
© CPU – Joost Van Hoey
Wie Suzanne Vega zegt, denkt natuurlijk aan haar allergrootste hits “Luka” en “Tom’s Diner”. Het ene respectievelijk over huiselijk geweld, het ander over een zaak in New York die in tegenstelling tot wat de titel doet vermoeden, ‘Tom’s Restaurant’ heet. Toch heeft de Amerikaanse zangeres zoveel meer parels in haar repertoire blinken. Met de Bozar in Brussel kreeg ze misschien wel de allermooiste zaal van ons land tot haar beschikking om die muzikale parels te laten schitteren. Dit jaar bracht Suzanne Vega met Flying With Angels na bijna tien jaar nog eens een album uit. Als je veertig jaar na je debuutplaat nog altijd mensen weet te intrigeren, dan weet je dat de stempel ’tijdloos’ niet misstaat.
Om 19u50 luidde de gekende bel doorheen de Bozar, het teken dat het optreden zou beginnen en aangezien er geen voorprogramma was, wilde dat zeggen dat het al meteen haasten was om niets te missen van de hoofdact. Een goedgevulde zaal met een leuke mix van verschillende generaties voelde alvast dat het een show zou worden zonder te veel muzikale toeters en bellen. Met haar akoestische gitaar in de aanslag en onder begeleiding van een grijs- en roodharige gitarist leek Vega er alvast veel zin in te hebben. Ze toverde een hoge, zwarte hoed uit haar achterzak en glimlachend openen met “Marlene On The Wall” bleek een zeer doordachte keuze. Volgens Suzanne Vega schrikt ze haar publiek af wanneer er te veel nieuwe nummers in de set zitten, dus opende ze maar met enkele fan favorieten. Voor zij die net wat minder bekend zijn met het oeuvre van Vega, was het vooral genieten van de aandoenlijke en bij momenten zeer grappige bindteksten van de Amerikaanse. Na drie nummers haalde ze zelfs al haar beste Frans boven, geleerd via Duolingo, én zong ze een mininummertje in het eenvoudig Frans waardoor je het hele publiek kon horen glimlachen.

© CPU – Joost Van Hoey
Na “Small Blue Thing”, eerder een wat saai nummertje, stak Suzanne Vega haar eerste van vele aanstekelijke verhalen af. “Gypsy” schreef ze blijkbaar op nauwelijks achttienjarige leeftijd toen ze in de zomer werkte als monitrice op een meisjeskamp en -uiteraard- verliefd werd op de monitor van het jongenskamp. Zij schreef een liedje voor hem, en hij… gaf haar een bandana. Ja, ook Suzanne Vega werd blijkbaar afgewezen en net door die herkenbaarheid voelde het alsof je in de woonkamer zat te luisteren naar de heerlijke verhalen van die toffe tante. Na een vijftal nummers was het publiek volgens Vega dan toch klaar om haar nieuwere werk te horen. Met een cello erbij valt het vooral op dat “Flying With Angels” en “Speaker’s Corner” net wat meer muzikale body krijgen en dat kon de Bozar duidelijk ook smaken.
Muzikaal is Vega een natuurtalent en ook al was er nog geen slijt te horen op haar stem, het zijn de verhalen rond haar nummers die ervoor zorgden dat de hele zaal aan haar lippen hing. “Chambermaid” is een reactie op Bob Dylans’ “I Want You”, ze stal er zelfs -met toestemming- een strofe voor van hem. En vertelde nadien doodleuk dat ze een kus had gestolen van Dylan himself. Met “Alley” volgde een leuk en sneller nummer dat wat tempo in de set bracht. “I Never Wear White” is dan weer doodleuk een liedje over waarom ze liever geen wit, want dat is voor maagden en kinderen, draagt.

© CPU – Joost Van Hoey
Ondertussen zat de Amerikaanse zangeres al ruim een uur ver in haar set en dus naderde het moment waarop de grootste hits zouden komen. “Luka” is en blijft een fantastisch mooi nummer met een tekst die enkel Suzanne Vega kan schrijven. Als je ziet dat een nummer na bijna veertig jaar door jong en oud wordt meegezongen, dan weet je dat je iets hebt gemaakt voor de eeuwigheid. Het publiek kon het duidelijk smaken, hier en daar vloeide zelfs een traan van ontroering, en de eerste ‘da da da’ werden al voorzichtig ingezet. De hoop op een akoestische intro werd jammer genoeg al snel de kop ingedrukt door een misschien wel overijverige gitarist waardoor de charme van het nummer niet volledig tot zijn recht kwam. Zo was “Tom’s Diner” dan toch een kleine teleurstelling in een optreden waarbij Suzanne Vega de Bozar uit haar hand deed eten. Een eerste staande ovatie was daar een duidelijk bewijs van.
Natuurlijk was er ook ruimte voor een bisronde en daar verraste ze zowaar met een leuke cover van Lou Reeds’ “Walk On The Wild Side”. Eindigen deed ze dan weer met een humoristische noot door “Thombstone” een vrolijk nummer te noemen. De tweede staande ovatie nam ze met veel plezier in ontvangst. Toch bleek Suzanne Vega er ook dan nog geen genoeg van te hebben, tot groot plezier van het publiek, maar “Galway” bleek dan toch echt het laatste wapenfeit van de avond te zijn. Een derde staande ovatie klonk eens zo luid en Vega nam de lof met veel plezier in zich op.
Wie had verwacht om een strak optreden voor de kiezen te krijgen, moest ongetwijfeld eventjes slikken door de vele bindteksten. Maar het waren net die verhalen, die ervoor zorgden dat het publiek aan haar lippen hingen. Suzanne Vega is zowel in haar nummers als in haar bindteksten een geboren verteller en bracht in de Bozar een optreden dat aanvoelde als balsem voor de ziel.
Fan van de foto’s? Op onze Instagram staan er nog veel meer!
Setlist
Marlene On The Wall
99.9 F°
Caramel
Small Blue Thing
Gypsy
The Queen And The Soldier
Flying With Angels
Speaker’s Corner
Chambermaid
Left of Center
Alley
I Never Wear White
Some Journey
Luka
Tom’s Diner
Walk On The Wild Side (Cover Lou Reed)
Love Thief
Tombstone
Galway






