin het publiek enthousiast ‘nog twee!’ schreeuwen, maar het mocht niet baten.)
Go March speelde in De Studio een sterke thuismatch, en liet zich steevast van hun beste kant zien. De groep deed ons wegdromen en zette ons aan het dansen met perfect uitgekiende afwisseling. Misschien is het dat de muziek hypnotiserend werkt, maar één ding is zeker: wij waren onder de indruk, en de goed gevulde zaal was dat ook. We mogen hopen dat hun momentum nog lang aanhoudt!
Setlist:
Rise
Bark
Morris More
Come On Momentum
Kalmar
Downside Up
Like a Record
Zabriskie
Chop Chop
The White Lodge