In het zwaardere genre is het geen taboe dat bandleden zichzelf verhullen achter een masker of zich een andere identiteit aannemen. Het is echter een kwestie van volhouden, iets dat Slipknot en Tobias Forge van Ghost mettertijd lieten voor wat het was. Qua populaireit reikt Briqueville niet aan hun enkels, maar dat maakt de muziek er niet minder interessant om. De vijfkoppige postmetalband werd vlug opgepikt door Pelagic Records en heeft er al een intens parcours opzitten. Op nog geen tien jaar tijd schreef ze drie studioalbums bij elkaar en stond ze jaarlijks op de planken. Afgelopen zomer werd ze uitgenodigd door het befaamde ArcTanGent Festival. Na alle corona-ellende is de tijd rijp voor een volgende akte van vertrouwen
Tijdens “AKTE XVII” bouwt Briqueville geen torenhoge geluidsmuur, maar blijft ze rondwaren aan de woestijnoppervlakte. De openingsbas- en gitaarlijn lijken daarbij naar de hand te zijn van Amenra. Briqueville’s eigenheid neemt de bovenhand bij de onheilspellende synthgeluiden. Vanaf dan staan we onder een constante spanning die geflankeerd wordt door sjamaanachtige achtergrondgezangen en onheilspellende gitaren. Briqueville vloeit daarbij als een traagwerkend vergif door onze aderen, maar houdt ons bewustzijn intact. We hebben een licht vermoeden dat het oordeel des doods bewaard wordt voor het volwaardige album.
Briqueville brengt IIII uit op 3 november. De releasehow gaat op 9 november door in Orangerie van de Botanique.
Facebook / Instagram / Bandcamp
Beluister de singles van de week op onze Spotify.