LiveRecensies

Todd Rundgren @ Botanique (Orangerie): Magere opkomst voor een cultfiguur

© Lynn Goldsmith

Todd Rundgren is zo’n artiest die ongetwijfeld bij de favoriete artiesten van jouw favoriete artiesten hoort. De muzikale duizendpoot producete namelijk onder meer voor Patti Smith, Meat Loaf, The band en Paul Butterfield, en vormde daarboven een grote inspiratiebron voor Prince en recenter nog Tame Impala. En toch stond Rundgren op een grauwe woensdagavond ‘maar’ in de Botanique, die dan ook nog eens maar halfvol was. De beste man verdient beter, maar tegelijkertijd illustreert het ook dat hij anno 2025 in eerste instantie een cultfiguur is en zijn trouwe publiek op optredens in knusse zalen kan trakteren.

Een voorprogramma was er niet en dat betekende op zijn beurt dat Rundgren om acht uur een concert op gang trapte dat zo’n twee uur en tien minuten zou duren. Na een opkomst met elektronische muziek, werd het net wat minder intens met “I Think You Know”, dat uiteindelijk wel knalde met een van de vele gitaarsolo’s die Rundgren doorheen de avond bracht. Moeiteloos vloeide dat openingsnummer over in “Secret Society”, wederom met knappe solo’s van Rundgren, maar ook diens grappige handgebaren en leuke backings. In dat gerock kleurden Rundgren en muzikanten wel mooi tussen de lijntjes, om vervolgens met “Weakness” de weg naar de experimentele progmuziek in te zetten. Dat resulteerde ook in een door groovy bas en drums gedragen “Stood Up”, dat uitblonk door de mystieke fluit en de danspasjes van Rundgren. Voor “Lost Horizon werd die fluit dan weer ingeruild voor een zwoele saxofoon en Rundgren maakte het nog wat clichématiger door een falsetstem op te zetten, die weliswaar wel cool was.

Rundgren en zijn materiaal klonken ook met momenten wat gedateerd, al betekende dat zeker niet dat het slecht was. Bij de tragere nummers misten we toch enkele keren de panache die de Amerikaan wel bracht toen hij zijn gitaar vast had en het tempo verhoogde, zoals dat bijvoorbeeld bij “Buffalo Grass” het geval was. De twee gitaren gaven de leuke riff meteen wat meer body en zo bouwde de intensiteit op om uiteindelijk zijn ultieme hoogtepunt te bereiken in wederom een fikse solo.

Rundgren wisselde voortdurend af tussen zijn tragere en zachte popliedjes en zijn net iets hardere rock, al hadden we het gevoel dat het er van die eerste wel wat minder hadden mogen zijn. “Beloved Infidel” was nog een fraaie en kabbelende synthballad, maar “Sweet” flirtte dan weer met muzikale clichés, al twijfelen we er niet aan dat dat volkomen bewust was. Ook “Kindness”, waarvoor de zanger als dirigent optrad, was wat over de top en dat voelde wederom opzettelijk aan.

Het beste en het gekste moest dan wel nog komen en bij die laatste mogen we ongetwijfeld “Down With The Ship” plaatsen. Het piratenlied werd ingezet met een piratenoerkreet en de korte saxofoonnoten veroorzaakten als het ware het muzikale equivalent van zeeziekte. Rundgren ziet er altijd wel een beetje als een piraat uit, maar vertolkte die rol niet alleen vocaal maar ook met zijn bewegingen in de Botanique. Hij bleef nog even dichtbij de zeemansliederen met “Honest Work”, dat hij a capella inzette en werd vervolgens door twee van zijn muzikanten bijgestaan om de fraaie harmonieën te verzorgen.

Van piraten vlogen we naar Satan en een fascistische Christus met het door een vette baslijn aangedreven “Rock Love” en natuurlijk “Fascist Christ”. Zingen deed Rundgren op die laatste niet echt, want hij hield het zoals de studioversie voornamelijk bij een soort spoken word. Zijn lied, dat toch wel als een aanklacht tegen geloof en zijn gevolgen mag aanschouwd worden, werd in de Botanique een religie op zich en dat was er finaal eentje waarin meeklappen een belangrijke rol bleek te spelen.

Na een knallend “Worldwide Epiphany” zochten Rundgren en band even de coulissen op om uiteindelijk nog terug te komen voor een hitrijke bisronde, die op gang werd getrapt met wat zonder meer zijn grootste hit was. “I Saw The Light” werd ook voortreffelijk gebracht en zijn door de jaren heen net iets lager geworden stem gaf het lied zelfs een andere lading. Hij maakte er uiteindelijk een hitmedley van door er ook nog “Hello It’s Me” tussen te draaien en vervolgens nog twee nummers te brengen. Dat alles resulteerde in een concert van zo’n honderddertig minuten en we moeten helaas toch wel stellen dat we, ondanks dat Rundgren een levende legende is die een goed concert bracht, het niet zo erg gevonden hadden mochten dat pakweg tien minuten – omgerekend twee nummers zonder de gitaar van Rundgren – minder geweest zijn.

Todd Rundgren en zijn band brachten in de Botanique een concert dat zeker enkele mankementen had, maar in zijn totaliteit wel voldoende overtuigde. Het is al straf dat de beste man op zijn zevenenzeventigste nog op tournee gaat en dat hij dan ook nog eens weet te overtuigen, is eigenlijk enkel en alleen al mooi meegenomen.

630 posts

About author
Ik moet dagelijks 'ok boomer' aanhoren
Articles
Related posts
LiveRecensies

Jadu Heart @ Botanique (Orangerie): Schuren met de sterren

Een vijftal jaar geleden verscheen Jadu Heart plots op heel wat radars. Het duo uit Londen en Huddersfield maakte namelijk twee best…
LiveRecensies

Public Service Broadcasting @ Botanique (Orangerie): Geschiedenisles

De lessen geschiedenis tijdens de jeugd. Niet voor iedereen was dat het meest interessante moment van de dag, en al zeker niet…
LiveRecensies

Everything Everything @ Botanique (Museum): Eindelijk naar de hemel

Het voelt alsof het gisteren was, maar Get To Heaven blaast dit jaar zowaar tien kaarsen uit. Everything Everything zette zich in…

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *