InstagramLiveRecensies

Lorna Shore @ Ancienne Belgique (AB): Pletwals van lawaai

© CPU – Mathias Verschueren

Als een komeet schoot Lorna Shore naar bekendheid toen de ep …And I Return to Nothingness in 2021 menig metalhart harder deed kloppen. Ondanks dat de band al sinds 2009 muziek maakt, waren de laatste jaren doorslaggevend voor de Amerikanen. Vorig jaar bracht de band het goed ontvangen album Pain Remains uit, en het is nog steeds dat album waar de huidige tour om draait. Het optreden op Graspop trok een volle tent en ook voor het optreden in de Ancienne Belgique was er veel belangstelling. De kaarten vlogen als warme broodjes over de toonbank, wat natuurlijk resulteerde in een uitverkochte AB. Rond 18:00 uur was de zaal behoorlijk vol voor wat een avond vol deathcore moest worden. Maar liefst vier bands op één avond; daarvoor komt een mens wel eens naar buiten.

© CPU – Mathias Verschueren

De Nederlands-Slovaakse band Distant uit Rotterdam opende de avond onder de tonen van Spongebob Squarepants’ themesong. Wanneer frontman Alan Grnja vroeg om een circlepit, deed het talrijke publiek dat zonder morren. Net zoals het publiek van start tot eind lustig rondjes draaide, deden de bandleden dat bijna synchroon. Onder begeleiding van opzwepend gitaarwerk ging het publiek in het midden open, om dan in volle snelheid terug tegen elkaar te springen. Het was de eerste, maar zeker niet de laatste wall of death van de avond; Grnja genoot zichtbaar met volle teugen. De set werd meer dan levendig gehouden door tragere momenten, waarin harde bassen afgewisseld werden met snedig gitaarwerk. De basgitaar klonk stevig door en vormde een mooie harmonie met de dubbele basdrum. Op “Heritage”, dat de band samen met Will Ramos (van Lorna Shore) opnam, kwam de frontman al even piepen op het podium. Het hoge tempo ging tegen het einde toe niet meer naar beneden, de gitaarriffs werden alleen maar snediger. Ramos zag blijkbaar dat het goed was, aangezien het geluidsniveau tot ver boven de legale limiet ging bij zijn blijde intrede. Na een halfuur doorjassen mocht de band tevreden de fakkel doorgeven aan het tweede voorprogramma van de avond: Ingested.

© CPU – Mathias Verschueren

Lang moest het publiek niet wachten, aangezien de band uit Manchester al snel het podium betrad. Het duurde wel even voor het publiek loskwam, Jason Evans’ oproep naar een circlepit werd met dovemansoren ontvangen. ‘Wake up, Belgium’, de frustratie bij Evans was duidelijk merkbaar. Dat de geluidsmix ook niet optimaal was, zou een reden kunnen zijn, al was het vreemd waarom het publiek ineens stokstijf stond. De band gaf zich echter niet meteen gewonnen. Hij stuurde een gigantische wall of death aan, waardoor er direct leven in het publiek kwam; een kans die de band niet liet liggen. Enkele nummers later stond de mix eindelijk op punt en kwam het publiek helemaal los. De rollende bassen, die de haren letterlijk recht lieten staan, boksten de aanwezigen helemaal uiteen. Met een laag, diep gegrom lijmde Evans de verschillende instrumenten aan elkaar. Wat nogal stijf begon, bleek tegen het einde van het optreden plots een steenharde performance.

© CPU – Mathias Verschueren

In de korte rustpauze tussen de eerste en tweede band moest het publiek het nog doen met gewone achtergrondmuziek; na Ingested amuseerde de geluidsman zich kostelijk met enkele metalklassiekers. “Walk” van Pantera werd stevig meegebruld en maakte de massa warm voor het laatste voorprogramma: Rivers of Nihil. De Amerikanen, die al sinds 2009 bezig zijn, kozen voor een andere aanpak. Met een statisch begin smeekte zanger Adam Biggs, in tegenstelling tot de andere bands, niet om circlepits. Doordat de band zo hard speelde, ontstonden die vanzelf, wat resulteerde in een band die zich kosteloos amuseerde. Dat was vooral te zien aan de energie die de mannen op het publiek loslieten, wat opbouwde naar een welverdiende climax waarin de schroeven bijna uit het podium trilde. Dat de geluidsman daarna direct besloot om Bon Jovi’s “It’s My Life” op het publiek los te laten, kwam de sfeer alleen maar ten goede. Na drie supportacts die allen uit hetzelfde vaatje tapten, werd het stilaan tijd voor de hoofdact van de avond.

© CPU – Mathias Verschueren

In een oase van groen licht en engelengezang bleek frontman Will Ramos de noodzakelijke duivel die het hellevuur aanstak. Wie zich op voorhand afvroeg of ’s mans unieke stem ook live overeen bleef, was snel overtuigd. Ondersteund door een strak spelende band vlogen de Amerikanen er direct in en liet Ramos verschillende salvo’s los op de kolkende mensenmassa. Austin Archey wist met snedig slagwerk het publiek wel te bekoren en de oorverdovende bas was de perfecte begeleiding voor alle aanwezigen om mee te headbangen op de muziek. Die muziek klonk buiten steenhard soms ook melodisch en was op z’n sterkst bij de rustmomenten. Even stilte, om dan alle registers terug open te trekken. Boven het geraas van de drums was nog net het gitaarwerk te onderscheiden, als Ramos zijn grunts door de zaal liet knallen, was het de epische mix van emotie die ons omver blies. Bij het aankondigen van “…And I Return to Nothingness” deed die massa er nog een grote schep bovenop en stond wie vooraan plaats had gevat plots achteraan. De zaal bewoog als één levend organisme mee op de muziek, om dan finaal de keel te worden overgesneden door Ramos’ pig squeals.

Wat opviel, was dat de band na enkele nummers steevast het podium verliet, waarna de frontman steeds alleen terugkeerde. Het gaf de menigte een kans om even te bekomen en de boodschap die de langharige zanger bracht, leek recht uit het hart te komen. Hij bedankte het publiek en leek oprecht gelukkig met de kansen die Lorna Shore tegenwoordig krijgt. “Into the Earth” en het nummer dat voor hun grote doorbraak zorgde, “To the Hellfire”, werden luidkeels meegebruld en geen kat die de zanger geloofde toen hij aankondigde dat laatstgenoemde de afsluiter was. Toen de band voor een ‘laatste keer’ het podium verliet, smeekte het publiek om de “Pain Remains”-trilogie, die ze al snel kreeg. De afsluitende pletwals van geluid lieten Ramos’ stembanden nog een laatste keer trillen, waarna hij het publiek nogmaals bedankte en de band voor een laatste keer de coulissen indook.

© CPU – Mathias Verschueren

Iedereen die geniet van keiharde deathmetal en gerelateerde subgenres was gisteren op de juiste plek in de AB, met vier verschillende bands die elk op hun eigen manier het publiek wisten te bekoren. De hoofdact was natuurlijk de kers op de taart, maar de overige drie bands verdienen ook lof voor het geleverde werk. De oorverdovende mix van gitaar, bas en drums, met daarbovenop een flinke dosis grunts, liet niemand onberoerd. Als je vandaag iemand aanspreekt die lijkt alsof hij je niet hoort, dan weet je meteen waar die persoon zich bevond op zondagavond.

Fan van de foto’s? Op onze Instagram staan er nog veel meer!

Setlist:

Welcome Back, O’ Sleeping Dreamer
Of the Abyss
…And I Return to Nothingness
Sun//Eater
Cursed to Die
Immortal
Into the Earth
To the Hellfire

Pain Remains I: Dancing Like Flames
Pain Remains II: After All I’ve Done, I’ll Disappear
Pain Remains III: In a Sea of Fire

140 posts

About author
Alles kan, alles mag.
Articles
Related posts
InstagramLiveRecensies

The Jesus and Mary Chain @ Ancienne Belgique (AB): Heerlijk apathisch

Een maand geleden bracht The Jesus and Mary Chain met Glasgow Eyes zijn fraaie achtste langspeler uit. Voor de broeders Reid was dat…
InstagramLiveRecensies

Cymande @ Ancienne Belgique (AB): Muziek is dé boodschap

Na ruim een halve eeuw krijgt Cymande eindelijk de waardering en erkenning die ze eigenlijk al van meet af aan hadden verdiend….
InstagramLiveRecensies

Kid Kapichi @ Ancienne Belgique (AB Club): Rauw & ongestoord

‘Music scene is crazy, bands start up each and every day’; zong Pavement op “Cut Your Hair”. De visionair Stephen Malkmus had…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.