InstagramLiveRecensies

Finale Humo’s Rock Rally 2024 @ Ancienne Belgique (AB Box): Grote sterren en gemiste kansen

© CPU – Jan Van Hecke

Om door te breken als muzikant in Vlaanderen zijn de mogelijkheden relatief beperkt. Sommigen investeren in sociale media in de hoop zo een publiek te bereiken, terwijl anderen hopen dat de algoritmes van streamingdiensten zoals Spotify hen in populaire afspeellijsten plaatsen. Desalniettemin blijft de meest effectieve weg naar roem een deelname aan een van onze muziekwedstrijden. Een van de belangrijkste en meest bekende, Humo’s Rock Rally, had gisteren haar finale, traditioneel gehouden in de box van de Ancienne Belgique. Van de meer dan 750 artiesten die zich aanvankelijk inschreven, bleven er na de preselecties nog tien over die het gisteravond live tegen elkaar opnamen. Het moet gezegd dat het niveau van elke act bijzonder hoog lag, ongeacht of ze een prijs won.

TJE

© CPU – Jan Van Hecke

De namiddag werd ingeluid door TJE, een trio dat op de proppen komt met alternatieve, half-elektronische muziek. In principe was dat de perfecte opener: TJE speelde gelaagde songs en ging creatief om met haar synths en effecten, om nog maar te zwijgen van het prachtige stemgeluid van Lindy Versyck – die trouwens vijf uur later solo de support zou verzorgen voor Johannes Is Zijn Naam in de AB Club. Het derde nummer, “Days Exist”, ontvouwde zich in een meeslepende wall of sound die tot stand kwam door middel van echo en delay op de vocalen en een stampende bassdrum die werd bediend door gitarist Melvin Slabbinck. Daardoor kreeg het geheel zelfs een psychedelische vibe. TJE opende de finale met een sterke performance, die aan het einde zelfs bekroond werd met een bronzen medaille.

Edouard van Praet

© CPU – Jan Van Hecke

Daarna was het de beurt aan Edouard van Praet. De virtuoos uit Brussel was op de Rock Rally een buitenbeentje: in interviews gaf hij al aan het jammer te vinden dat de Brusselse scene zo veraf staat van de Vlaamse, omdat hij zelf veel overeenkomsten ziet tussen zijn muziek en die van de andere kandidaten. Eigenlijk kunnen we hem alleen maar gelijk geven. Vorige maand schitterde hij nog op het Brusselse festival Ways Around en rekenden we hem toen tot een van de beste artiesten van die dag, dus de verwachtingen waren hooggespannen. Tijdens de soundcheck liet hij al een voorsmaakje horen van “Bigstar”, waarmee hij later zijn set zou afsluiten. Tijdens zijn optreden bewoog hij over het podium als een bezetene en dook hij tijdens het tweede nummer zelfs het publiek in. Een echte rasartiest, en dan hebben we het nog niet eens gehad over de uitstekende kwaliteit van zijn repertoire dat hij gisteren presenteerde. Toen bekend werd dat Van Praet zonder prijs naar huis moest, waren we natuurlijk enorm verrast, maar hij heeft in ieder geval opnieuw onze harten veroverd!

Aäron Koch

© CPU – Jan Van Hecke

Na een korte pauze van tien minuten betrad de band van Aäron Koch het podium. De man heeft al de nodige ervaring opgedaan bij Calicos, waar hij onder andere de pedalsteel bespeelt. Voor deze gelegenheid haalde hij die weer vanonder het stof en trakteerde de groep ons op wat folkrock die soms het midden hield tussen Bon Iver, Balthazar en The War on Drugs. De geest van laatstgenoemde kwam bijzonder goed tot uiting in het derde nummer, waarvan de eerste paar minuten perfect op Lost in the Dream hadden gepast. Het kan toeval zijn, maar we betrapten de frontman erop dat hij enkele kenmerkende Calicos-licks op zijn gitaar speelde. Bij momenten twijfelden we dan ook of de nummers die Koch speelde wel voldoende afstand namen van zijn andere band. Een van de grootste verschillen tussen de twee blijft de opbouw van de nummers: terwijl Calicos zijn nummers meer rechttoe rechtaan brengt, kiest Aäron Koch solo voor een meer climactische benadering. Elk van de drie nummers eindigde in een krachtige outro die de AB in vuur en vlam zette. Koch en zijn band zorgden met hun muziek toch wel voor de meest nostalgische klanken van de avond en wisten zich op die manier in ieder geval te onderscheiden.

Those Who Didn’t 

© CPU – Jan Van Hecke

Het kwartet Those Who Didn’t was de enige groep van de avond die zonder zang optrad. Met hun instrumentale ‘post-everything, pre-nothing’, zoals ze hun muziek zelf beschrijven op hun VI.BE-pagina, vuurden de vier zestien minuten lang een indrukwekkende wall of sound af op het aanwezige publiek. Of dit nu kwam doordat een van de gitaristen op John Dwyer leek, omdat de bassist met zijn T-shirt zijn innerlijke Lambrini Girl leek op te roepen, of omdat de drummer zo hard tekeerging op zijn slagwerk dat de microfoons van zijn linkercrashbekken en kickdrum tegen de planken vlogen, laten we nog in het midden. Wat wel zeker is, is dat deze act de eerste van de avond was waarbij alles moest wijken voor de muziek. De rauwe energie die de band uitstraalde werkte aanstekelijk, maar de harde realiteit is dat instrumentale muziek altijd vanuit een underdogpositie zal moeten vertrekken. Daarom vreesden we al dat deze vier straffe muzikanten niet bij de drie gelukkigen zouden zijn. Toch hopen we dat Those Who Didn’t zijn ervaring op de Rock Rally als springplank kan gebruiken. Voor een band zonder zanger spreken de instrumenten namelijk al genoeg.

Koala Disco

© CPU – Jan Van Hecke

Na de noiserock van Those Who Didn’t was het de beurt aan de postrockers van Koala Disco. De groep uit Noord-Limburg verscheen drie jaar geleden al op onze radar toen ze meedeed aan Sound Track, het tweejaarlijkse kansenparcours van VI.BE. We gaven respectievelijk drie en vier sterren aan hun eerste en tweede ep’s, en ook de meeste van de singles ontvingen we op een positieve manier. Onze verwachtingen waren dus bijzonder hoog gespannen. Bij het opkomen van de band werd onder luid gejoel al snel duidelijk dat ze de meeste fans in de zaal had, wat achteraf nog maar eens bleek gezien het feit dat de groep de publieksprijs wist weg te kapen. De genres waar ze mee speelt leunen aan tegen de stonerrock van bands als All Them Witches, Kyuss en het vroegste werk van Queens of the Stone Age, en bij het laatste nummer hoorden we zelfs een echo van Osees door de kamer galmen – waardoor John Dwyer al voor de tweede keer in dit artikel wordt genoemd. Die echo werd steeds progressiever, tot het punt waarop we de ‘woo’s’ van Stu Mackenzie er maar bij moesten fantaseren. Halverwege de set verliet de leadgitarist even zijn plekje; de band leek er even door verward, net als wij. Gelukkig wisten de rest van de bandleden de intro van het volgende nummer al in te zetten en te verlengen, waardoor Koala Disco ons een lesje in professionaliteit voorschotelde. Een zeer verdiende publieksprijs dus!

WASTE 

© CPU – Jan Van Hecke

Een tweede keer ging alles aan flarden met de neo-hardcorepunkgroep WASTE. Het vijftal uit Antwerpen beweert zelf dat het experimentele noise koppelt aan donkere postpunk. Kortom: lawaai. Volgens ons is dat ook de beste manier om de muziek van de groep te omschrijven. Met dat lawaai wist ze het al tot laureaat van het eerdergenoemde Sound Track te schoppen en won ze ook kleinere rockwedstrijden, zoals de Leuvense Interfacultaire Rock Rally in 2022. Daarnaast is de band ze artist in residence in Trix. Op zich dus geen grote verrassing dat ze zich weet te onderscheiden in een wedstrijd als Humo’s Rock Rally. Bij het tweede nummer ontstond er een grote moshpit die tot aan het einde van de set niet meer zou sluiten. Jef Jenaer was de tweede van de avond die tussen zijn toeschouwers door wandelde, maar het noodlot heeft men nooit zelf in handen: zijn microfoon ontkoppelde en hij moest zich noodgedwongen terugtrekken. Net op tijd voor het stampende “If I Had a Gun”, waarbij zelfs de meest pacifistische monnik klappen zou willen uitdelen. Gelukkig hadden de fotografen hun cameramateriaal goed vast, want degenen die aan de front rail stonden, zullen het vandaag nog wel in hun ribben voelen.

Lézard

© CPU – Jan Van Hecke

Na een korte tussenpauze van drie kwartier was het tijd voor de postpunkgroep Lézard om op te treden. Ook Lézard is door ons al meerdere keren geprezen en werd recent nog geselecteerd als ‘Grote Beer Van Morgen‘. We verwachtten dus een portie goede, dansbare muziek. Je kan je onze verbazing voorstellen toen tijdens de soundcheck David Gilmour verscheen om de bas te testen. Dat mag Andreas Duchi best als een compliment beschouwen, want zijn baslijnen gaven telkens net dat beetje extra dynamiek en dansbaarheid aan de set. Dit werd meteen duidelijk bij het eerste nummer. Ook de ‘oh oh’s’ van zangeres Myrthe Marnef vielen in de smaak. Bij het tweede nummer, “Manifestique”, merkten we Nile Rodgers-achtige gitaarstukjes op die ons opnieuw aan het dansen zetten, en op “Nothing At All”, een nummer ‘over smartphones’, hoorden we de essentie van Squid door de mix galmen. Het feit dat Lézard geen plekje in de top drie wist te bemachtigen, was voor ons dan ook een kleine teleurstelling.

ZEGEL

© CPU – Jan Van Hecke

Wat krijg je wanneer je de postpunk van Koala Disco mixt met de agressie van WASTE? Het antwoord op die vraag is klaarblijkelijk ZEGEL. Samen met drummer Stijn Stangl vormen Niels Tuijaerts en Jef Jenaer een enorm energiek powertrio dat zich onder de noemer ‘psychedelische noise’ laat kenmerken. Het mag je dan ook niet verbazen dat het er vanaf seconde één boenk op zat. Het zweet was nog maar amper van het voorhoofd van Jenaer geëvaporeerd en zijn geschreeuw ging alweer door merg en been. Dat van zijn stembanden door zijn microfoon, dat van zijn gitaar via een digitale delay naar zijn versterker, waardoor het genre fluctueerde tussen garagerock en psychedelisch. Het was ook tijdens deze set dat de grootste moshpit van de avond ontstond; iemand begon op een gegeven moment zelfs te crowdsurfen. Hoewel ZEGEL een energieke set neerzette, ontbrak het aan inhoudelijke waarde. Het handelsmerk van de groep bleek spijtig genoeg de enige troef. De riffs zaten met andere woorden goed en werden strak gespeeld, en de drumpartijen behoorden misschien wel tot de meest aanstekelijke van de avond, maar tekstueel bleven we wat op onze honger zitten.

TEUN

© CPU – Jan Van Hecke

Even afkoelen deden we met de betoverende stem van TEUN, het alias van de Maastrichtse Teun Truijen. Tijdens haar set kon je een speld horen vallen; de hele zaal werd doodstil. Dat de Nederlandse zo’n indrukwekkend optreden wist neer te zetten, was eigenlijk wel te verwachten: om iemand als Eefje de Visser vocaal te ondersteunen moet je immers van goede huize komen. Wat meteen opviel, was dat TEUN bijzonder toonvast zong, vooral bij het bekoorlijke “Give It a Chance”, terwijl we bij het tweede nummer “Floating” een warmer gevoel kregen. Gewapend met alleen een synthesizer, een drumcomputer en haar stem had ze niet veel nodig om ons bijna tot tranen te roeren. Spijtig genoeg was het laatste nummer, “Ready for You”, tekstueel wat zwakker dan de rest en viel ze nogal in herhaling, maar dat deed niets af aan de kwaliteit van haar stem. Of ze volgens ons dan in de top drie hoorde? Het optreden zorgde voor een nodige tempowisseling, maar de andere groepen konden ons toch net iets meer bekoren.

Maria Iskariot

© CPU – Jan Van Hecke

Het was enorm passend dat Maria Iskariot als laatste mocht spelen: niet alleen leek het alsof het een headlinershow speelde, maar ook omdat de opgebouwde energie die het publiek na het optreden van ZEGEL had moeten inhouden er zo meteen uitkwam. Maria Iskariot had slechts tien minuten nodig om de jury helemaal voor zich te winnen. De groep speelde drie nummers die niet op haar recente debuut-ep EN/EN stonden, waaronder “Tijm”, een vertaling van “Tame”, een nummer van Pixies. Dat het een cover bleek te zijn, viel in eerste instantie zelfs niet op. De groep maakte er iets compleet eigens van en het sloeg duidelijk aan: frontvrouw Helena Cazaerck gooide zich op een gegeven moment het publiek in en crowdsurfte alsof haar leven ervan afhing. Als een bezetene sprong ze over het podium, wat nog maar eens benadrukte met welke rauwe energie de groep voor de dag kwam. En dan hebben we het nog niet gehad over de krachtige drumpartij van Sybe Versluys, waarbij we met onze ogen toe aan een jonge Dave Grohl moesten denken. Denk bij Maria Iskariot dus aan een mix van Nirvana en Noordkaap, met een extra scheut karakter.

De finale van Humo’s Rock Rally 2024 was opnieuw een topeditie met enkele veelbelovende groepen. Hoewel onze persoonlijke favorieten niet met een medaille naar huis gingen, kunnen we er niet omheen dat bijna elke band zich uit de naad werkte om het beste van zichzelf te geven.

Onze top drie:

  1. Edouard van Praet
  2. Koala Disco
  3. Lézard
27 posts

About author
Van alle markten thuis. Mag het nog iets meer zijn?
Articles
Related posts
InstagramLiveRecensies

ISE @ Ancienne Belgique (AB Club): Het vuur in de ogen

Enkel bij de groten der aarde volstaat de voornaam om te weten over welke artiest het gaat. Toch gaat een succesvol parcours…
LiveRecensies

Coffeyfest 2024 @ Pier15: De fik erin

Skaten en John Coffey, het blijft een combinatie die werkt. De groep heeft in de verleden al menig skatepark naar de gallemiezen…
LiveRecensies

Olivia Dean @ Ancienne Belgique (AB): Tussen jazzcafé en dansbar

415 dagen en 42 trappen. Dat is alles wat Olivia Dean onderscheidt van toen ze de vorige keer in de Ancienne Belgique…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.