CRACKUPS zorgde in 2011 voor een schokgolf met debuutalbum Animals on Acid. Inmiddels is de plaat verheven tot de cultstatus, mede door de oorverdovende stilte die erop volgde. Na Greetings From Earth uit 2020 is er nu het volgende wapenfeit: Plexi. Hoog tijd voor een gesprek met gitarist Toon Van Looy en zanger/gitarist Thomas Valkiers: ‘We proberen altijd een punkplaat te maken met net iets meer’.
Ons gesprek vindt plaats aan de vooravond van de albumrelease van Plexi. Beide heren zitten er ogenschijnlijk relaxed bij. ‘Het is altijd wel spannend om een plaat uit te brengen. Maar we staan er zonder veel verwachtingen in. En als het op de radio komt, dan is dat mooi meegenomen.’ Thomas blijft realistisch. ‘We hopen gewoon op goede reviews. En dat we coole shows kunnen spelen. Maar dat doen we nu eigenlijk ook al. We zijn blij dat de plaat er is en dat wij er zelf voor honderd procent achter staan. En we zijn trots dat we weer alles zelf hebben gedaan. Thomas en drummer Niels Meukens hebben het gemixt en geproduceerd. Siebe Le Duc, onze de bassist, deed het artwork. Wij zijn DIY en dat vinden we heel tof.’ Het tweetal vult elkaar naadloos aan: ‘We proberen ook altijd een punkplaat te maken met net iets meer. Met twee studio’s in de band hebben we daarvoor ook de tijd en ruimte. In de basis is het gewoon bas, drum, gitaar en zang. Maar achteraf kijken we of er nog dingen bij kunnen. Niels heeft thuis heel wat synths staan. En soms is het cool om de synth in de buurt te brengen van de gitaar en dan die riff met een synth te vervangen.’ Thomas praat enthousiast, maar rustig, net als Toon. De herrie en ongebreidelde energie worden duidelijk bewaard voor de plaat en de live optredens. ‘Ja, live is het soms moeilijk, met die extra sounds. Want we willen er niemand extra bij pakken. Dus heeft Niels nu een sampler op zijn rack trom staan. Veel punkers of DIY labels zullen zeggen: ‘Waarom een punkband met een sampler?’ Maar ik denk dat het net punk is dat wij ons daar niks van aantrekken.’
Vier jongens uit de Kempen die dertien jaar geleden de punkwereld verrasten met het debuut Animals on Acid… Ze zijn er nog steeds. Of beter gezet: alweer, nadat ze tussen 2012 en 2019 andere muzikale dingen aan hun hoofd hadden. Er lijkt op het eerste gezicht niet veel veranderd. Behalve dat alleen Niels nog in de Kempen blijkt te wonen…
‘We luisteren vanuit onze jeugd al heel veel naar punk, in de brede noemer. Nu we dertigers zijn, luisteren we ook veel andere dingen, van jazz tot metal, maar ook veel elektronica. We zijn er niet vies van om eens naar een technofeest te gaan. We zien het dan ook breder dan het oude principe van een punkband. Zoals Devo dat ook al deed. En het is ook niet punk om punk te spelen, want dat heeft al zoveel volk gedaan. Punk is juist iets anders doen. Wij trekken ons ook nergens iets van aan.’ Toon lijkt hierbij zelfs ietwat melancholisch te worden. ‘Soms lijkt het alsof er niets veranderd is. We voelen ons nog steeds die zestienjarige snotneuzen. We hebben wel eens met een vervangbassist en -drummer gespeeld, maar dat was toch niet hetzelfde gevoel. We hebben wat metamorfoses meegemaakt qua sound qua songs, maar we zijn nog steeds die zelfde vier van toen.’
Vier jongens, nu heren, die in hun oefenhonk tot hun gebalde energie komen, verwerkt in puntige songs. Met teksten van de zanger himself, Thomas. ‘Eerlijk gezegd waren die vroeger totaal niet belangrijk. Nu besteed ik er iets meer aandacht aan. Misschien ook omdat ik ouder word. Maar de tekst is nog steeds iets wat achteraf erbij komt. Wat in de agressie van het nummer past. Een punknummer mag sprekend zijn en zeker niet te braaf.’ Dat lukt de vier heren uitstekend, ook in de songtitels. Neem meteen de opener het album: “The Phallus”. Een titel die duidelijk ergens voor staat… ‘Ja, het statussymbool dat blijkbaar aanbeden moet worden. En zie hoe fout dat is gegaan door al die mannelijkheid te laten regeren.’ Toch een kritische boodschap? ‘Misschien wel, ja. De nummers gaan vaak over de strijd tussen goed en kwaad. Zoals over een engeltje en duiveltje in “S.A.T.A.N.”. Dat je dikwijls het engeltje opzij zet en het slechte pad volgt. “Lost in The City”, “Sgt. Haze” en “Knocking On Heaven’s Gate” zitten ook in die richting.’
Hoewel de energie uit de groeven van Plexi spat, is de plaat toch niet live opgenomen, anders dan de voorganger Greetings From Earth. ‘We hebben daar nu ook niet echt naar toe gewerkt. Alles is rechtstreeks in de computer geplugd. Het is ook allemaal apart opgenomen, dus niet in de live setting. Maar het werkt wel, alsof iets direct uit de speakers vlamt. Mede daardoor is de sound ook anders.’ Maar niet alleen de sound. ‘Op Plexi staan meer echte songs, zoals “S.A.T.A.N.” of “Sgt. Haze”. De vorige plaat was gewoon zeventien minuten rammen.’ ‘Er is nu inderdaad meer variatie. “The Phallus”, “S.A.T.A.N.” en “Lost In The City” zijn drie totaal verschillende nummers qua genre. Maar die toch op een of andere manier bij elkaar horen, echt CRACKUPS zijn.’ Thomas kan het toch niet laten: ‘Zelfs mijn vader vond “S.A.T.A.N.” een goed nummer. Dat vind ik al angstaanjagend. Als hij iets goed vindt, dan gooien we het meteen over een andere boeg. Maar dit nummer stond al op plaat toen hij het hoorde. Nu zitten we met de gebakken peren!!!’ Nog steeds die kwajongens van toen… ‘Maar ergens snap ik het wel: CRACKUPS is meestal van hier naar daar en is heel noisy. Niet iedereen kan dat appreciëren.’ ‘Bij “S.A.T.A.N.” had ik eerst een Clash-vibe. Dat is omgeslagen naar de Rolling Stones toen de zang erbij kwam. Misschien is het daarom wat toegankelijker. Maar ook “Lost In The City” is rustiger, meer easy listening, voor ons doen. In “The Phallus” zit juist meer metal.’ Twee mannen, keuvelend over hun eigen songs… ‘En eigenlijk mag “Sgt. Haze” ook wel genoemd worden. Op de vorige plaat stond “Television Screen”. Die twee zijn onze B-52’s achtige kant, waar we ook grote fan van zijn. Sowieso van veel punk van de sixties tot de eighties.’
CRACKUPS heeft het nog steeds graag over punk. En speelt ook punk, hoewel het misschien niet punk is om dat toe te geven. En op het nieuwe album verbreden ze het begrip zelfs, door er iets extra aan toe te voegen. Maar die titel: Plexi… Klinkt niet echt punk, heren? Thomas doet toch een poging: ‘Ik zat met Equal Idiots in de studio. Ze speelden heel veel in op een plexi gitaar. Onze drummer heeft ook een plexi drum. Dus ik had een heel concept uitgedacht: ‘Als we eens live op plexi instrumenten zouden spelen en een plexi-plaat zouden uitbrengen… En dat we er nog een heel verhaal achter zouden verzinnen waarom dat zo is. Zoals: tegenwoordig is niks meer doorzichtig… Maar eigenlijk vond ik het gewoon cool: een doorzichtige plaat en een doorzichtige hoes. Zoals The White Album van the Beatles, maar dan the Plexi Album van CRACKUPS.’ De geschiedenis zal leren of deze vergelijking niet al te doorzichtig zal blijken te zijn. Maar één ding lijkt wel duidelijk: Met Plexi heeft CRACKUPS een punkplaat gemaakt met net iets meer. Ontken dat maar eens!
Plexi wordt voorgesteld op 29 november in Trix, Antwerpen. Overige speeldata worden gepubliceerd op de Facebook-pagina van de band.