Na een goede start stond de zon weer klaar om ons te ontvangen op de Nürburgring. Waar dag één van Rock Am Ring in het teken stond van Foo Fighters, kregen we op de tweede dag een zeer gevarieerd aanbod voorgeschoteld. Met Incubus, Kings of Leon, Tenacious D, The Chats, Papa Roach en Gojira was het aanbod zeer uitlopend. Voor elk wat wils dus op het circuit gisteren.
cleopatrick @ Mandora Stage
Het Canadese duo Luke Gruntz en Ian Fraser, alias cleopatrick, timmert al een tijdje aan de weg naar de top. Dat mag je best letterlijk nemen, want je hoeft niet al teveel moeite doen om hen live aan het werk te zien. Vorig jaar zagen de mannen nog in de AB Club en op Pukkelpop. Telkens wisten ze ons aangenaam te verrassen met hun allegaartje van een onmiskenbare punkattitude, gecombineerd met catchy melodieën en scherpe teksten. Ze weten moeiteloos elementen uit verschillende rocksubgenres te vermengen. Dat resulteert in een verfrissende en eigentijdse sound, die de vroege vogels naar de Mandora Stage lokte. Druppelsgewijs stroomde het volk toe en we zagen dat cleopatrick er een serieuze lap op gaf. Zanger/gitarist Luke Gruntz besefte dat hij maar een half uurtje had om iedereen te overtuigen van zijn band, waardoor hij geen tijd verspeelde aan bindteksten. De twee lieten de instrumenten spreken en die maakten lawaai voor tien. De set bouwde rustig op en werd logischerwijs afgesloten met “hometown”, de grootste hit in hun nog steeds prille carrière. Wie maandag nog geen plannen heeft, kan hen aan het werk zien in De Centrale in Gent. Wij kunnen dit zeer warm aanraden.
The Raven Age @ Orbit Stage
The Raven Age heeft de Orbit Stage op Rock Am Ring doen trillen. Ondanks dat de band al sinds 2009 bestaat, blijft het wachten op de grote doorbraak. Wij vragen ons echt af waarom die er nog niet is gekomen. Deze opkomende Britse metalband, waarvan de gitarist de zoon is van Iron Maiden-bassist Steve Harris, weet dat het soms het beste is om bij de roots te blijven om goede muziek te maken. Zo zijn de mannen op dit moment op tour door Europa, mét Iron Maiden. Aangezien die oudere band niet elke dag speelt, vinden we The Raven Age tussendoor terug op enkele festivals. Hun geluid is rauw en zwaar, maar tegelijkertijd melodieus, met krachtige vocalen en gitaarriffs die ons naar adem doen snakken.
De energie die de band brengt is ongelofelijk en het was echt een aangename ervaring om de heren een aantal van hun topnummers live naar een hoger niveau te zien tillen. Afsluiter “Fleur De Lis” was een welgemikte hit die de show perfect samenvatte. Kortom, tijdens het optreden op Rock Am Ring heeft The Raven Age een fantastische prestatie geleverd en viel er absoluut niets aan te merken op de band. Het geluid was top-notch en zanger Matt James had de uitstraling van een metalgod met een strot met een groot bereik. Hoewel de groep in de voetsporen treedt van zijn legendarische voorgangers, is The Raven Age druk bezig om zijn eigen erfenis in de wereld van de metal te vestigen. Ware headbangers moeten dit zeker eens checken!
Bury Tomorrow @ Mandora Stage
Aan de Mandora Stage weerklonken de luide gitaren al vroeg op de dag. Bury Tomorrow was niet van zinnen om hier tegenin te gaan, in tegendeel. De Engelse metalband is al jaren een begrip in de scene en dat was te merken aan de vele opgeheven vuisten en crowdsurfers die al snel het publiek in gingen. Tijdens het openingsnummer “Boltcutter” schoten de vlammen in de lucht en zat de sfeer meteen goed. Zanger Dani Winter-Bates schreeuwde en brulde alsof zijn leven ervan afhing, terwijl Matt Cox de zuivere zangstukken mooi aanvulde. Geen wonder dat het publiek de oproep tot circlepits meteen opvolgde. Met “Cannibal” zorgden de snedige gitaarrifs voor nog meer vuurwerk op het podium. Dit nummer was als een splijtzwam die het publiek nog meer in extase bracht. Bury Tomorrow voedt zich aan de energie die het publiek hen geeft en dat publiek was gul in het geven. Het resultaat was dat we een show zagen die elke fan tevreden achterliet. De set van de heren was een typische festivalset, waarin alle hits aan bod kwamen en de beste songs aan het einde van de show werden gepositioneerd. “DEATH (Even Colder)” mocht de deur dichttrekken na een dik half uur metalcore van de bovenste plank.
Hot Water Music @ Mandora Stage
Hot Water Music wist eind vorig jaar in Kavka Zappa in Antwerpen een uitmuntende show neer te zetten. Het is geweten dat de punkrock van Ragan en zijn band niet zo in trek is bij het hardcore en metal-georiënteerde festivalpubliek. Dit was merkbaar aan de kleinere opkomst, maar niets kon de energieke en sterke prestaties van Chuck Ragan en co belemmeren. Door de afwezigheid van gitarist Chris Wollard – The Flatliners-zanger Chris Cresswell neemt nog steeds de honneurs waar – injecteerde de band een dosis vitaliteit. Cresswells jeugdige en energieke zangstijl gaf de show een extra dimensie en zorgde voor een frisse uitstraling. Het publiek werd langzaam maar zeker meegenomen in het verhaal van de band, vooral toen hits als “A Flight And a Crash” en “State Of Grace” al vroeg in de show hun intrede deden.
Ook het nieuwe “Turn The Dial” bleek een schot in de roos en zorgde voor opwinding onder de toeschouwers. Alles kwam tot een hoogtepunt toen Hot Water Music de finale inzette met “Killing Time” en “Remedy”. Het vakmanschap werd nog eens in de verf gezet. De strakheid van hun geluid en de pure rauwheid van hun punkrock creëerden een ervaring van hoge kwaliteit. Het was een genot om Hot Water Music zo goed te zien spelen en ze wisten zelfs de meest kieskeurige luisteraar te bekoren. De afwezigen hadden voor een keer ongelijk.
Incubus @ Utopia Stage
In de hoogtijdagen van de millenniumwisseling was Incubus zonder twijfel een van de meest bekende exportproducten van Calabasas, Californië. Ondertussen heeft de band die titel moeten inleveren bij de Kardashian-familie. De groep begon aan een gezapig tempo. Het was pas bij “Karma, Come Back”, met een leuke groovy basintro en de ritmische drums die de de funky sfeer accentueerden, dat de trein vertrokken leek. Ondertussen trachtte dj Ben Kenney achter de draaitafels de nillies-vibes een nieuw leven in te blazen. Het was echter wachten op de hits. De eerste kwam verrassend genoeg uit een andere hoek. Incubus waagde zich aan een stevige versie van “Come Together” van The Beatles. Hoewel het de song krachtig bracht, deed ze er weinig vernieuwends mee. Het leek slechts een opwarmertje om het tempo iets op te drijven.
Pas bij “Sick Sad Little World” kwam er wat leven in de brouwerij en kreeg Incubus het publiek in de hand. We zaten ondertussen wel al halfweg de show. Met “Are You In”, met een stukje van “Riders on the Storm” van The Doors erin verwerkt, was daar de eerste echte hit. Telkens wanneer we dachten dat de show echt van start zou gaan, viel ze echter weer stil. Zanger Brandon Boyd leek gedurende het hele optreden in zijn eigen wereld te verkeren en had maar weinig interactie met het publiek. Muzikaal gezien viel er daarentegen niets op te merken aan de prestatie. Alles klonk strak en technisch voelde het zeer bekwaam, maar het ontbrak aan een bepaalde vonk; een bezieling die het geheel naar een hoger niveau had kunnen tillen. Helaas was het kalf al verdronken voordat de twee grootste hits, “Wish You Were Here” en “Drive”, de revue passeerden. Deze nummers, hoe iconisch ze ook mogen zijn, konden het tij niet meer keren. Het concert van Incubus was een bitterzoete herinnering aan de gloriedagen van weleer, maar toonde tevens de moeilijkheden waar de band momenteel mee kampt.
Tenacious D @ Utopia Stage
De avond was aangebroken en voor het eerst op dag twee stond het festivalterrein vol. Het bordje ‘volzet’ hing aan de eerste voorste twee delen van het terrein. Dat net Tenacious D hiervoor zorgde, was des te opmerkelijker. Al snel werd ons duidelijk waarom. Vanaf het eerste nummer “Kickapoo” zongen de Duitsers elke woord mee. Met alleen een akoestische gitaar wisten Black en Gass indruk te maken. Tenacious D staat bekend als een satirische band die speelt met rock-‘n-roll-machoïsme en heroïek, terwijl ze ook de spot drijft met rock- en metalclichés. Wat het ook moge zijn, de Duitsers in Nürburg genoten er met volle teugen van.
Tijdens “Rize of The Fenix” liet Black bijna iedereen de duivelhoorns maken, een prestatie die zelfs de grootste metalbands niet kunnen evenaren. Wanneer hij “Tribute” inzette, werd iedereen helemaal wild en zong het circuit elk woord luidkeels mee. Het was adembenemend om te zien met welk gemak Tenacious D Rock Am Ring leek in te pakken. Als extraatje kwam Amy Lee, zangeres van Evanescence, “Kyle Quit the Band” en “Lee” meezingen. Haar doortocht zorgde toch voor een uniek moment. Was de show een langgerekte triomftocht van begin tot het einde? De songs van de cultfilm Tenacious D in The Pick of Destiny zorgden bij het publiek voor net iets meer opwinding. Tijdens “Beelzebos (The Final Showdown)” verscheen zelfs de duivel zelf op het podium, wat niet nieuw was, maar toch wel grappig om te zien. Niet alles in het leven hoeft uitgelegd te worden. De heren Black en Gass brachten wat welgekomen vrolijkheid tussen alle harde gitaren door.
Papa Roach @ Mandora Stage
Met toeters en bellen verscheen Papa Roach stipt op tijd op de Mandora Stage. Jacoby Shaddix, nog steeds Coby Dix voor de vrienden, had een lach tot achter zijn oren. Zijn pretoogjes verraadden hoeveel zin hij erin had. Met “Kill the Noise” van het laatste album Ego Trip trapte de band het feestje op gang. Een uur en een kwartier lang zou er geen rust zijn aan het tweede podium. Met een arsenaal aan hits, die mooi verdeeld waren over de set, dynamiteerde het viertal geregeld de boel. Waar generatiegenoot Limp Bizkit een dag eerder als een gimmick presenteerde, kwam Papa Roach een pak frisser en relevanter voor de dag. Hits als “Getting Away With Murder” of Tony Hawk-klassieker “Blood Brothers” werden afgevuurd met een verwoestende agressie.
Met veel respect voor hun gloriedagen verzorgden de heren tussendoor ook soms ietwat vreemde covers van tijdsgenoten. “Firestarter” van The Prodigy was verrassend maar leuk, “Lullaby” van The Cure hadden ze wat ons betreft achterwege mogen laten. “Still D.R.E.” was dan weer een goede intro voor crossover “Swerve”, dat ze samen met Hollywood Undead brachten. Het publiek smulde ervan en de handjes gingen Eminem-gewijs op en neer. Megahit “Last Resort” was het genadeschot. De vlammen schoten uit de pyro’s en de vele aanwezigen aan de Mandora Stage brulden mee alsof er geen morgen zou zijn. Papa Roach zette een show neer om U tegen te zeggen.
Kings of Leon @ Utopia Stage
De Amerikaanse rockers van Kings of Leon kregen de verantwoordelijkheid om het publiek een gedenkwaardige afsluiting te bieden van dag twee. Het was tevens de laatste show van de tour voordat ze terugvlogen richting Nashville. Ondanks dat ze de Lage Landen op deze tour links lieten liggen, beloofde de setlist met maar liefst acht nummers van doorbraakalbum Only By The Night. Bij het betreden van het podium viel het op dat de interactie met het publiek minimaal was. Desondanks waren er momenten waarop Caleb, die samen met zijn twee broers Jared en Nathan Followill en hun neef Matthew Followill de band vormt, enigszins spraakzaam was, binnen de perken van zijn eigen grenzen weliswaar.
Met “Crawl” en “Molly’s Chamber” werd de show stevig op gang getrapt. De potige rocksongs brachten het publiek meteen in beweging. Met “Notion” stak de eerste echte single de neus aan het venster. Het nummer bracht een toegankelijker en commerciëler geluid, het geluid dat de band groot heeft gemaakt. Er was veel werk gestoken in de productie. Opvallend was dat elk lied werd vergezeld door een compleet andere lichtshow. Zo werd het publiek getrakteerd op een spectaculaire explosie van licht tijdens “Revelry”. Het zorgde voor visuele afwisseling en dynamiek, maar naast het lichtspektakel werden alle songs zonder veel franje gespeeld. Langere live versies van hun songs waren niet aan Kings of Leon besteed, zo bleek.
“Pyro” werd professioneel en steriel gebracht, hoewel het als single meer potentieel heeft. De schuchtere poging tot interactie tijdens “The Bandit” was nauwelijks noemenswaardig. Zo ging het heel de show door; was het steeds een beetje te weinig, te laat. Helaas werd ook “Radioactive” niet naar een hoger niveau getild door de band. Hoewel het een leuke single is, miste het live de bezieling die de studioversie kenmerkt. Pas bij het volgende nummer, “Closer”, leek er iets wakker te worden in de band. Er zat meer schwung in de uitvoering en het publiek reageerde positief. Het feit dat de hits pas achteraan in de set werden gespeeld, had daar waarschijnlijk iets mee te maken. “Use Somebody”, een van de grootste hits, werd zoals verwacht uit volle borst meegezongen, waarbij de vrouwen op de schouders werden gehesen. Met de intro van “Waste a Moment” zetten de drums het publiek uiteindelijk aan tot handgeklap. Het uptempo nummer voerde de energie verder op en bouwde verder op de golf die was ontstaan met “Use Somebody”.
Helaas haalde “Knocked Up” het tempo weer iets naar beneden, ondanks dat het live als enige uitgebreider werd gespeeld. “Sex on Fire” blijft een rockanthem en werd als enige nummer gebruikt om de show mee af te sluiten. Het was een pleister op een houten been, een poging om de pijn te verzachten van het feit dat de band gedurende de avond net dat tikje meer had mogen geven. Hoewel de muzikale prestatie van Kings of Leon zeer strak was en er niets op aan te merken viel, leek de aanloop naar de finale eindeloos lang te duren. Velen hielden het dan ook sneller voor bekeken, waardoor de lege plaatsen op het terrein nog duidelijker opvielen. Al bij al voelde het soms alsof de band als headliner iets te weinig materiaal had om anderhalf uur lang te boeien. Wellicht zou een plaats als subheadliner hen beter tot hun recht laten komen. Op het muzikaal vakmanschap dat Kings of Leon tentoonspreidde konden we absoluut niks aanmerken, het mocht gewoon wat meer zijn als headliner van het grootste festival van Duitsland.
Fan van de foto’s? Op onze Instagram staan er nog veel meer!
Onze recensie van dag één lees je hier.