FeaturesInterviewsUitgelicht

Interview The Tallest Man On Earth: ‘Luchthavens inspireren me meer dan gedwongen isolement’

© CPU – Cédric Depraetere

We ontmoeten Kristian Matsson, zoals The Tallest Man on Earth in het bevolkingsregister ingeschreven staat, in een bruin café in Schaarbeek. Gisteren was hij nog in Amsterdam en morgen reist hij naar Parijs voor de promotie van zijn nieuwe album Henry St. dat op 14 april uitkomt. Na ons gesprek gaat hij nog een livesessie spelen bij Ayco Duyster. Het moge duidelijk zijn dat de songschrijver liever met een akoestische gitaar het woord neemt achter een microfoon, dan tijdens een interview. Na het gesprek verontschuldigt hij zich lachend dat hij nooit goed was in dit gedeelte van het artiestenleven.

Excuses die nergens voor nodig zijn, want veel meer dan een geoefend promopraatje levert het een eerlijke inkijk op in het schrijfproces van een muzikale nomade die op zijn omzwervingen nooit ons land uit het oog verliest.

Proficiat met het nieuwe album Henry St. Hoe was het om weer een album op te nemen met een band?

Wel, in 2015 namen we ook Dark Bird Is Home al op met heel wat mensen in de studio. Wat speciaal is aan het nieuwe album is dat een groot deel ervan live werd opgenomen. In het verleden nam ik heel wat materiaal op een diy-manier op. Niet omdat ik zo arrogant ben dat ik denk alles beter te kunnen doen, maar juist door een gebrek aan zelfvertrouwen. Ik durfde mijn ruw materiaal niet aan fantastische muzikanten te laten horen en dus nam ik alles maar zelf op. Het maakte me minder kwetsbaar.

The Tallest Man on Earth is dus geen controlefreak?

Nee, absoluut niet. Ik durfde gewoon de ruwe bottenstructuur van mijn nummers niet aan anderen te laten horen. Nu klinkt dat absurd, maar in 2018 leek het me bijvoorbeeld een goed idee om me een maand op te sluiten in een appartement in New York en I Love You, It’s a Fever Dream te schrijven. Daarna kwam de lockdown en verhuisde ik terug naar Zweden. Die periode van verplichte isolatie bleek opeens ook al mijn inspiratie droog te leggen. Ik slaagde er niet in om ook maar één nummer te schrijven.

Uiteindelijk realiseerde ik me dat mijn inspiratie en creativiteit echt steunen op mijn interacties met andere mensen. Dingen die ik meemaak met vrienden, geliefden,… Tijdens de lockdown was alles wat ik probeerde te schrijven erg donker, vol zelfmedelijden en gewoon niet goed genoeg. Op een bepaald moment heb ik mijn instrumenten weggelegd en ben ik maar in de tuin beginnen werken.

(Overpeinzend) Weet je, ik ben geen enorm genie ofzo. Ik heb geen zak inspiratie op mijn rug waar ik elk moment uit kan putten. Het zijn ontmoetingen met andere mensen die me prikkelen.

Ik ben geen enorm genie met een zak inspiratie op mijn rug. Het zijn ontmoetingen met andere mensen die me prikkelen

Veel van je nummers bevatten al metaforen naar de natuur. Heeft de verhuis van New York naar het rustige Zweden ook een invloed gehad op het nieuwe album?

Goh, het grootste deel van mijn volwassen leven ben ik al onderweg. Nummers worden dus niet per se beïnvloed door de plek waar ik op dat moment gedomicilieerd sta. Hoe mijn psyche op een bepaald moment is, welke mensen ik ontmoet,…: die zaken hebben een grotere impact.

Toen de grenzen na de lockdown weer opengingen, reisde ik meteen naar North Carolina waar heel wat bevriende muzikanten wonen. Enkel al de mogelijkheid om weer te kunnen reizen, zorgde voor een vonk aan creativiteit. Het gevoel om weer in luchthavens te moeten wachten prikkelt me veel meer dan alles wat tijdens de pandemie gebeurde.

Een goede muzikale vriend van jou is Timothy Showalter van Strand of Oaks. In januari toerde hij in België voor een vijftal intieme, akoestische sets. Vraag jij aan dergelijke, muzikale vrienden ook feedback wanneer je een nieuwe plaat maakt?

Timothy en ik zijn al heel lang goed bevriend. Meestal vinden we wat de ander gemaakt heeft wel goed en praten we gewoon over het leven. Maar het was wel een gezonde ervaring om getalenteerde muzikale vrienden uit te nodigen om mee te werken aan dit nieuwe album. Ik probeerde niet te controleren wat zij wilden spelen, maar ik vertrouwde hen om zelf te horen wat een nummer nodig had.

Voor “Every Little Heart” was ik bijvoorbeeld compleet verrast door de drumbeat die TJ (Maiani) toevoegde aan het nummer, maar hoe meer ik aan het nummer werkte, hoe meer ik een soort harmonie zag met mijn gitaarlijnen. Het zorgde voor een evenwicht dat ik zelf nooit had kunnen bedenken.

Vorig jaar trad je nog in Leuven op in Het Depot. Je stond daar toen helemaal alleen op het podium. Zal de bandervaring ook live vertaald worden?

Ja, absoluut. In april komen we naar Antwerpen en zullen er nog drie andere muzikanten op het podium staan. Ik kijk ernaar uit!

We kennen je muziek als erg eerlijk, vaak autobiografisch. In welke mate is het nieuwe album autobiografisch te noemen?

(twijfelt) Het nieuwe album kijkt meer naar de staat van de wereld waarin we leven. Uiteraard bekijk ik dat vanuit mijn eigen standpunt, maar Henry St. is maar in mindere mate een autobiografisch album.

We groeien allemaal op in een maatschappij waarin je verteld wordt dat je de meest belangrijke persoon ter wereld bent: jij bent speciaal; jij moet beter zijn dan de anderen. Dit gaat misschien ironisch klinken van iemand die elke avond applaus vraagt, maar niemand kan ooit dat verwachtingspatroon volledig vervullen en dat creëert dan weer verwarring en verdriet. Terwijl we ook in de Westerse maatschappij veel meer de focus moeten leggen op wat we in samenwerking kunnen bereiken. Daar gaat “Every Little Heart” (de eerste single van de nieuwe plaat, red.) ook over. Ik schreef het nummer allicht alweer op een luchthaven, maar het gaat ook over het belang van die contacten met vrienden. Het is gevaarlijk om in je eigen ambities en kleine angsten vast te zitten, terwijl egoloze acties vaak het grootste plezier schenken.

Tijdens de lockdown was ik na elke livestream een wrak

Wat verbinding betreft, hebben wij als Belgen geluk, want je concert in april in De Roma zal je derde concert op Belgische bodem in een jaar tijd zijn. Is dat puur geluk of is er voor jou ook een speciale connectie met dit land?

Absoluut, er bestaat hier een klimaat dat heel verwelkomend is voor mijn type muziek. Timothy kon hier zomaar vijf akoestische shows spelen. In andere landen gaat het soms minder over de muziek zelf tijdens een concert.

Beide optredens waren natuurlijk erg verschillend. Het optreden in Het Depot was erg intiem, terwijl de set op het Cactusfestival om 16 uur in de vlakke zon doorging. Een festivaloptreden is dus wel een stuk minder dynamisch, al blijf ik ook genieten van die optredens. Je kan nieuwe fans overtuigen, maar het is ook een goede test voor je skills als muzikant. Je hebt veel minder controle over tal van zaken, maar het mooiste blijft dat je mensen voorbij ziet wandelen die toch even stoppen om te luisteren naar die muziek die ze nog niet kennen.

Je hebt doorheen de jaren nogal wat ‘fan favourites’ uitgebracht waar een livepubliek telkens weer naar snakt. Is het een uitdaging om nummers te blijven spelen die je schreef in emotioneel andere periodes in je leven?

Niet per se. Tijdens een liveoptreden slaag ik er sowieso wel in om me te distantiëren van tijd en plaats, al klinkt dat nu wel heel pretentieus (lacht). Maar ik bedoel dat ik “King of Spain” bijvoorbeeld nooit in mijn living zal spelen. Ik ben emotioneel niet meer de 23-jarige Kristian die “Love Is All” schreef. Dat was iemand anders. Maar die nummers zijn geen trauma’s waardoor ik er wel in slaag om er nieuwe eigen emoties in te leggen.

Er zijn misschien enkele songs die je wel als trauma’s kan beschouwen, maar die speel ik dan gewoon niet meer. Dat zijn nummers waar ik op een bepaald moment echt nood aan had om ze als artiest op te nemen, maar daarna zijn ze af en raak ik ze tijdens een liveoptreden niet meer aan.

‘Fan favourites’ zijn sowieso wel iets bizars, want in de studio is er geen enkele ruimte om na te denken over welk nummer zal aanslaan, welk nummer live goed kan werken… Dat is iets dat ik doorheen de jaren echt heb moeten leren. In het begin heb je als artiest geen fanbasis, dus dan maak je gewoon de muziek waar je plezier uit haalt. Toen mijn muziek wat populairder werd, begon ik opeens in de studio heel hard na te denken over wat die fans wel of niet leuk zouden vinden. Eigenlijk ben je dan gewoon dezelfde nummers aan het kopiëren als degene die je al gemaakt hebt.

Tijdens de lockdown bleef je actief en organiseerde je meerdere livestreams waarin je diverse artiesten coverde. Was dat om jezelf bezig te houden of had je toen al de stiekeme droom om een coveralbum uit te brengen?

Het coveralbum (Too Late For Edelweiss) is eigenlijk heel toevallig ontstaan. Ik ben een van die mensen die heel laat covid kreeg. Ik was al in North Carolina bij vrienden en moest mezelf dan opeens isoleren. In dat huisje verzamelde ik wat instrumenten en aangezien ik niet echt ziek was, besloot ik dan maar een coveralbum te maken. Er zit niet meteen een artistieke lijn in het album; er staan oude en nieuwe nummers op. Veel van die nummers had ik zelfs nog nooit gespeeld. Normaal zou ik Lucinda Williams nooit durven coveren. Het is een verzameling die op dat moment goed voelde.

Ik heb niet het gevoel dat ik erg actief was tijdens de volledige lockdown. Aan het begin was ik in de Verenigde Staten voor dat deel van de tournee en opeens moest ik daar tien weken binnenblijven. De energie die ik nog had voor die tournee moest ergens in vertaald worden. Iedereen zat alleen thuis en het leek me een leuk idee om elke vrijdag een livestream op YouTube te organiseren. Toen ik terug naar Zweden verhuisde overviel me opeens de vermoeidheid van alleen voor een computer te moeten spelen waarbij reacties 30 seconden later binnenkomen. Ik haalde er zelf geen vreugde uit. Na elke livestream was ik een wrak.

Vorig jaar had je kans om het nummer “För Sent För Edelweiss” te zingen voor een arenashow van Håkan Hellström. Hoe was dat?

Het was echt een zeer speciale ervaring. Ik gebruik dat nummer al dertien jaar om het podium op te komen. Het klinkt als bijgeloof, maar van hotel naar hotel reizen kan ook erg chaotisch en vermoeiend zijn. Dat nummer is voor elk optreden een soort herinnering dat ik er klaar voor ben. Ik kan geen show spelen zonder dat nummer eerst te horen.

Ik ken enkele mensen in de band van Håkan. Vorig jaar speelden ze enkele enorme shows in Göteborg voor wel 75.000 mensen. Enkele dagen ervoor kreeg ik gewoon een telefoontje dat het Hakan wel een leuk idee leek dat ik dat nummer zong als een soort intro voor de show. Ik voelde me niet eens zenuwachtig omdat het zo random en wild was.

We kijken uit naar jouw show op 25 april in De Roma. Bedankt voor dit gesprek!

Henry St. verschijnt op 14 april. Er zijn nog enkele tickets voor het concert van The Tallest Man on Earth in De Roma.

Related posts
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Strand of Oaks - "Party at Monster Lake"

De twee handen van Timothy Showalter passen al langer dan vandaag als gegoten op de Belgische buik. Strand of Oaks zakt met…
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Strand of Oaks - “More You”

In de nasleep van het succes van The War on Drugs dook daar plots Strand of Oaks op; een band die al…
LiveRecensies

Tom Odell @ De Roma: Tranenkeizer met durf

Het was sturm en drang voor de poorten van De Roma, en daar was één man voor verantwoordelijk: Tom Odell. Waar de…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.