AlbumsRecensies

Moğollar – Anatolian Sun (★★★½): Verrassende psychrock

Onder auspiciën van producer Murat Ertel (BaBa ZuLa,..) doorploegt de Turkse groep Moğollar, op dit nieuwe, in een mum van tijd opgenomen Anatolian Sun album haar eigen korte, maar explosieve carrière.

Het verhaal van Moğollar is dat van een groep die in een relatief korte tijdsspanne pop, psychedelische folkrock en traditionele instrumenten uit het rurale Anatolië (zoals de yayli tambur – een luitvariant en de bendir, een percussie-instrument) met elkaar wist te verzoenen en zo een nieuwe, erg opwindende sound wist te creëren. En niet onbelangrijk: daarbij enige erkenning uit het buitenland te verkrijgen.

Oorspronkelijk opgericht aan het eind van de golden sixties door keyboardspeler Murat Ses, kwamen er eerst een handvol releases uit onder de Machomongol noemer, waarna het erg innovatieve debuut Anadolu Pop (1971) als een bom insloeg. Helaas maakten de erg woelige politieke omstandigheden het hen niet gemakkelijk en viel de groep uiteen, zodat er vrijwel twee decennia lang niets meer van hen vernomen werd.

Tot een online petitie aan het begin van de jaren negentig leidde tot een herenigingsconcert. De omstandigheden lagen dan ook heel anders. En dat gold ook voor de line-up: zo kwam keyboardspeler Serhat Ersöz erbij terwijl in een nog later stadium ook Emrah Karaca, zoon van Cem, als vocalist / gitarist de doorheen de jaren uitgedunde rangen van het Moğollar ensemble vervoegden.

Het is diezelfde bezetting die de Aarlemse Hartone studios binnenstapte om er met wat hulp van producer/muzikant Murat Ertel (Baba Zula,..) in slechts twee dagen tijd Anatolian Sun op te nemen. Op het programma: de hits van weleer in een nieuw jasje (zo wordt “Gel Gel” nu gezongen door Emrah Karaca, de zoon van Cem) en het afstoffen van enkele net iets minder gekende diamanten uit het Moğollar oeuvre, zoals tijdens het lichtjes naar Led Zeppelin knikkende “Cigrik”.

Moğollar tapt uit verschillende muzikale vaatjes. Zo vind je op Anatolian Sun veelal woeste, stevig uitdijende folkmelodieën (“7-8 9-8”), gespeeld door erg bevlogen muzikanten. Evenzeer vind je er rebelse protestsongs op terug die de grootschalige corruptie door overheid en politie aan de kaak stellen. Zo zou je “Bi’Sey Yapmali” en “Dinleyverin Gari” kunnen beschouwen als de soundtrack van Turkey Lives Matter. Evengoed zijn er momenten van teneergeslagen berusting, zoals onder meer tijdens “Gam Yuku”.

Interessant is hoe je hier directe muzikale verwantschappen kan optekenen met psychedelische generatiegenoten als Pink Floyd, Soft Machine en Can, maar dan met wel een heel eigen Turkse/Anatoolse insteek. Ook met het wat weemoedige geluid van een band als Dirty Three, de groep rond Bad Seeds-violist Warren Ellis is er enige overlap. Dat vind je bijvoorbeeld terug in composities als het dromerige “Buzlar Çözülmeden”, terwijl het door beatmaker J Dilla in de “Intro” van het Welcome To Detroit album gesamplede “Haliç’te Güneşin Batışı” ook bewijst dat deze muziek erg veel creatieve mogelijkheden openlaat.

Anatolian Sun is een wat onconventioneler album, ergens op de wip tussen intieme, bezielde folk en woeste, psychedelische, op Hendrixiaanse leest geschoeide rock, die aangesterkt is door stevige elektrische gitaren, orgels en synths. Prima luistervoer voor zij die graag eens wat andere, meer ongekende oorden willen opzoeken.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.