Bert Dockx spendeerde zijn eerste jaren in de muziekwereld bij bands als Flying Horseman en Dans Dans. Sinds enkele jaren heeft hij ook een soloproject. Met een verse tweede plaat op zak, Safe, mocht hij dat project komen voorstellen in Theresia in Gent. Theresia is een zomerbar in de tuin van een voormalig klooster. Mensen nestelden zich er in ligzeteltjes, de latere gasten moesten het minder comfortabel stellen met bierbanken en kerkstoelen. Bert Dockx werd aangekondigd door een enthousiaste man die deed alsof hij voorlas uit de Bijbel. De moraal luidde: ‘De stiltes in de muziek van Bert Dockx zijn misschien wel belangrijker dan de noten zelf.’
Bert Dockx begon met het opbouwende “Pit”. Ondanks de terrasjesfeer en de klingelende glazen in de barstand luisterde het publiek vanaf de eerste kleine noot aandachtig. Wanneer het nummer net begon open te breken, keek Dockx plots paniekerig in het rond en zwaaide hij zijn armen in de lucht. Sneller dan verwacht viel er zo’n stilte waar de host ons warm voor maakte, al was deze meer van de ongemakkelijke soort. De muziek stopte en Dockx’ Antwerpse stem sprak: ‘Euh, er komt rook uit mijn amplifier. Heeft iemand hier nog een versterker bij?’ Na vijf minuten stond de vervanging al klaar en konden ze er écht aan beginnen. Dockx liet zich niet van de kaart brengen en ging gewoon verder waar hij gebleven was.
Het eerste en grootste deel van de set bestond uit een integrale voorstelling van de nieuwe plaat Safe. De warme en heldere stem van Bert Dockx galmde prachtig door de tuin, net zoals de backings van zussen Loesje en Marthe Maieu, die ook zingen bij Flying Horseman. Toch lokten de instrumenten de meeste verwondering uit. Bij momenten leek het alsof Dockx een toneelstuk voerde met zijn gitaar, die hij magistraal bespeelde en bekeek alsof het een levende persoon was. Hij speelde continu met reverb en zat de helft van de tijd op zijn knieën, prutsend aan een loopmachine. De rest van de band zorgde voor een heleboel out of the box geluidsbronnen: van een koebelletje en een blokfluit tot simpel handengeklap dat zodanig werd vereenvoudigd dat het klonk alsof er een heel leger aangemarcheerd kwam. Alles tezamen ontstond er een melancholisch, folkrockig geheel dat soms heel klein en soms heel groots klonk, maar altijd enorm gedetailleerd.
Na de Safe-nummers speelde Bert Dockx zijn bekendste song “Albatross”, een herwerking van Fleetwood Mac. Dockx liet nog maar eens zien wat voor een gitaarmeester hij is. In een lange intro sloeg hij erin om een minimum – maar echt een minimum – aan geluid te produceren met zijn gitaar: een klein piepend nootje hield het publiek stil en aandachtig. Alles leek even heel experimenteel, maar het bleef doordacht overkomen. Wanneer na de lange mysterieuze intro de eerste herkenbare noot van “Albatross” klonk, verschenen de glimlachen in het publiek. Die waren er ook toen Bert Dockx het laatste nummer aankondigde. “Blankets” is een onuitgebracht nummer, dus we mogen ons verwachten aan nieuw materiaal.
De feeërieke tuin van Theresia was de ideale omgeving zijn voor het muzikale detailwerk van Bert Dockx. Met afwisselend stille en luide momenten hield hij het publiek aandachtig. Ondanks een technisch probleem hadden Dockx en zijn band nog steeds alle vertrouwen en concentratie om te spelen met loops en originele instrumenten. Bert Dockx is voorlopig nog twee keer te zien, beide keren weer in openlucht, op BOS! Festival en M-IDZOMER.
Setlist:
Pit
Palmares
Pale Blue Eyes
Big Dreams
…
Home
Lonely Woman
Albatross (Fleetwood Mac cover)
Rake
Shadowplay
Blankets