Het is een mooie gedachte om te denken alles van een band gehoord te hebben, om dan door een nieuw nummer toch weer versteld te staan. BEAR is ondertussen een oudgediende in de Belgische metalwereld. Ooit startte de band als een allesvernielende machine die snelle mathcore mengde met een stompende en beukende sound. De evolutie naar een meer toegankelijk genre was al ingezet op de vorige plaat Propaganda, die bij ons mooie punten scoorde.
Vandaag schakelen de heren nog een tandje terug. BEAR start naar hun normen erg gezapig en de eerste tonen laten ook iets horen wat we nog niet vaak gehoord hebben: een toegankelijke, trage intro die doet vermoeden dat er meer ruimte wordt gelaten voor songwriting. Geen riffs of drums die onmiddellijk naar de strot vliegen, maar wel een erg doordachte opbouw. Na deze intro wordt het allemaal wel wat harder, maar nog steeds klinkt het erg doordacht en het refrein is zelfs catchy te noemen. Het tweede deel van het nummer is repetitief maar ook daar zitten accentverschuivingen met het eerste deel. Op het einde gaat het tempo nog even lekker de hoogte in en dan komt die onvermijdelijke geluidsmachine toch nog even langs.
Vermoedelijk voelen ze zichzelf ooit echt “Serpents in the Rabbit Hole” en met dit nummer onderstreept BEAR dat het ook op een intelligente manier een stevig nummer kan maken. Pelagic Records heeft weer een mooie Belgische band onder de arm genomen en er zal hopelijk snel meer nieuw materiaal volgen. Een breder publiek dient zich bij deze toch aan.
Volg ons op Spotify voor meer nieuwe muziek.