Het Franse duo Polo & Pan voorziet ons al enkele jaren van heerlijke, dansbare zomerliedjes. Het zonnetje kon ons de afgelopen dagen al goed voorbereiden op een luilekkerdagje aan het strand met een cocktail in de hand, maar het enige wat daarbij nog ontbrak, waren enkele nieuwe hitjes van onze favoriete Parijzenaren. Prijs jezelf gelukkig dat de mannen net een nieuw album voor ons klaar hebben, want Cyclorama is vanaf deze vrijdag overal te beluisteren! In tussentijd mochten wij nog even in gesprek gaan met Polo, ook wel Paul Armand-Delille of ‘Polocorp’, over dit album en de achtergrond van de band.
Jullie tweede album komt binnenkort uit. Hoe heb je dat ervaren? Ben je even enthousiast als de eerste keer?
Ja! Een tweede album is altijd een beetje lastiger om te maken, want bij een eerste album verwacht niemand iets nieuws. Je hebt alle tijd in de wereld en je kan er op een vrije manier aan werken, terwijl we voor het tweede album eerst onze tour afgemaakt hebben. Het was oorspronkelijk de bedoeling om het deze zomer te releasen, maar ik denk dat we geprofiteerd hebben van dit vreemde jaar om het album af te werken. We zijn ook vrij blij met het uiteindelijke resultaat.
Het is wel anders dan het eerste, aangezien we gestart waren met het creëren van de nummers tijdens de tour. We maakten ze wat apart, in de plaats van allemaal samen. Alex (Alexandre Grynszpan) had enkele nummers geschreven en ik ook. In totaal waren dat er ongeveer 30. Uiteindelijk hebben we de beste gekozen die klaar waren om te releasen. Ik heb het gevoel dat alles nu, op het moment dat we aan het releasen zijn en het publiek de nummers oppikt, zeer goed loopt. Het ligt echt in de handen van de luisteraars en of zij hun goedkeuring geven. Dat lijkt wel te gebeuren, dus nu voelen we ons er wel super bij. Twee maanden geleden was ik er nog niet zo zeker over.
Oké, en hoe komt dat?
Wanneer je een album net hebt gefinaliseerd, heb je zo vaak naar de nummers geluisterd dat ze je niet meer kunnen ontroeren. Je luistert bijvoorbeeld 100 uur naar eenzelfde nummer en in elk nummer hebben we zo veel energie gestoken om de details af te werken dat je de oorspronkelijke waardering voor de liedjes verliest. Zo van ‘Waarom zou iemand dit leuk vinden? Ik voel niets meer.’ (lacht)
Heeft de coronapandemie een grote invloed gehad op het album? Je zei al dat het normaal de bedoeling was om eerder te releasen.
Ja, het had een invloed aangezien het ons wat meer tijd gaf om er aan te werken, maar het album gaat niet over de pandemie. Geen enkel nummer gaat over eenzaamheid of zich afgesloten voelen. Zoals ik al zei, waren we eigenlijk voordien al aan alle nummers gestart. Veel van onze inspiratie halen we uit denkbeeldige landen, oude zaken, nostalgie uit onze jeugd, uit ons verleden, films, boeken… We zijn niet politiek, we reageren niet op wat er in de wereld gebeurt. We zijn eerder poëtisch. De pandemie was dus een gelegenheid om veel te werken, maar het album heeft er niets mee te maken.
Zelfs de single “Feel Good”, die we uitgebracht hebben tijdens de pandemie, was voordien al geschreven. Iedereen zei: ‘Oh wauw, wat een fantastisch nummer om ons terug goed te doen voelen. We hebben zo’n moeilijke tijd, bedankt hiervoor.’ We waren niet zo bedachtzaam. Ik wou dat we dat waren, maar het nummer was er al voordien en dat is eigenlijk wat we doen. We houden ervan om vrolijke liedjes te schrijven.
Je zei dat de inspiratie voor jullie nummers uit onder andere boeken en jullie gevoel komt. Er is één nummer op het album dat “Peter Pan” heet. Is dat dan een concreet voorbeeld daarvan?
Ja, dat klopt wel. De naam van de band is Polo & Pan. Alex was vroeger dj Peter Pan. Ik denk dat Peter Pan altijd een belangrijke figuur was voor ons. We zijn muzikanten en dj’s en zijn bijvoorbeeld nog niet getrouwd. Volwassen worden wanneer je dj bent en een leuke tijd hebt, is dus wat moeilijk. Ik denk dat veel mensen trouwens moeite hebben om op te groeien in onze generatie, dus op die manier is Peter Pan altijd een boeiend onderwerp geweest voor ons. We houden ook van Disney. We houden nog steeds van animatie en cartoons. We hechten echt wel belang aan zaken uit onze kindertijd.
Dit specifieke nummer is redelijk speciaal, omdat het geschreven is door onze zangeres Victoria Lafaurie. Het werd dus niet geschreven door ons. Ik weet nog wanneer we het de eerste keer hoorden. Het was de eerste dag dat Victoria kwam repeteren en we hadden samen met haar iets gegeten. In de eetruimte stond een piano waar ze plaats aan nam en het lied begon te spelen en zingen. Toen dacht ik ‘dit moeten we ooit opnemen’. Ze heeft het samen geschreven met Antonin. We hebben al heel vaak met hem samengewerkt, onder andere voor “Arc-en-ciel” en dan “Melody” op het nieuwe album. Hij is gitarist en een heel goede vriend van ons. “Peter Pan” is dus eigenlijk van hen twee. Ze hebben het ook gecreëerd toen ze verliefd waren. Wij hebben het nu opgenomen en een paar dingen van ons toegevoegd, maar het is wel duidelijk een ander soort nummer. We wilden het graag uitbrengen omdat het ondertussen zo’n onderdeel is geworden van de band. Een fijn, prachtig, emotioneel lied.
Fijn! Het liedje heet “Peter Pan”, wat ook de dj-naam van Alexandre is. Kunnen we binnenkort dus ook een nummer verwachten dat ‘Polocorp’ heet, aangezien dat jouw artiestennaam is? (lacht)
Ik denk het niet. (lacht) Peter Pan is al een soort ‘pop-culture’-figuur. Tenzij we misschien iets vinden rond Marco Polo. Er zou misschien zo’n soort woordspeling aanwezig kunnen zijn in een nummer, maar nogmaals, wij hebben het nummer ook niet geschreven. Ik denk het dus niet meteen, maar misschien. We zullen zien.
Waar komen deze artiestennamen eigenlijk vandaan?
Alex kreeg zijn dj-naam al een hele tijd geleden. Zijn achternaam is Grynszpan, dus iemand zei hem ‘je zou dj Peter Pan moeten zijn’. Hij had vroeger echt een heel slechte dj-naam en een van zijn vrienden noemde hem zo en hij vond het een goed idee. Polocorp was mijn graffiti-naam en het komt eigenlijk van de cartoon Dragon Ball Z. Daarin komt iets voor dat Capsule Corp heet en ik vond dat wel tof, zo Polocorp. Het is ook al een heel oude naam.
Het album heet Cyclorama. Ik heb dat even opgezocht omdat ik niet wist wat het betekende en vond dat het een soort kunstwerk is dat vaak gebruikt wordt in theater. Waarom hebben jullie het album zo genoemd?
Het album gaat echt over levenscyclussen en het bestaan. Dus we zochten iets, een mooi woord dat ‘cyclus’ bevatte. Dat is eigenlijk hoe we er op gekomen zijn; zoekend naar woorden. Er waren verschillende mogelijkheden en toen vond ik plots dit. Ik vond dat het goed klonk. Het bestond uit ‘cyclus’ en ‘panorama’ en op die manier ook een visualisatie van tijd. Toen ik het dan opzocht, vond ik inderdaad dat het de achtergrond in een theater is. Dat is ook een beetje zoals onze cinematografie, wij hebben iets gelijkaardigs. We hielden eigenlijk gewoon van de klank van het woord. Het is niet perfecte, maar we konden het album ook niet gewoon ‘cyclus’ noemen, dat is te droog. We zijn iets poëtischer.
Ja, het is een fijn woord en ik denk dat het ook perfect past bij het thema van het album. Ik hou ook echt van de artwork. Met de zandloper heeft het volgens mij ook iets te maken met de levenscyclus?
Ja, inderdaad!
Wie heeft dat ontworpen?
Dat is het duo dat al onze visuals heeft ontworpen en ook veel van onze videoclips, namelijk Noemi Ferst en Benjamin Moreau. Zij zijn de oprichters van de applicatie voor RADIOOOOO.com. Dat moet je zeker eens bekijken, het is een soort wereldmap waarmee je muziek kunt beluisteren uit verschillende landen en tijdperken. Het is ook een heel mooie website. Ze zijn zeer creatief, grafisch gezien. Ze hebben veel ideeën. Ze waren ook dj’s samen met ons twaalf jaar geleden, we deden dat toen allemaal samen. Dus ja, we zijn wel hecht bevriend met hen en ze zijn zeer getalenteerd!
Dus zij hebben eigenlijke alle artworks ontworpen, ook van het vorige album.
Ja, sinds het begin. Sinds het allereerste nummer. Ze hebben alle covers gedaan en ook een heel groot deel van de animatievideo’s, bijvoorbeeld “Zoom Zoom” of “Ani Kuni”.
Ja, ik ben echt wel fan omdat het ook zeer kleurrijk en opvallend is.
Top! Dat is fijn om te horen.
Hebben jullie geprobeerd om iets anders te doen op het nieuwe album in vergelijking met het eerste album en de andere nummers die jullie geschreven hebben?
Wel, het klinkt een beetje anders. Misschien is het ook wat minder zonnig. Er is wat meer balans tussen zon en maan, meer nachtliedjes. We hebben er ook van in het begin op een andere manier aan gewerkt, aangezien we elk apart nummers hebben gecreëerd. De workflow was dus wat anders. We zijn ook een aantal nieuwe samenwerkingen aangegaan, zoals bijvoorbeeld met Channel Tres, waarmee we uit onze comfortzone werden getrokken. Zij werken wat meer urban en Amerikaans, wat niet echt onze natuurlijke muzikale omgeving is. Dat was wel zeer interessant en ook een coole samenwerking.
Eigenlijk behouden we wel dezelfde liveshow en ook ongeveer dezelfde manier om het album te ontwikkelen. We werkten ook samen met dezelfde mixer. De workflow is vrij gelijkaardig. We dagen onszelf gewoon een beetje meer uit. We proberen om onze opnames en onze sound naar een hoger niveau te tillen.
Er zijn wel wat samples aanwezig in het album, maar waarschijnlijk minder dan in het vorige. “Magic” is natuurlijk een gigantische sample en dan is er nog één, maar voor de rest kwam er meer vanuit onszelf. “Magic” was eigenlijk ook nooit bedoeld als een nummer voor op het album. Het was een lied dat ik vaak draaide en het begon toen een beetje zijn eigen leven te leiden. Iedereen vond het leuk, dus dan hebben we het maar toegevoegd.
“Ani Kuni” is ook een soort sample, dacht ik?
Nee, dat werd opgenomen met een oldschool seventies-recorder. We hebben onze vrienden opgenomen, die het koor representeren. Het is eigenlijk een cover, gezongen door onze vrienden en hun kinderen.
Dat is best cool. (lacht) Ik kende het originele liedje niet echt op voorhand, maar ik was er naar aan het luisteren samen met mijn papa en hij herkende het.
Ja! We hebben een sample gekopieerd van een Canadese versie uit de jaren zeventig door Madeleine Chartrand. We waren echt geïnspireerd door de manier waarop het opgenomen was. Ik denk dat het een bekende versie is, voornamelijk voor de vorige generatie. Mijn mama kende die versie bijvoorbeeld ook. Het klinkt fantastisch en we hebben de tijd genomen om het opnieuw op te nemen, gebruik makende van de toestellen die toen ook gebruikt werden.
Ik hoorde ook wat oosterse invloeden terugkomen op het album, bijvoorbeeld in het nummer “Oasis”. Volgens mij is dat ook iets nieuws.
Dat is eigenlijk iets dat ik aan het doen was net voor Polo & Pan. Toen nam ik nummers op in Marokko, in het Atlasgebergte. Ik hield wat samples bij uit 2012 van nummers die ik nog niet had afgewerkt. “Oasis” is gebaseerd op die samples uit 2012. Het bevat bepaalde traditionele instrumenten zoals een gimbri en specifieke percussie-instrumenten. Mijn vriend Marco is multi-instrumentalist en hij bespeelt allemaal bijzondere instrumenten uit Afrika en het Oosten. Hij speelde dan wat extra solo’s op een aantal van die instrumenten die we toevoegden aan het nummer.
Het eerste album bevatte meer invloeden uit Zuid-Amerika en toen werkten we ook met andere artiesten samen. Dit is dus een ander land en een ander soort sfeer dat we opzoeken met dit nieuwe album. Het is iets minder zonnig, maar meer mysterieus.
Eigenlijk doen jullie altijd een soort roadtrip tussen verschillende landen, wanneer jullie iets nieuw creëren. Jullie proberen klanken uit verscheidene landen op te pikken.
Ja, we leggen onszelf geen limieten op. We hebben een bepaalde productietechniek die voor wat continuïteit zorgt in wat we doen, maar daarnaast zijn er eigenlijk geen grenzen aan de inspiratie die we verzamelen of waarheen we willen met onze muziek.
Je zei ook dat je vaak samenwerkt met verschillende mensen die verschillende instrumenten bespelen. Is dat in elk liedje het geval? Of zijn er ook nummers waarin we enkel jullie twee aan het werk horen?
Ja ja, er zijn zeker een heleboel nummers die we met ons twee doen. Op dit album denk ik dat we voor “Attrape-rêve” alles zelf hebben geschreven. Bij “Feel Good” heb ik alles zelf gespeeld en Alex heeft daarvoor ook een aantal zaken geregeld, dus dat zie ik wel als een nummer dat volledig van onszelf is. We zijn echt wel volledig in staat om zelf een volledig album te ontwikkelen, maar ik denk dat het juist beter is om ook met anderen samen te werken.
Je vaardigheden verbeteren ook wanneer je samenwerkt en de uitkomst is vaak beter. Dit album wordt verondersteld vaak beluisterd te worden, dus alles wat het een beetje beter kan maken, ontvangen we met open armen. Het gaat niet over het ego, het gaat niet over elk instrument zelf willen bespelen en op het podium kunnen zeggen ‘ik heb alles gedaan’. Het gaat om het maken van een fantastisch nummer, een product, een goed verhaal waar mensen door ontroerd worden. En we hebben daarbij de hulp nodig van zoveel mogelijk mensen.
Wanneer jullie op tour gaan, nemen jullie dan ook andere artiesten mee of is het enkel jullie twee?
Vreemd genoeg doen we tijdens een show alsof het enkel wij twee zijn en Victoria die zingt. We hebben ook Leo die wat fluit of saxofoon komt spelen. Dat lijkt niet zo’n grote meerwaarde voor de band, maar het is toch wel belangrijk dat hij fluit kan spelen voor sommige van onze nummers. Het werkt. Dat heeft hij al een aantal keer bewezen. Meestal houden we de tour vrij flexibel, nog niet al te groot.
We zitten nog niet op het punt in onze carrière waarop we all-the-way kunnen gaan. We zouden in de toekomst graag iets doen met een orkest, maar momenteel willen we gewoon visibiliteit verkrijgen overheen de wereld. Er zijn nog een heleboel landen waar we niet gespeeld hebben. We moeten dus flexibel zijn en een show hebben die enkel steunt op ons als duo of toch op zijn minst ons drie met Victoria erbij. De extra aanwezigheid van een vrouw doet wel veel. Ze is ook een geweldige danseres. Ze brengt dus een meerwaarde op het podium mee.
In welk land zou je nog willen spelen?
Eerst en vooral in Brazilië. Ik denk dat dat bovenaan de lijst staat. Eigenlijk een volledige Zuid-Amerikaanse tour, voornamelijk omdat we al lang in contact staan met hun muziek en het dus logisch is dat we daar een publiek hebben. In Mexico bevindt zich onze grootste fanbase, maar we zijn daar eigenlijk nog nooit geraakt en dat zou echt wel moeten. Dan denk ik dat het ook fijn zou zijn om in Thailand te spelen of Vietnam, dat deel van Azië. De tropische eilanden van Azië zijn echt wel fijn. We zijn ook nog niet in Japan of Scandinavië geweest, er zijn wel wat plekken waar we nog niet geweest zijn. Persoonlijk wil ik ook graag naar Rusland of China. Dat lijken mij interessante landen om naartoe te gaan momenteel.
Bestaat er een verschil tussen het publiek uit verschillende landen?
Ja, absoluut! Soms is een publiek minder expressief, eerder statisch of dan weer enthousiast. Sommige mensen zijn eerder naar zichzelf gekeerd, kijken naar de show en uiten fysiek niets. Sommige landen zijn dan juist zeer fysiek, die gaan volledig uit hun dak. Ja, het is wel plezierig voor ons. Wij geven een show aan het publiek, maar het publiek is ook een show voor ons. Wij kijken naar hen, terwijl zij naar ons kijken. (lacht) Ik denk dat er geen enkele plek is waar we tot nu toe een negatieve vibe hebben gevoeld.
Jullie hebben ook al in België gespeeld, hé?
Ja inderdaad.
Hoe was het publiek hier?
Fantastisch, natuurlijk! We waren onlangs in Brussel om wat promotie te doen en we houden ervan om daar te zijn. Het is een goed publiek en het is echt leuk om voor jullie te spelen. België is ook een fijne plaats om te verblijven en nadien nog naar een feestje te gaan. Een deel spreekt ook Frans, dus onze culturen liggen wel dicht bij elkaar. Ze zijn gewoon ook zoveel leuker dan Parijzenaren. Ze zijn een blijere, coolere versie van Fransen.
Uiteraard! (lacht)
Ja. (lacht) Dat is niet moeilijk.
Jullie hebben wel een vrij herkenbare sound in jullie nummers. Denk je dat deze er altijd zal zijn, of zullen jullie in de toekomst iets anders proberen?
Ja, misschien zijn er wel al wat zijtakken in dit album aanwezig. We gebruiken niet al onze typische geluiden in bepaalde nummers. Een nummer zoals “Magic” klinkt bijvoorbeeld al helemaal anders dan wat we voordien hebben gedaan. “Requim” daarentegen heeft wel onze oldschool basis. Ik denk dat het evolueert, maar op een traag tempo. Het is niet echt een bewuste keuze. We staan er niet bij stil dat we aan het veranderen zijn, of zoiets.
We zijn niet zoals bands die om de vijf jaar een nieuw album opnemen in een andere studio en met een nieuwe producer, waardoor het album meteen volledig anders klinkt. Wij hebben onze eigen studio, we hebben onze eigen instrumenten en die evolueren, maar langzaam. We hebben heel wat nieuwe techniek aangekocht voor in de studio, maar we proberen niet om alles al te snel te wijzigen. We proberen om onze tijd te nemen om alles te gebruiken en zolang het werkt, lukt het. We houden van ons geluid en ons werk. Als conclusie: een natuurlijke, trage evolutie.
Als je Cyclorama in één woord zou moeten beschrijven, wat zou het dan zijn?
Pff, in één woord. ‘Leven’, denk ik. Ik had ‘muziek’ kunnen zeggen, maar dat zou een asshole-move geweest zijn. (lacht) Het concept draait rond levenscyclussen en het bestaan.
Het EK is momenteel bezig en Frankrijk speelt natuurlijk ook mee? Wie gaat winnen?
Frankrijk is zo wat de favoriet, maar ik ben altijd wat bang van de andere teams, bijvoorbeeld van Duitsland. Ik ben ook wat bang van het Franse ego. Er zijn zo veel egotrippers. Ik ben ook niet echt een voetbalfan, dus ik heb eigenlijk geen idee waar ik het over heb. (lacht)
Cyclorama is vanaf 25 juni overal beschikbaar en op 24 maart 2022 kan je je beste dansbenen bovenhalen voor hun show in La Madeleine.