LiveRecensies

Leffingeleuren 2018, dag 2: Van verstilling in de kerk tot wilde feestjes in de kapel

LiveRecensies

Leffingeleuren 2018, dag 2: Van verstilling in de kerk tot wilde feestjes in de kapel

Equal Idiots – © Leffingeleuren Karen Vandenberghe

Dag twee van Leffingeleuren zit er alweer op. Na de sterke eerste dag werden we opnieuw getrakteerd op een imposante en rijkgevulde affiche waar er veel op te ontdekken viel. Er waren straffe rockbands en hiphopfenomenen en veel meer te bewonderen. Uiteraard was er ook duyster live, het langverwachte evenement in de kerk dat veel volk op de been bracht.

Vito

Wie tijdens Theater Aan Zee in Oostende vertoefde heeft misschien wel gemerkt dat er veel muziekoptredens op verschillende locaties te spotten waren. Een achttal jonge bands en muzikanten speelden er namelijk in alle uithoeken van de stad in het kader van Jong Muziek. Daarbij kwam de frisse en talentvolle band Vito als winnaar uit de bus. De prijs? Een felbegeerd plaatsje op de line-up van Leffingeleuren. Een goede keuze, want gisteren bleek dat De Zwerver een gedroomd podium was voor Vito. De mix van americana en laidback indierock werkte bijzonder goed in deze setting en hun melancholische, maar trefzekere songs gingen vlot binnen bij het publiek. Graag meer van deze podia voor Vito!

Tubelight

Om 15u een podium openen, het is nooit een makkelijke taak, maar iemand moet ze op zich nemen. Op de tweede dag van Leffingeleuren was dit weggelegd voor Tubelight. Ze deden het met de nodige punk, psychedelica en vooral een erg ruwe sound. Dat de tent in het begin nog wat leeg stond, kon hun worst wezen. Ze smeten zich volledig op het podium en wanneer er een orgel in het geheel werd gestopt, hoorden we ook extra dynamiek. Verder waren het vooral de snedige punknummers die ons echt bijbleven, de rest zweefde ons hoofd wat voorbij. Leuke opener van de kapel.

Portland

Portland – © Leffingeleuren Karen Vandenberghe

Deze zomer was er geen ontsnappen aan Portland. De winnaars van De Nieuwe Lichting hebben zowat heel ons land doorkruist en waren te zien op heel wat zomerfestivals. Het was dan ook bewonderenswaardig dat op hun voorlaatste optreden van de festivalzomer De Zwerver nog steeds goed vol stond. Portland blijft aan populariteit winnen, mede dankzij hun uitgekiende radiovriendelijke sound en tonnen StuBru-airplay van “Pouring Rain” en hun cover van Alt-J’s “Mathilda”. De groep weet echter ook een dieper laagje in hun melancholische indiefolk te leggen. Met mooie samenzang, synths en gitaareffecten krijgen de songs subtiele nuances mee. Wat soms minder subtiel was, was de podiumprésence. We kregen tot wel vier keer toe de vraag of alles oké was en de bewegingen op het podium leken ons wat uitgekiend bij momenten. Maar dat zijn slechts details, want gisteren was het overduidelijk dat Portland aan het scoren is met hoe ze nu bezig zijn.

Hilary Woods

Alleen op het podium staan met enkel een gitaar en een synthesizer, dat is niet gemakkelijk. Toch probeerde Hilary Woods ons te boeien door in het begin donker en intiem op haar gitaar te spelen. Het bracht ons wat in hypnose. Als ze daarna haar schoenen uitdeed om op haar piano te spelen, voelde je ook dat ze zoveel mogelijk voeling wilde hebben met haar fragiele muziek. Een moeilijke opgave, ook voor ons, want de tent van de kapel om 16u30 was op zijn zachtst te zeggen niet de meest ideale plaats om van minimalistische en sombere pianomuziek te luisteren. Die ideale plek kreeg Hilary Woods gelukkig wel in de prachtige kerk, waar ze nog een duystersessie speelde.

Boy Azooga

Fijne britpop zonder veel fransjes. Het leek het motto te zijn van Boy Azooga. Het project rond Davey Newington had in De Zwerver heel wat vrolijke muziek meegebracht. Zo hoorden we heel erg leuke, aanstekelijke rocknummers en was er ook plaats voor experimenteren. Dat gebeurde vooral toen de band de synthesizer bovenhaalde. Maar het waren toch de nummers die volledig in de gitaarbezetting werden gespeeld, die het hardst binnenkwamen. Zo hoorden we een subtiele cover van “Runnin’ Down A Dream” van Tom Petty, maar dan in een iets meer fuzzgerelateerde versie. Zo ging ook het einde van de set van start. Sterke riffs en etteloze jams, dat zorgde er ook voor dat het publiek helemaal wild werd. De band zelf was duidelijk ook onder de indruk van het sympathieke Leffinge en konden dat niet genoeg benadrukken. Leuke groep.

Cabbage

In het rijtje van Shame en IDLES kan je makkelijk Cabbage als derde band aanvullen. De groep uit Groot-Brittannië liet de kapel al snel goed vollopen en startte furieus met “Uber Capitalist Death Trade”. Helaas voor hen had de gitarist wel een klein probleempje met zijn instrument waardoor de sound niet zo hard aankwam als de bedoeling was. Na enkele nummers was dit probleem gelukkig verholpen en hoorden we een extra kracht in de muziek terugkomen. Naast de gitaren zijn ook de verschillende stemmen een grote meerwaarde. Het zorgt voor een leuke dynamiek en tegelijk ook een georkestreerde chaos. Cabbage nam af en toe wel eens gas terug om wat donker te experimenteren, maar eens ze hun grote riffs bovenhaalden en een strakke energie lieten wederkeren, waren ze niet meer te stoppen. Cabbage kan zich dus perfect meten met eerst genoemde bands, al zijn zij misschien de meest experimentele van de drie!

Sylvie Kreusch

Sylvie Kreusch – © Leffingeleuren Karen Vandenberghe

Het was verre van de eerste keer dat Sylvie Kreusch op het podium van De Zwerver stond. Een eerste keer als frontvrouw van Soldier’s Heart, een tweede keer als wederhelft van Warhaus en nu voor de derde keer gewoon als Sylvie Kreusch, haar gloednieuw soloproject. Nu konden we horen hoe ze klinkt in haar puurste vorm. Het antwoord was niet al te verrassend, voor wie haar single “Seedy Tricks” al gehoord had: Kreusch klonk sensueel en bij momenten zelfs bezwerend. Daar hadden haar medemuzikanten ook een groot aandeel in. De sfeer die de twee drummers creëerden klonk mystiek, tribaal en zelfs een tikkeltje oosters. Het publiek verloor zichzelf met graagte in de hypnotiserende sfeer van het optreden, maar de extatische finale waarbij Sylvie het publiek dichter lokte om vervolgens haar meest euforische vocals te laten schallen, zorgde dan toch nog voor een deugddoende genadeklap.

Bad Breeding

Wie zijn punk graag scherp, rauw en furieus heeft kon op zaterdag terecht in Café De Zwerver. Daar stond namelijk Bad Breeding, een no-nonsense punkgroep uit het Engelse Stevenage. Al van bij het begin vlogen de gitaren ons rond het lijf en ontbond de frontman zijn duivels. Niet veel later stond hij voor een eerste keer in het publiek te schreeuwen, het was dus te allen tijde opletten geblazen. De rest van de band zorgde voor een strakke en snedige muzikale lijn die constant vol brute kracht werd gebracht. Al waren het vooral de stukken waarin de frontman zich volledig smeet die het meest wisten op te vallen. De instrumentale stukken bleken vooral rustpauzes en dat was nodig. Na de trap te hebben beklommen, het statief te hebben vernietigd en dan nog eens volledig los te gaan in het publiek gaf de band er de brui aan. Kort, maar krachtig zoals een goeie storm hoort te zijn.

duyster live

Het is een tafereel dat we al lang niet meer bij de gemiddelde zondagsmis zien: een lange rij die staat aan te schuiven om een kerk binnen te mogen. Er viel dan ook iets heel bijzonder te beleven. Drie jaar na het stoppen van duyster op Studio Brussel, brachten Ayco Duyster en Eppo Janssen samen met de organisatie van Leffingeleuren nog een keer het spraakmakend radioprogramma terug. Deze keer niet in de vorm van een radio-uitzending, maar wel een belevenis in de kerk. Het was de eerste keer dat deze gebruikt werd op het festival en het diende meteen al voor de gedroomde setting voor dit project. Het was heerlijk om door de luidsprekers duysterklassiekers van o.a Mùm, Tindersticks en Songs: Ohia te horen, maar misschien nog fijner om in aanraking te komen met recentere muziek. Centraal stonden echter de muzikanten die te gast waren. Niemand minder dan The Bony King of Nowhere, Bert Dockx en Hilary Woods kwamen er allemaal een livesessie inclusief kort interview geven. De ideale artiesten op de ideale plaats dus.

De artiest die duyster live mocht afsluiten was Will Samson. De Britse artiest heeft een speciale band met het programma, want zijn muziek werd daar voor het eerst op de radio gedraaid. Samen met violiste Beatrijs De Klerck bracht hij teder gitaarspel, wondermooie en warme zang en subtiele elektronica samen in prachtige melancholische liederen. Naarmate het buiten donkerder werd ontstond er een magische sfeer in de kerk. De mensen werden rustig, er heerste een gevoel van samenhorigheid en het prachtige gebouw vulde zich met warm gekleurde lichten. Een bijzondere ervaring die de aanwezigen niet snel zullen vergeten.

Stikstof

Een klein stukje Stikstof probeerden we op zaterdag ook mee te pikken. De band rond Jazz, Omar G en Astrofisiks veroverde afgelopen zomer bijna alle festivals af en dus kon Leffinge niet ontbreken. Die show was min of meer hetzelfde zoals al hun andere shows. Drie rappers die hun gal spuwen over alles wat niet koosjer is, een flow die heel laidback is en het publiek dat nogal statisch staat te luisteren. Overlast hadden we niet van de show, maar Stikstof mag toch live net dat tikkeltje gewaagder zijn om echt te kunnen overtuigen.

Jimothy Lacoste

Verwarring alom, vlak voor het optreden van Jimothy Lacoste. Het leek er even op dat het fenomeen zich in het publiek had gemengd om selfies te nemen met de fans. Niets bleek minder waar, het ging om een look-a-like die in de gekende Jimothy-outfit (rode broek en vreemd zonnebrilmontuur) enkele mensen te grazen nam. De echte Jimothy Lacoste was er gelukkig ook en die was in staat om het publiek volledig rond zijn vinger te winden. De rapper die met zijn opvallende videos dikwijls viraal gaat op YouTube liet zijn fans zijn leuze (Life is getting quite exciting) meermaals scanderen en zijn bizarre lo-fi hiphopnummers als “Future Bae”, “Subway System” en uiteraard “I Can Speak Spanish” werden flink meegebruld op de voorste rijen. De aanwezigen werden echter helemaal gek toen de Londenaar zijn wilde dansmoves bovenhaalde. Het extatisch optreden was er een waar veel liefhebbers naar uitkeken en anderen zeker verrast en een tikkeltje bevreemd heeft.

Flying Horseman

Wanneer je Flying Horseman op een festival uitnodigt, weet je dat het voor een geweldige ervaring zal zorgen. Dat was gisteren ook niet anders. De band rond Bert Dockx bracht dit jaar hun nieuwe plaat Rooms/Ruins uit en dat was ook live weer een schot in de roos. De groep is dan ook niet verlegen om op het podium alles uit het nummer te slepen. Hoewel de platen bijzonder goed opgenomen zijn, hebben het gevoelsrijk gitaarspel, de stevige ritmesectie en de bezwerende vocals nog dat tikkeltje extra overtuigingskracht op het podium. Daarbij weet de groep alle energie los te laten op verpletterende climaxen, maar zich ook te verdiepen in de meest kronkelige paden van hun muziek. Gisteren was vooral dat tweede het geval. Met het grootste geduld werd er een onverbiddelijke tensie gecreëerd, met als hoogtepunt toch wel het grootse “Night Is Long”. Geen evidente set, maar wel een van onmetelijke klasse.

Prettiest Eyes

Uit Los Angeles komen, garagerock maken en geen band hebben met Ty Segall of Oh Sees, dat is onmogelijk. Dus dat is bij Prettiest Eyes niet anders. De groep tourde al met beide bands en mocht in het café van De Zwerver hun kunnen bewijzen. Dat deden ze op een fuzzy manier, hoe kan het ook anders, maar wel zonder een echte gitaar. Een basgitaar was er, de frontman zat achter de drum en de derde persoon deed het met allerlei effecten. Net al die effecten zorgden er voor dat het leek alsof we naar een volwaardige garageband aan het luisteren waren. De nummers waarin de drummer het tempo richting tweehonderd kilometer per uurde duwde, zorgden voor de meeste euforie in een tamelijk leeg café. Jammer, want de band smeet zich echt volledig en het ging zelfs zo ver dat de drummer op het eind helemaal achterover viel. Spelen tot je er bij neervalt heet zoiets. Californië is weer een garagerock groep rijker en met Prettiest Eyes is het een band met een geheel eigen gezicht.

MDC III

Het meest experimenteel en gewaagd optreden van de avond was toch dat van MDC III. Mattias De Craene (ook bekend van Nordmann) stond er in trio-formatie met maar liefst twee drummers (Lennert Jacobs en Simon Segers). Wat we in de kapel hoorden was jazz die gebracht werd met een ontzettende oerkracht. De ritmes mochten misschien wel speels klinken, maar waren tegelijk geladen met een gigantische intensiteit. De solo’s en subtiele texturen die De Craene daarin deed versmelten waren bezwerend en uitermate verrassend. Hij wisselde dikwijls van instrument en op een gegeven moment kwam er zelfs een buisvormig blaasinstrument tevoorschijn waaruit vreemde grommende klanken kwamen. De saxsolo op het einde van de set maakte het geheel af en deed iedereen uit de roes van dit sterk concert ontwaken.

Equal Idiots

Equal Idiots – © Leffingeleuren Karen Vandenberghe

De laatste Belgische show in een lange tijd. Zo kondigde de groep hun show op Leffingeleuren zelf aan. Wij moesten daar dan ook bij zijn en zagen dat het wel eens nodig zal zijn voor de groep om met vers werk op tour te gaan. De recepten zijn al bijna een jaar hetzelfde gebleven. De volledige debuutplaat er door rammen aan een strak tempo doorsponnen met lekkere solo’s en riffs. Oftewel het fuzzpedaal open en gaan. Daarbij de gekke bekken van Thibault Christiaensen en de krachtige slagen van Pieter Bruurs. Het blijft allemaal wel werken, want in De Zwerver verzorgden ze de eerste grote moshpit van deze editie. Daarnaast namen ze naar eigen zeggen ook afscheid van hun “Ça Plane Pour Moi” cover en dat deden ze geheel in stijl door het nog eens keihard te laten aankomen. De geweldige lichtshow en de herkenbare deuntjes zorgden er voor dat je als publiek niet anders kon dan bewegen en meezingen. Equal Idiots is de populairste Belgische garagerockband en bewees hier nog maar eens waarom ze dat meer dan verdienen. Simpel, maar effectief alles kapot spelen.

Borokov Borokov

Wie na Equal Idiots de kapel in dook, stapte in de gekke wereld van Borokov Borokov. Gewapend met een batterij aan synths deed het viertal de tent op zijn grondvesten daveren met compleet van de pot gerukte hardcore, techno en Hi-NRG. Moest dat nog niet genoeg zijn, is de muziek ook nog eens voorzien van de gekste, maar tegelijk meest eerlijke teksten: “Papiloma is een mooi woord, maar een ziekte, ga je van dood” of “Had ik maar wat meer vakantie / Vrije tijd om weg te zijn / ‘k wil mezelf eens goed verwennen / Een kans om mij te zijn”. De drank vloeide rijkelijk, toeschouwers kropen op het podium en vuilbakken werden de lucht in gehesen. Kortom, weer een normale dag in de wereld van Borokov Borokov: alle remmen los gegooid.

 

Recensies geschreven door Niels Bruwier en Jan Kurvers.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.