Met de hoeveelheid muziek en de lengte van zijn bestaan, heeft Pond nog niet al te vaak in België gestaan. Dat heeft er veel mee te maken dat de bandleden apart ook wel nog eens graag in andere bands spelen, zo is Tame Impala een belangrijke cohesie binnen de groep. Een huidig lid van Pond speelt zelfs nog in de tourband en dus moeten er al eens keuzes gemaakt worden. Gelukkig kwam de band voor het eerst sinds 2019 nog eens naar ons land om er nieuwe plaat Stung! voor te stellen. Dat deed ze met heel wat werk uit dat album, maar evengoed met nog wat ouder werk om het verhaal compleet te maken.
Openen mocht Barbagallo, en ook die man bleek een link te hebben met Tame Impala. De Fransman mag zich namelijk drummer noemen bij die band, maar ook hij heeft nog een creatief ei dat hij kwijt wil in zijn solomuziek. Dat drummers meestal niet de creatiefste leden van de groep zijn, viel ook op in de muziek van Barbagallo. Met zijn roots in Toulouse bracht hij heel makkelijke Franse indiepop die soms groovy, soms iets meer funky, maar vooral voorspelbaar was. De invloeden blijken degene te zijn die Frenchpop groot maakten, maar nergens leek er iets vernieuwends of unieks te worden bijgedragen. Zo was het halfuurtje wel gezellig, maar of we er echt iets van onthouden hebben… dat dan weer niet.
Een vriendendienst moet af en toe eens kunnen, en zo begrepen we ook de keuze van Pond om de collega van bij Tame Impala mee te nemen op tour. Toch was het bij Pond meteen van een ander niveau toen het vijftal het podium net na negen betrad. “Daisy” zette namelijk al snel een groovy toon voor de rest van de set, die zou wisselen tussen heel aanstekelijk, dansbaar en psychedelisch gitaargevaar, zonder daarbij het experiment uit het oog te verliezen. Dat viel al meteen op bij “(I’m) Stung” dat met een dwarsfluit de nodige absurditeit met zich meedroeg, samen met natuurlijk heel wat reverb op de gitaar.
Dat er veel talent huist in Pond, moeten we niet vertellen. Iedere muzikant doet zijn duit in het zakje wat betreft sterke muzikaliteit, en zo mocht Jay Watson de intro van “Neon River” voor zijn rekening nemen. Terwijl dat zachte begin zich langzaam ontplooide, smeet frontman Nicholas Allbrook zich op de grond om tijdens de stevige riffrefreinen volledig uit zijn dak te gaan. Het droeg bij aan de intensiteit waarmee hij op het podium stond en zich een beetje als een jonge Mick Jagger gedroeg met zijn dansmoves en kwieke bewegingen.
Bij “Black Lung” kon Shiny Joe Ryan zijn uitstekende gitaarwerk aan de wereld tonen. Het nummer had live wat weg van Led Zeppelin door de zompige sound die het herbergde en zeker toen Allbrook er nog wat snedige schreeuwen tegenaan gooide, was die vergelijking niet ver gezocht. Gelukkig deed hij er nog wat alienachtige vocals bij met een roze stemvervormer om het toch niet allemaal zo serieus te brengen. “Sweep Me Off My Feet”, een van de meer bekende nummers van Pond, werd initieel nog verkeerdelijk gestart om nadien uiteindelijk een van de nummers te worden waarbij het publiek kon meezingen.
Dat publiek werd gedurende de volledige set getrakteerd op veel liefde van Nicholas Allbrook die de zaal in zijn beste Frans aansprak en ook telkens zijn liefde verklaarde. Het hielp ook om hen aan het dansen te krijgen bij songs als “So Lo”. Dat er af en toe een trager nummer passeerde, werd door de band steevast gecompenseerd door nadien volledig over de rooie te gaan. Voorbeeld daarvan was het minder boeiende “Constant Picnic” dat volledig werd weggespeeld door “Aloneaflameaflower”.
“Edge of the World, Pt. 3” liet dan weer zien hoe psychedelisch de band tegenwoordig nog kan klinken. In tien minuten kregen we heel wat dromerige sounds, die uiteindelijk zouden uitmonden in wat een jam leek. Zo ging het laatste deel van de set ook vaak in verrassende bochten, met onverwachte outro’s of speciale tussenstukken met onder andere wat meer percussie of weer die dwarsfluit. Het maakte dat Pond kon tonen hoe het muzikaal heel sterk voor de dag kon blijven komen, zonder daarbij voorspelbaar te zijn; en dat bleek zijn sterkte in de Botanique.
“Giant Tortoise” haalde nog eens alles uit de kast met snedige riffs om met “Toast” best gemoedelijk te eindigen. De bisronde was er dan eentje die de set perfect samenvatte. We kregen initieel iets met heerlijke dansbare melodieën, om nadien een nummer te krijgen dat ons alle hoeken van de zaal liet zien. Allbrook ging nog eens als een bezetene los op het podium, terwijl de muzikanten voor een sterke muzikale ondersteuning als een stevige cementlaag stonden. Op die manier werd je helemaal overtuigd door alweer een leuke set van Pond in de Botanique.
Setlist:
Daisy
(I’m) Stung
Neon River
America’s Cup
Black Lung
So Lo
Sweep Me Off My Feet
Constant Picnic
Aloneaflameaflower
Edge of the World, Pt. 3
Human Touch
Paint Me Silver
Giant Tortoise
Toast
Hang a Cross on Me
Don’t Look at the Sun or You’ll Go Blind