AlbumsRecensies

Merope – Salos (★★★★): Wilde, ongerepte schoonheid

Merope is al geruime tijd bezig aan een uiterst intrigerend en eigenzinnig parcours in de muziekwereld. Met het wonderlijke Salos stelt het de samenwerking met een Litouws koor opnieuw op de voorgrond. Het Merope-trio hengelt nooit opzichtig naar goedkeuring. Evenmin legt het lijntjes naar commerciële media uit. Alleen al daarvoor omarmen we maar al te graag de doordachte, uiterst spirituele muziek van Merope, het trio bestaande uit gitarist Bert Cools, die her en der ook synths en lichte sporen van elektronica aanlevert, Indré Jurgeleviciute, die de kankles (een snaarinstrument) bespeelt, en Jean-Cristophe Bonnafous op bansuri.

Het aparte instrumentarium vormt vanzelfsprekend al een indicatie dat het hier vreemdsoortige, haast onbeschrijfbare muziek betreft die zich naar goede gewoonte in geen enkel hokje laat wurmen. Denk maar aan de releases op het uitstekende granvat-label – releases die bijvoorbeeld heerlijk spelen met onwereldse dimensies als tijd. Denk evenzeer aan de manier waarop dit trio het wezenlijke concept van muziek herdacht door te spelen met zowel inhoudelijke als vormelijke aspecten (een fascinerend voorbeeld: een puzzel als fysiek object en de (digitale) muziek als begeleiding daarbij).

Merope betovert met Salos (Litouws voor ‘eilanden’) de welwillende luisteraar. Zeven nieuwe composities vormen kleine ‘eilanden’ als het ware, die samen een vreemd maar vaak erg dromerig muzieklandschap vormen. Bijzondere aandacht is er voor de inzet van het Litouwse koor Jauna Muzika (onder leiding van dirigent Vaclovas Augustinas) met wie de groep eerder al nauw samenwerkte.

Het bijzondere aan deze nieuwe release is misschien wel hoe het Merope-trio, versterkt met gastmuzikanten als Shazad Ismaily en Kjartan Sveinsson en celliste Gyda Valtysdottir verschillende muzikale werelden (klassiek, folk, melodische pop) naadloos met elkaar weet te versmelten. Al valt misschien wel vooral de inzet van schuchtere geluidsexperimenten met onder andere elektronica-effecten op. Tezelfdertijd vind je aan de basis van deze nieuwe Merope-composities hoofdzakelijk Litouwse volksliederen die een erg eigentijdse twist krijgen.

Het mooie aan deze Salos-release is misschien wel dat het hier gaat om drie jonge muzikanten. Drie vrijbuiters die zich maar al te graag buiten de wetten van de vaak opvallend mercantiele muziekwereld stellen. Drie jonge snaken, verenigd door het idee om muziek te maken vanuit de intrinsieke behoefte om een stuk wilde, ongerepte schoonheid de wereld in te pleuren. En dus reizen we maar wat graag mee met Merope. Richting onbestemd.

Om vervolgens diep ontroerd te worden door de zoete, zachte melodische sferen van opener “Ei Dvipa”, een van de ‘eilanden’. Die geldt als een vreemdsoortige folkballad die volop speelt met koorstemmen en met voorzichtig opduikende Aphex Twin-achtige elektronicabliepjes. “Bitinelis” vangt vervolgens aan met percussieve experimenten en eist op hoogst eigenzinnige wijze het speelveld tussen unheimliche folk (het zich al snel onderhuids nestelende “Sakale”), weird ambient en grillige, ongrijpbare elektronica op, net zoals vele andere composities op deze langspeler die hoofdzakelijk verbazen maar volop doen dagdromen. Overigens: erg moedig van hen om in deze tijden van de coronapandemie een nieuwe, oorstofprikkelende langspeler te gaan releasen. Salos. Koester zoiets, nu het nog even kan.

Bandcamp / Facebook / Instagram

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.