AlbumsFeatured albumsRecensies

Albumreviews: Beire Kort #35

Het aantal albums dat wekelijks verschijnt, is meedogenloos hoog. Daarom is het onmogelijk om alles binnen de correcte tijdspanne van een degelijke review te voorzien. Gelukkig hebben we daarvoor een oplossing ontwikkeld in de vorm van ‘Beire Kort’. Reviews van in de voorbije maanden verschenen albums die we nog niet recenseerden, en dat in één alinea. Deze editie is alweer de 35ste en de derde van 2022. Een bloemlezing dus van leuke plaatjes die het begin van het jaar kleurden. Met onder andere PARK, The Vaccines, SOAK, Bowling For Soup, Cave In, WHORSES en Mallrat.

PARK (Lysistrata & Frànçois & the Atlas Mountains) – Park (★★★½)

Er bestaan al heel wat bands met ‘park’ in de naam, maar bij volgens ons nog geen enkele met enkel ‘PARK’ als naam. Wat het nog ietsje verwarrender maakt, is dat het eigenlijk om Lysistrata gaat, aangevuld met de zanger van Frànçois & the Atlas Mountains. Lysistrata is in de gelijknamige Oudgriekse komedie van Aristophanes de eerste die voorstelt de mannen seks te ontzeggen tot ze hun conflict oplossen, iets wat de Genste Marleen Temmerman in 2011 ook nog voorstelde omtrent de regeringsonderhandelingen. De Franse mannen van Lysistrata trekken zich daar weinig van aan; zij zoeken het conflict juist op met hun mathematisch klinkende emonoise. François Marry is een generatie jonger en kan voor zijn indiefolkgroep ook op radiotijd bij mainstreamzenders in Frankrijk rekenen. De gekke combinatie slaagt erin zich helemaal heruit te vinden, want Park klinkt als geen van beide artiesten. Het album doet onder andere denken aan Built to Spill en Pavement, die kanjers van platen uitbrachten in de late jaren negentig. Hoewel er meestal wat feedback weerklinkt, blijven alle nummers hun melodie behouden, terwijl het tempo en de vele effecten aanleiding geven om met je ogen dicht neer te zitten. Qua vocalen wordt er wat afgewisseld van persoon en zelfs tussen Engels en Frans. Helemaal consistent klinkt het niet, maar wel een mooie poging om iets sfeervols af te leveren!

SOAK – If I Never Know You Like This Again (★★★★)

Drie keer op een rij scoren is een hattrick, en in het geval van SOAK lijkt de singer-songwriter hier met verve in te slagen. Op het derde album If I never know you like this again van de artiest uit Derby lijkt alles terug op zijn plaats te vallen. We horen fijne indierockliedjes, sterke teksten en vooral ook een heel toegankelijke aanstekelijke sound. Eigenlijk is het jammer dat SOAK nog nooit bij het grote publiek geraakte, want genregenoten als Phoebe Bridgers doen dat ondertussen al wel. Toch zien we het met deze derde plaat wel goed komen, want hij bevat alles om liefhebbers van melancholie te charmeren en het is dan nog eens goed gebracht met een perfecte opbouw (van nineties grunge naar breekbare singer-songwriter) waarbij de ene sterke song na de andere je omver blaast.

The Vaccines – Planet of the Youth (★½)

Hoe zit het nu eigenlijk met The Vaccines? De band rond Justin Young kwam in september vorig jaar terug met Back in Love City waarmee het resoluut leek te kiezen voor een iets elektronischere sound. Het moet gezegd dat de spacecowboys de hoogdagen niet meer konden evenaren, maar live zouden sommige nummers wel nog voor feestjes kunnen zorgen. Nu is het vijftal alweer terug met Planet of the Youth, een zes nummers tellende ep die in het verlengde ligt van die laatste langspeler. Het probleem is echter dat het geheel al heel snel aanvoelt als een flauw afkooksel van tracks die de plaat niet haalden. “Thunder Fever” blijkt bijvoorbeeld al snel van alles op een hoopje gegooid, en “Young Meteors” en “Twenty Four Seven” zouden zelfs niet op Coldplays laatste creatie zijn geraakt. Een nummer als “Planet of the Youth” zou live nog wel zijn weg kunnen vinden, maar “Disaster Girl” moet dan weer zo snel mogelijk de vergeetput in. Nee, dit had niet gehoeven, jongens.

Bowling For Soup – Pop Drunk Snot Bread (★★½)

Al bijna dertig jaar brengt Bowling for Soup komische poppunk. Ook nu, op het elfde album, is het niet anders en wordt er de draak gestoken met Brad Pitt, professioneel worstelaarster Alexa Bliss en vooral met zichzelf. Tussendoor komt Morgan Freeman enkele keren langs om de pauze te voorzien van enkele levenswijsheden terwijl de band uitrust. Of zoals ze zelf zeggen: ‘Getting old sucks, but everybody’s doing it’. Halfweg krijgen we met “The Best We Can” een soort interpretatie van “Wonderwall” die nergens heen gaat. Maar Bowling For Soup bewijst tijdens “Alexa Bliss” en “June Carter Cash (Lost and Found)” dat ze nog steeds snedig uit de hoek kunnen komen met een stevige hook. Dat de hoogdagen al een eeuwigheid achter hen liggen, bezingen ze in “Wouldn’t Change a Thing”: ‘I sang about 1985, 19 years after 1985. Seems like about a million years ago.’ Ze hebben veel bands zien komen en gaan maar met deze elfde plaat houden ze zich in het genre best nog aardig staande.

Röyksopp – Profound Mysteries (★★★½)

In de muziekwereld is een einde klaarblijkelijk nooit echt definitief, iets dat Röyksopp vandaag nog maar eens bewijst. Nadat het Noorse dj- en producersduo in 2014 aangaf dat er nooit nog een nieuwe plaat zou verschijnen, krijgen we nu, bijna tien jaar later, Profound Mysteries voorgeschoteld. Of de mannen er effectief zo lang aan hebben gewerkt, weten we niet. Wat we wel met zekerheid kunnen zeggen, is dat dit zesde studioalbum niet zomaar een publiekslieveling wordt. Svein Berge en Torbjørn Brundtland maakten er niet zoveel woorden aan vuil, maar deze Profound Mysteries lijkt uiteindelijk een plaat te zijn die voor zich spreekt. Gaande van de ietwat vagere singles als “The Ladder” tot de ongelofelijk euforisch dansbare samenwerkingen met Alison Goldfrapp en Beki Mari op respectievelijk “Impossible” en “This Time, This Place…”, de manier waarop het geheel aan elkaar hangt is op z’n minst een sterk staaltje muziek te noemen. Slechts tien nummers, maar een gemiddelde tijdsduur die boven de vijf minuten afklokt. Ja, dit is Röyksopp zoals we het willen horen.

Coach Party – Nothing Is Real (★★★½)

We hebben Coach Party hier al sinds debuutsingle “Oh Lola” in de gaten, al breekt de band om een of andere reden niet door buiten de grenzen van zijn thuisland. Onlangs bewees het viertal dat het zich ook live top uit de voeten kan maken in Kavka Oudaan en zo keken we nog wat meer uit naar de release van Nothing Is Real. De derde ep van de band blijft dan ook perfect in het kielzog van zijn voorgangers, al zet Coach Party nu wederom wat stapjes in de goeie richting. Singles “FLAG (Feel Like a Girl)” en “Weird Me Out” deden al het beste verwachten, maar ook nieuwe tracks zoals het energieke “Shit TV” of het knallende “3 Kisses” vormen mooie aanvullingen. Als dan toch niets echt is, dan is Nothing Is Real ongetwijfeld een gitaarrijke droom waarin we maar al te graag vertoeven.

Sprints – A Modern Job (★★★★)

Ierse postpunkers Sprints overklassen zichzelf met hun tweede ep op een jaar tijd. De instrumentatie van het handvol nummers hier is zoals te verwachten lekker fuzzy en strak te noemen, maar het zijn de teksten die het vaak naar een hoger niveau trekken. Nummers als “How Does The Story Go?” of “Modern Job” druipen van de benauwdheid en anxiety op een manier die alleen twintigers kunnen voelen die aan het ‘echte’ leven moeten beginnen meedragen. A Modern Job steekt alleszins met zijn gortdroog sarcasme en clevere observaties uit het moderne leven wat meer punkbewustzijn in de postpunkverrijzenis van de voorbije jaren.

WHORSES – WHORSES (★★★)

Noiserock en België is altijd een huwelijk geweest dat geen al te grote problemen kende. Zo ieder jaar duiken er nieuwe varianten op in het huwelijk en WHORSES is zo’n band die live al heel wat furore maakte om dan eindelijk een debuutplaat af te leveren. Over de titel werd niet veel nagedacht en dus kreeg die ook gewoon de naam van het album. De plaat bestaat uit twee delen: het eerste deel is er eentje van pure noise waarop gitaren gieren, vocals schreeuwen en de volumeknop volledig wordt opengedraaid. Het is een beetje alsof je in een supermarkt komt en plots al die keuzestress het laat overnemen waardoor je overdonderd wordt door alle producten. Nummers als “Bounce” hebben niet veel tijd nodig om te beuken en dat moet ook niet meer zijn. Het tweede deel laat dan weer een heel ander facet van de band zien; dat van americana. Speciaal, en daarom is WHORSES ook zo uniek. Ze pinnen zich niet vast aan één genre. Toch voelt dit tweede deel veelal overbodig aan, want echt boeiend zijn de songs niet en hierdoor had het eerste deel zeker volstaan. Wij hadden dus liever kort en krachtig gezien dan lang en omslachtig.

Sofía Valdés – In Bloom (★★★½)

We hadden misschien wel gehoopt dat de grote doorbraak van Sofía Valdés er sneller zou komen dan uiteindelijk het geval bleek, maar dat doet gelukkig niets af aan haar talent. De jonge Panamese zangeres maakt de perfecte muziek om je luie zondag mee door te komen, maar zorgt er daarnaast ook voor dat je het tropische strandparadijs tot in je woonkamer kan voelen. Met haar tweede ep In Bloom lijkt ze vooral een stapje in de sfeervolle richting te zetten. Dromerige gitaartjes, hier en daar een Spaans zinnetje… niets moet en alles mag doorheen Sofía’s nieuwste kortspeler. Waar het tempo met “In Bloom” bijvoorbeeld de hoogte in gaat, probeert ze met “I Hate the Beatles” de gevoelige snaar te raken. Met “Carbon Copy” probeert ze dan weer te experimenteren met haar stem, terwijl ze op “Parking Lots” en “Swim” op muzikaal vlak nieuwe paden verkent. Ja, deze In Bloom is een fijn tussendoortje dat je weekend wat meer kleur kan geven, maar voor een grote doorbraak of een wereldhit zal ook deze ep vooralsnog niet zorgen. Dat hoeft echter ook niet, want de stille genieter heeft met Sofía Valdés een klein diamantje te pakken.

MJ Lenderman – Boat Songs (★★★★)

Het nieuwste album van MJ Lenderman valt onmogelijk met één stempel te definiëren. De gitarist van Wednesday laat op sommige nummers zorgeloze countrymuziek horen die hij dan weer afwisselt met vervormde gitaarsolo’s (“Toontown”) of speelse jazzintro’s (“You Have Bought Yourself a Boat”). Ook de absurde songteksten maken dit album tot de dolle trip die het is. De songwriter troost showworstelaars die zich bezeerd hebben en bekent de auto van zijn ex’ nieuwe vriend gestolen te hebben. In opener “Hangover Game” deelt hij een alternatieve theorie voor een voedselvergiftiging die basketballer Michael Jordan opliep: ‘It wasn’t the flu / Yeah, I love drinking too’. MJ Lenderman is een relatief nieuwe man, maar klinkt als een songwriter met het métier van iemand die al decennia bezig is.

Bongloard – People Overreacting To My Behaviour (★★★★)

Soms is het niet moeilijk en moet je gewoon gas geven. Dat hebben de Nederlanders van Bongloard goed begrepen. Met een geweldige bandnaam in de achterzak is het niet moeilijk om indruk te maken en al van bij het begin schiet People Overreacting To My Behaviour recht in de roos. “Frenemies” bijvoorbeeld is zo’n song die zonder al te veel tierlantijntjes een gigantische explosie van fuzz op je afvuurt en daarbij net geen wereldwijde aardbeving veroorzaakt. Andere songs zoals “Dream” pakken het subtieler aan, maar altijd loert er een fuzzpedaal om de hoek om het geheel van de nodige power te voorzien. Zo is “Afrika” terug een banger van jewelste die vol energie de nodige moshpits zal veroorzaken. We kunnen concluderen dat Bongloard er geen doekjes om windt en zich verzekert van een van de beste garagerockplaten uit de lage landen dit jaar.

Mallrat – Butterfly Blue (★★★½)

De Australische Mallrat is in haar thuisland al een gevestigde waarde binnen de popwereld en staat er bekend omwille van haar subtiele electropop. Op haar debuutalbum Butterfly Blue komt ze nu volledig uit haar cocon en laat ze zien dat haar muziek verre van eenzijdig is. Naast heel wat rustige, dromerige nummers met muzikale diepgang is er ook plek voor een opvallende samenwerking met de veel besproken rapster Azealia Banks, die al vaker omwille van haar ongevoelige uitspraken onder vuur stond en dus niet de meest voor de hand liggende keuze is.Voor de rest zit er een fijne dynamiek in het album waardoor duidelijk wordt dat deze Australische pophoop absoluut van aanpakken weet. Op 5 september komt ze het album voorstellen in de Botanique, dus we zijn benieuwd of ze haar vleugels daar even mooi kan spreiden als op deze plaat.

High Pulp – Pursuit of Ends (★★★½)

In het jazzcollectief High Pulp bundelen zes ambitieuze muzikanten met heel diverse achtergronden hun krachten. Vier jaar na debuut Bad Juice komt het sextet met de opvolger Pursuit of Ends en daarop horen we urgente bebop zachtjes samensmelten met hiphopritmes. De groep uit Seattle nodigt op album nummer twee bovendien enkele vooraanstaande gasten uit zoals saxofonist Jaleel Shaw (Roy Haynes, Mingus Big Band), harpiste Brandee Younger (Ravi Coltrane, The Roots), stertrompetist Theo Croker en pianist Jacob Mann (Rufus Wainwright, Louis Cole). Met zoveel virtuoos volk op de scène bestaat het risico dat de ego’s elkaar de loef willen afsteken met een indrukwekkende solo, maar bij High Pulp is dat allerminst aan de orde. Toch mist de nieuwe langspeler een zekere aanstekelijkheid. Door meer te focussen op sfeer en ritme wordt de melodie af en toe uit het oog verloren en dat maakt van Pursuit of Ends niet over heel de lijn een beklijvende plaat. Bebopliefhebbers zal het alvast worst wezen, want jazz verorber je nu eenmaal niet als een snelle hap.

Jeshi – Universal Credit (★★★½)

Britse hiphop zit tegenwoordig vol stereotiepen en inwisselbare artiesten en dan is het fijn als er eens iemand als Jeshi op het toneel verschijnt. De artiest uit het oosten van de Britse wereldmetropool bracht met Universal Credit namelijk een zeer rijp en wel doordacht album uit waar naast de scherpe beats vooral de sterke rijmen van Jeshi de aandacht vestigen. “Protein” flowt zo heerlijk voor zich heen, “Violence” blinkt uit omwille van zijn eenvoud en met “Generation” houdt hij de vinger aan de pols. Opvulnummers zijn er haast niet te vinden op Universal Credit en net daarom zijn we zeker dat Jeshi nog voor heel wat moois zal zorgen.

Bakers Eddy – Love Boredom Bicycles (★★★)

Dat ze in Australië weinig zorgen hebben, valt altijd te horen aan de muziek die uit het land komt. Bakers Eddy brengt al sinds 2015 singles uit maar kwam dit jaar nog maar met een debuutplaat. Dat er zoveel tijd nodig was om tot Love Boredom Bicycles te komen, kwam het plaatje niet meteen ten goede. De meeste nummers op het album komen er namelijk te slap uit waardoor het geheel allemaal zeer flets overkomt. Toch zijn er uitzonderingen met de eerder uitgebrachte singles zoals “21”, “Concertina” en enkele verrassingen. Zo is “No No No” een rasechte punksong van één minuut en valt die ook op tegen de verder simpele, brave indierockliedjes op de plaat. Bakers Eddy had dus misschien iets minder moeten denken en iets meer moeten doen om echt potten te kunnen breken.

LE SSERAFIM – FEARLESS (★★★½)

Maandelijks zijn er zoveel verschillende K-popreleases dat je door de bomen al snel het bos niet meer ziet. Net daarom zagen we ook FEARLESS, het debuut van de nieuwste vrouwengroep LE SSERAFIM, over het oog. ‘Weer een zoveelste release’, dachten we aanvankelijk, maar we zaten er ver naast. Op slechts vijf nummers introduceren Sakura, Chaewon, Garam, Eunchae, Kazuha en Yunjin een sound die we nog niet vaak binnen dit genre gehoord hadden. “The World Is My Oyster” is een vrij duistere introductie die wat weg heeft van techno, terwijl FEARLESS – waar LE SSERAFIM overigens een anagram van is – met een eerder ingetogen refrein uit de hoek komt. Voor de rest is de ep wel weer typische, aanstekelijke K-pop, maar we zijn blij met de frisse wind die LE SSERAFIM met zich meebrengt!

Cave In – Heavy Pendulum (★★★★½)

Al sinds 1995 maakt Cave In heerlijke post-hardcore, maar het lijkt erop dat ze het plafond van hun kunnen nog steeds niet hebben bereikt. Na het plotse overlijden van bassist Caleb Schofield vlak voor de release van hun vorige album, leek het alsof we niets meer zouden horen van de band. Maar de groep lijkt met Heavy Pendulum terug uit zijn assen te zijn herrijzen om een zeventig minuten lang durend epos te maken. Heavy Pendulum gaat meteen furieus van start met het geweldige “New Reality” dat dicht bij Mastodon aanleunt en heerlijke riffs laat kletteren over het asfalt. Maar evengoed wordt er gas terug genomen zoals op “Pendulambient”. Op die manier zit er een heerlijk verhaal in Heavy Pendulum dat je zelfs met de lange duurtijd blijft boeien.

Meshuggah – Immutable (★★★½)

Meshuggah heeft genoeg geïnnoveerd. Na in de nneties ieerst aardig op gang te komen met progressieve death metal haalden ze de hele klankkast van het genre leeg tot de absolute essentie, om ze eigenhandig weer op te bouwen in een tegennatuurlijke vorm. Immutable is het eerste Meshuggah-album sinds 2016 en cementeert verder de reputatie van de Zweden. Na meer dan dertig jaar zitten ze immers nog steeds vol energie en technisch vernuft. Met songstructuren samengesteld uit een patroon van polymetrische riffcyclussen lieten ze Tool ver achter zich en met een heel herkenbare gitaartoon stonden ze al aan de basis van het onomatopeïsche subgenre ‘djent’. De sonische uitdagingen dwongen de gitaristen zelfs om nieuwe achtsnarige gitaren te laten ontwikkelen. Tussen de snelle sleutel- en tempowissels produceert de drummer een tegenritmische cadans, de solist jazzmelodieën en de zanger robotische blaffen. De band maakte duidelijk naam als diegene die nooit twee keer exact hetzelfde uitbracht. Echter klinkt Immutable als een synthese van alle vorige platen. Het is een moeilijke stijl om aan te wennen en als je er dan inkomt, kan je merken dat de kolos van een album best lang en repetitief is. Gelukkig zit er tussen de dertien tracks zowel stukjes akoestische gitaar als black metal, maar we zeggen niet waar!

Laele – all this time I’ve spent doubting (★★★½)

Met Laele zwemt er al een tijdje een visje dat we in de gaten moeten houden binnen de vijver der Belgische talenten. Het muzikale project van Ella Vermeir wint langzaam maar zeker aan naambekendheid en daar zal debuut-ep all this time I’ve been doubting zeker zijn steentje aan bijdragen. De zangeres probeerde om alles waar ze intern mee worstelde in haar muziek te verwerken en haar debuut vertelt verhalen over faalangst en onzekerheden. Dat alles weet Laele mooi te ondersteunen met dromerige synth- en pianomelodieën die je meenemen naar dromenland. Zo is opener “Wonderful” een mooi opstapje naar een wereld waarin melancholie de plak zwaait. Met begeleidende strijkers en natuurlijk de stem van de zangeres als hoofdingrediënten, breken de nummers zo nu en dan eens open. all this time I’ve spent doubting is met andere woorden een breekbaar geheel dat uiteindelijk toch krachtig uit de hoek komt. Bijzonder sfeervol, maar het kruipt ook onder je huid.

clubmember – Toujours L’amour (★★★)

Van knotsgek duo tot een gevestigde waarde in de absurde elektronica – Paolo Vernissage en Tony Crisis hebben het gemaakt. Als clubmember maken zij al enkele jaren onze oorkanalen onveilig met hun eclectische stijl, en die is nu eindelijk gebundeld in een mooie ep. Van alle vorige singles horen we op Toujours L’amour enkel de lead single en “Les Fleurs” opnieuw dus het zijn dan ook die nummers die ons het meest liggen – van de eerste keer weliswaar. Na enkele luisterbeurten kunnen we ook de donkere instrumentatie van “Flat Wire” smaken en wanen we ons op het ludieke “Demi-Tour” halfslachtig op de baan. We hadden de zwoele stemmen van Paolo en Tony misschien wat meer willen horen, maar als het gaat om dansen, maakt het gebrek aan zang natuurlijk niet veel uit.

Deze beire kortjes werden geschreven door Renaat Senechal, Lucas Palmans, Ivo Goossens, Sam Nassiri, Jan Surquin, Steven Scheers, Simon Meyer-Horn, Baldwin Verhoeven en Niels Bruwier.

Related posts
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Bongloard - "Suits"

We kunnen en willen er ook niet omheen: uit Nederland komt hoe langer, hoe meer steengoede rockmuziek overgewaaid naar Vlaanderen. We zouden…
FestivalnieuwsMuzieknieuwtjes

Jera on Air komt af met ruim dertig nieuwe namen

Jera on Air blijft met namen strooien. Vier dagen lang maakte het punk-, hardcore- en metalcorefestival in Limburg nieuwe acts bekend en…
LiveRecensies

Ways Around Festival 2024 (dag 3): Noise voor iedereen

De derde en laatste dag van het Ways Around Festival was opnieuw een groot succes. Ditmaal diende de museumzaal van de Botanique…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.