Als een blootvoetse Kevin Parker een foto post vanuit zijn Wave House in Injidup, dan weet je hoe laat het is: een nieuw Tame Impala-album dringt zich op. In maart 2024 was het weer prijs, al zou de opvolger van The Slow Rush pas ruim anderhalf jaar later verschijnen. En daar is op zich wel een lat mee te halen; eentje waar de Australische psychedelicatovenaar zelf misschien ook niet echt op zat te wachten. Sinds het succes van Currents bij het eerder mainstreampubliek, raakte de essentie van zijn project een beetje ondergesneeuwd. Hoewel minstens zo goed, raakten platen als InnerSpeaker en Lonerism nooit echt aan eenzelfde TikTok-status, en mede daardoor viel zijn recentste creatie als geheel relatief licht uit. Het was dus maar de vraag hoe Tame Impala in de nasleep van de tournee rond laatstgenoemde plaat zou evolueren, niet in het minst omdat Parker niet alleen echtgenoot, maar ook vader van twee werd. En dj. Dat ook.
Het heeft in elk geval allemaal wel ergens een rol gespeeld in hoe Deadbeat is gaan klinken. Alleen al qua albumcover bijvoorbeeld: Parker had een shoot geregeld, maar vond een toevallige foto met zijn dochtertje die de fotograaf toen maakte, beter passen. De vraag die bij ons op voorhand luidde was dus of de man ook in zijn muziek de experimentele keuzes links zou laten liggen voor het vaderlijke. Wel, het antwoord ligt op deze vijfde langspeler van de band zoals wel vaker ergens in het midden. Tame Impala durft zeker nog wel eens buiten de lijntjes kleuren, maar daar lijkt niet het zwaartepunt van dit project in te liggen. Het is eerder een algehele sfeer die Deadbeat in leven houdt; euforisch, duister, dansbaar, chill… op zich allemaal adjectieven die niet meteen in eenzelfde lijn liggen, maar het hier een klein uur lang wel prima met elkaar kunnen vinden.
En laat ons meteen ook eerlijk zijn: Deadbeat krijgt na een vijftal luisterbeurten een drietal sterren toebedeeld, maar het zou best kunnen dat dat er binnen een paar weken vier zijn. Het album maakt als geheel namelijk hetzelfde gevoel los als hetgeen we hadden bij de vooruitgestuurde singles. “End Of Summer” voelde anders, “Loser” had wat tijd nodig om te wennen… Er was nooit een regelrecht schot in de roos dat ons meteen weer mee op de kar trok. Maar nu zijn ze wel gegroeid en gestegen in achting. Dat lijkt ook zo te gaan zijn met de som waarvan ze deel uitmaken.
Er zijn op het eerste gehoor namelijk slechts een paar nummers die er echt uitspringen, maar dat betekent nooit dat zij die dat niet doen, slecht zijn. Integendeel, ze dragen allemaal bij aan de sfeer die Tame Impala wil en ook kán creëren op Deadbeat. Dat is overigens meteen ook een sfeer die Parker eigenhandig heeft uitgevonden, en daar moeten we hem sowieso wel kudos voor geven. Opener “My Old Ways” heeft op de achtergrond bijvoorbeeld nog de ruis van de golven en het fluiten van de vogeltjes, maar bouwt tegelijkertijd voort op een bijna jazzy piano die wordt opgezogen door de beat – en zo golft het allemaal toch richting een subtiel vleugje psychedelica. Alles voelt op Deadbeat namelijk wat minimalistischer aan, maar er zit wel degelijk meer verstopt achter die facade. In “No Reply” voelt de Australiër bijvoorbeeld dichter dan ooit, terwijl “Loser” dan weer klinkt alsof je wegsmelt in asfalt dat al dagen ligt te bakken in de Outback.
Het is met andere woorden een beetje sudderen aan het begin van Deadbeat, maar ook daar zit een goede reden achter. Waar Parker zich nog wat verliest in het experiment bij “Oblivion”, komt hij meteen erna pas echt onder stoom. “Not My World” komt meer dan overduidelijk voortgevloeid uit zijn dj-sets, net doordat het ergens halverwege een glinsterende drop kent waarna het pompen geblazen is. Dat is overigens ook het geval op het bijna acht minuten durende “Ethereal Connection”, dat aan elkaar hangt met een technobeat waar Charlotte de Witte jaloers op mag zijn. Tame Impala gaat van de donkerste krochten van de club tot het hoogste sterrenstelsel en weer terug: dit blijft maar gaan tot je verdwijnt tussen de sterren.
Tussen die sterren valt er meteen ook wat cools te rapen, zoals de meer dan zomerse trip die “End Of Summer” voorstelt, of het ijzersterke “Afterthought”. Die laatste heeft namelijk alles wat we ergens van Kevin Parker verwacht hadden op deze Deadbeat: groovy baslijnen, glinsterende synths, een zekere Daft-Punk-dansen-tussen-de-sterren-schwung die daarbovenop ook nog eens een catchy randje heeft… Maar dat is het dus niet geworden dit keer. En dat hij daarmee alsnog kan vermaken, is een pluim op zijn hoed. Want moet meteen ook gezegd dat deze langspeler op productioneel vlak van gigantische kwaliteit getuigt, alleen doet het gebrek aan songstructuur dat soms wat teniet. “Obsolete” kabbelt bij momenten bijvoorbeeld naar nergens, “Piece of Heaven” voelt iets té lichtvoetig en “See You on Monday (You’re Lost)” is vooral saai. Maar achteraf gezien misschien zelfs slechts enkele voetnoten in een voor de rest prima plaat.
Het is zelfs zo dat we aan het einde van dit schrijven nog ietsje meer overtuigd zijn geraakt van onze stelling hierboven: het kan héél goed zijn dat Deadbeat binnen een paar weken een ster meer heeft vergaard. Misschien komt dat omdat de maatschappij (en dus ook wij) ergens een nieuwe Currents verwacht. Tame Impala is mede daardoor tenslotte uitgegroeid tot een band die het hoogste schavotje op festivalaffiches mag inkleuren en zalen van de grootte AFAS Dome in een mum van tijd kan laten vollopen. Een samenloop van omstandigheden dus, waarbij de waarheid zoals gezegd ergens in het midden ligt – om het cliché er nog maar eens bij te halen. Voor nu is Deadbeat gewoon een coole plaat geworden waarin we een blik krijgen op de persoon die Kevin Parker nu is geworden. Een vader die wil genieten van het leven en zich wil verliezen in de muziek, met invloeden uit zijn nachtleven als dj. En dat hij daarmee een eigen sfeer heeft gecreëerd, is eens zo cool.
Op dinsdag 5 mei staat Tame Impala in AFAS Dome in Antwerpen.
Facebook / Instagram / Website
Ontdek ”Ethernal Connection”, ons favoriete nummer van Deadbeat, in onze Plaatje van de Plaat-playlist op Spotify.