KASPER: afgaand op het artwork en de albumtitel zou het zomaar als een geboortekaartje kunnen dienen. Het derde pasgeboren kind van het gitaarlegertje uit PXL-Hasselt, alias Statue, klinkt net zoals de baby-metafoor aangeeft: vol van leven, speels, en verrassend. Wij horen een duidelijke twist sinds Calexio Point uit 2015, en durven zonder overdrijven zeggen dat dit hun meest samenhangende langspeler is tot nu toe.
In tegenstelling tot hun vorig werk, waar structuren net iets langer worden uitgerokken en er meer op dreiging wordt gefocust, lijkt er op deze plaat een vrolijke toets in de melodieën te primeren. We botsen telkens op überherkenbare gitaarlikjes, waardoor tracks zoals “K” of “E” afzonderlijk ook perfect tot hun recht komen. Instrumentale albums komen vaak pas volledig tot hun recht in zijn geheel, dat is hier niet het geval. Bovendien zorgt de drukke songwriting voor de drukke vibe die op geen elk moment verveelt. De twee zweverige intermezzo’s “12” en “24” vormen daarvoor het ideale tegengewicht. KASPER blijkt een hyperactieve peuter die iets te veel vitamientjes heeft binnengekregen.
De mixing daarentegen is allesbehalve kinderlijk, maar grof gesneden, scherp, en rauw. Versterkers klinken soms vacuüm samengeperst, of op sterven na dood zoals in “R”. Door het slim uitspelen van de vier gitaristen, met elk hun verschillend klankbord, vindt Statue boven die agressieve mix toch ruimte voor warmte, en daar slagen ze met meer gratie in dan op hun vorige twee albums. Bovendien is de frivole sfeer gelukkig nooit veraf. Het speelse karakter houdt het fris, terwijl de bas en drums de fundamenten vormen zonder in herhaling te vallen.
Statue spint een coherent gitaarweb uit rauwe klanken en opgewekte melodieën, en weet ons nummer na nummer te strikken. We worden van begin tot eind geprikkeld. Als een kleuter met een verse lolly huppelt en tuimelt KASPER aan gevarieerde ritmes en hoeken je gehoorgang binnen, en blijft daar zeker nog een tijdje rondspelen. Klasse!