Marius Lauber is een singer, songwriter en producer uit Keulen, vooral bekend onder de naam Roosevelt. Na een uitgebreide tour door Noord-Amerika was het de beurt aan Europa met een stop in Brussel. In een bijna uitverkochte Beursschouwburg kwam hij zijn selftitled debuutplaat Roosevelt voorstellen. Het concert begon maar pas tegen 23u, maar al snel werd duidelijk dat die late vrijdagavond vibes wel pasten. Zijn cocktail van disco, elektro en synthpop zorgden alvast voor een geslaagde dansavond.
Het podium was sober aangekleed. Enkel een doek waar, net zoals op zijn album, in een jaren ’80 geïnspireerd cursief ‘Roosevelt’ op staat geschreven. Het artwork op zijn plaat is één dat je meteen doet denken aan vervlogen tijden in het tropische Malibu. En vanaf de eerste synth geluiden door de zaal sneren, reist de zaal even mee met Roosevelt naar warmere oorden. Tegen de funky beats van “Wait Up” is niemand bestendig want het hele publiek wordt meteen een wriemelende massa (met toch een kleine extra vermelding voor de aanstekelijke dansmoves van de man met de baard vooraan).
Als volgende is er oldie “Eliott” dat al van 2013 dateert en waarmee hij internationaal aandacht mee won. Het is de perfecte opvolger want iedereen blijft gedwee bewegen op de trancelike ritmes van Lauber en zijn twee bandleden. De set is een perfecte mix tussen ijle synths, hypnotiserende elektro-beats en Lauber’s serene stem. Soms reikt het discogehalte al wat hoger, met liedjes zoals “Close”. Die jaren ’80 vibe werkt Roosevelt ook gewillig in de hand met zijn lichtenspel waardoor de zaal constant in paars-blauw-rode lichten baadt. Maar het gaat er nooit over en de set blijft steeds modern en fris aanvoelen.
Het was niet de eerste keer dat Roosevelt in België stond, zij het wel de eerste keer als hoofdact. Lauber staat standvastig op het podium en je zou haast vergeten dat de man nog maar zesentwintig lentes jong is. Een hoogtepunt is “Fever”, dat eveneens een topper op de plaat is. Een aanstekelijk upbeat lied dat iedereen aan het dansen krijgt. Maar bij “Moving on” komt de onervarenheid toch even piepen. De aandacht verslapt en de stem wordt wat onvast. Dat is al snel vergeten want dan volgt een nieuw hoogtepunt “Sea”, waar de synths weer heersen. Met als ultieme climax het glitterkanon dat het feest compleet maakt.
Als laatste is er dan “Night Moves” waar de invloeden van Joe Goddard’s (Hot Chip) label Greco-Roman niet ver te zoeken zijn. Dit is misschien wel zijn meest pittige song van de avond en doet om meer schreeuwen. Wat het publiek ook doet eenmaal Roosevelt van het podium is verdwenen. En de gebeden worden verhoord, want niet veel later staan de drie jongens er terug. Ze trakteren het publiek op een cover van “Teardrops” van Womack &Womack. Hét jaren ’80 lied bij uitstek, maar dan in een modern jasje. Iedereen kan zo nog eens alles geven en is de teleurstelling groot wanneer de lichten aangaan. Alsof je ouders zonet hardhandig je feestje crashen door de lichten aan te steken.