De film Judas and the Black Messiah vertelt het verhaal van Black Pantherlid en socialistisch activist Fred Hampton, die in 1969 vermoord werd door de FBI omdat hij als een radicale bedreiging voor de natie werd beschouwd. De film heeft een activistisch karakter en dus moest de soundtrack dat ook hebben. Een indrukwekkende resem artiesten passeert dan ook de revue: van Jay-Z en Nipsey Hussle tot A$AP Rocky en Rakim.
De intro is een stukje gesproken woord van Fred Hamptons zoon Fred Hampton Jr. Hij kaart de moordpartij aan die zijn vaders leven opeiste en verkondigt dat hij tot in de kist revolutionair zal blijven. De toon voor de soundtrack is gezet: een stevige, en nodige, les in de geschiedenis van de zwarte gemeenschap en haar obstakels. De track “Welcome to America” van Black Thought, frontman van The Roots, zet die boodschap als geen ander kracht bij. Op een soulvolle instrumental waar om de zoveel tijd een koor het op een kelen zet, spuwt de raplegende zijn visie over het land waarin hij opgegroeid is. Tekstueel gezien zit Black Thought bij een extreem exclusief clubje grootmeesters; op deze plaat is enkel Rakim van hetzelfde niveau.
“What It Feels Like” is de song waarnaar het meest werd uitgekeken op deze soundtrack. De samenwerking van Jay-Z en wijlen Nipsey Hussle stelt niet teleur: we worden nogmaals herinnerd aan het feit dat Nipsey véél te vroeg van ons werd weggenomen, terwijl Jay-Z zijn eeuwige klasse en consistentie tentoonstelt zoals enkel hij dat kan. Op “Broad Day” toont producer Hit-Boy waarom hij vaker van achter de mixtafel mag komen om de mic te bevuilen, alvorens een trio van muzikaal hoogstaande nummers ons komt verblijden. “Plead the .45th” van Smino en Saba is misschien wel het beste lied van het album, “Something Ain’t Right” van Masego, JID en Rhapsody is de samenwerking waarvan we niet wisten dat we ze nodig hadden en BJ the Chicago Kid sleurt ons helemaal mee met zijn liefdesverklaring op “Letter 2 U”.
Jammer genoeg kan het niet allemaal even goed zijn. G Herbo’s track “All Black” heeft een interessante instrumental, maar zijn kapitalistisch drammen past niet op de soundtrack van een film over een socialistisch leider. Het feit dat er autotune op de strofes staat terwijl hij niet eens melodieuze toeren probeert uit te halen, is een afknapper in ons boek. G Herbo is echter de enige artiest die twee nummers op de soundtrack heeft en zijn tweede song, “Revolutionary” met Bump J, maakt alles goed.
Ook “No Profanity” van Pooh Shiesty heeft niet het beoogde effect. De rapper kiest ervoor om een volledige strofe zonder onderbreking van een refrein te brengen, maar is tekstueel niet sterk genoeg om het lied interessant te houden. Nardo Wick tapt voor “I Declare War” uit hetzelfde vaatje, maar hij weet zijn tekstuele tekortkomingen te maskeren door een creepy sfeer te creëren. Nog voor het einde van de plaat passeren twee rappers die van beide problemen geen last hebben: A$AP Rocky toont dat hij stilaan aan dezelfde tafel als Jay-Z mag gaan zitten met “Rich Nigga Problems” en Rakim herinnert ons aan het feit dat hij een plek verdient in de top tien beste tekstschrijvers aller tijden met de bonustrack.
Over het algemeen raakt de soundtrack de snaren die hij moet raken. De variatie in artiesten houdt het project en de boodschap interessant zonder al te veel af te doen aan het album in zijn geheel. Het enige wat de plaat had kunnen gebruiken, was een artistiek leider die de algemene visie uiteenzet, zoals Kendrick Lamar dat deed met Black Panther: The Album. Het album heeft daardoor een iets minder samenhangend gevoel, maar gelukkig doen de uitschieters de teleurstellingen vergeten. Eén ding weten wij al zeker: Judas and the Black Messiah is een film die we zeker gaan bekijken, al is het maar om ondertussen van de muziek te genieten.