AlbumsRecensies

Ponykamp – We Get Along (★★★): Onstuimig en levenslustig

Een klein ommetje langs nonkel Google leert ons dat een ponykamp al snel 300 euro kost. Voor ongeveer twintig keer minder geld kan je je elfjarige dochter echter verrassen met het debuutalbum van het Gentse Ponykamp, en dat is gewoon een veel betere deal. Ponykamp maakte haar debuut in 2018 met een zelfgetiteld ep’tje dat ons destijds overtuigde om het drietal te kronen tot zalm van de maand. ‘Sprookjespunk’ is hoe de band haar muziek zelf labelt, en wie dat maar wat vaag vindt klinken, nodigen we uit voor een luistersessie in de kelder van het peperkoekenhuisje, waar het net zo galmt als de typerende productie die breed uitgesmeerd is over We Get Along. Het is een prettige plaat geworden die, naast het lentegevoel soms wel heel erg aan te wakkeren, heel goed weet hoe ze wil klinken: oprecht, rauw en vrolijk.

Dat je op dit album een paar oude bekenden tegen lijkt te komen, heeft alles te maken met nummers als “Love Song”, “Cool to Know” en “White Deer Park”, die ook al pronkten op de eerste ep van Ponykamp. Hier geen verrassingen dus: de rudimentaire sound die de band hanteert, duwt je in een tijdmachine naar de sixties, waar het fijn vertoeven is tussen een hele horde psychedelische garagegroepjes die als paddenstoelen uit de grond leken te komen. Ouderwets klinkt Ponykamp echter allerminst, alhoewel hun cover art de charmante impressie wekt dat ze zorgvuldig uitgekozen is op de zondagse rommelmarkt.

Waar we nieuw werk te horen krijgen, is op “Papapapapapatricia”. Onthouden hoeveel pa’s er in de titel staan, is beslist moeilijker dan het vol enthousiasme mee te brullen. De diepe, donkere stem van Dimitri De Backer geeft het nummer daarbij een dosis geheimzinnigheid mee die we wel kunnen smaken, en ook de rechttoe rechtaan riff, die wel in meer dan één nummer de volledige ruggengraat is van Ponykamp, spreekt resoluut aan. De vrolijkheid die de groep uitstraalt, piekt trouwens op nummers als “Tip of Her Hair”, waar de hollende bas je helemaal in zijn macht krijgt, en “Girls Bike”. Geen stoere macho-punkers hier, maar bloemenplukkende Disneyrockers die niet schuw zijn van een nummertje over een damesfiets. Vergis je echter niet: de decibelmeter gaat nog steeds de rooie in en de chaos die al echoënd ontstaat rommelt de boel flink door elkaar.

Waar de riem even wat minder strak mag, is op “The Farm”. Geen lijvige punk hier, maar oneindig optimistische rammelrock vol levenslust die gemaakt lijkt om mee te neuriën. We hadden het eerder over een lentegevoel, en dat is dan ook helemaal wat je ervaart wanneer ‘Today is my day!’ weerklinkt. Klinkt het nummer hier en daar een beetje leeg? Ja. Maar het stoort niet. De soms ijle aard van Ponykamp’s nummers draagt, alleszins hier, bij tot het lichtvoetige en opgewekte gevoel dat je ervaart bij het luisteren.

Toch wat meer afwisseling nodig? De intro van “Cheap Flights” laat de sixties even achter zich en onderneemt een generatiesprong naar de eighties. Het iets gedurfdere drumwerk en een prominente rol voor de bas doen je even geloven dat dit het nummer is waarop Ponykamp zijn grenzen verlegt, alvorens de band toch de goedkoopste vlucht terug neemt naar een tamelijk voorspelbare sixties-riff die weliswaar leuk en opzwepend klinkt, maar vooral als iets dat we al een keer gehoord hebben. Daar weet de band op “The Building” gelukkig wat aan te doen. Het klinkt groovy, een beetje surfy zelfs, waarbij Ponykamp de boel heerlijk strak trekt in de tweede helft van het nummer met een krachtige, bitsige riff.

De eerste keer dat we écht onvervalste punk meemaken, is niet op het flangy “Holiday”, dat toch iets te vlak klinkt om zijn hele speelduur te blijven boeien, maar wel op “Pork Flavoured Cereal”. Het tempo schiet hier de hoogte in met dank aan drumster Lynn Claus, die ook de vocals stevig opsmukt als sneeuwwitje van dienst. ‘I want to find the courage to say hi’, klinkt het als stilte voor de storm, waarna alles aan diggelen mag. Beslist een van de betere nummers op het album, waar je je tijdens het mee joelen van ‘chicken and the cow!’ tegelijkertijd idioot en geweldig voelt. Dat Ponykamp kan steigeren, hoor je trouwens ook op “Bar”, een obscuur garagepunknummertje dat buiten het begeesterende charisma van Dimitri je tinnitus ook voedt met een vlezig staaltje gitaarwerk om vol goesting je tanden in te zetten. Hekkensluiter van dienst is “Half-a-Llama”, alweer een boerderijhuisdier dat duidelijk niet graag aan de leiband wil om een ontspannende wandeling te maken. Een laatste keer krijgt de versterker hier een volle laag surfriffs te verwerken, waarna ook dit Ponykamp er weer op zit. Of je elfjarige dochter het ervaren heeft als een wild oorlogspaard? Misschien.

Ponykamp weet meermaals te betoveren met hun eerlijke, rauwe en soms zelfs mysterieuze nummers. We Get Along is echter, hoe onstuimig en levenslustig dan ook, geen album om opnieuw en opnieuw te beluisteren. Daarvoor mist het een tikkeltje afwisseling, en is het met momenten te voorspelbaar. Geen perfect debuut dus, maar wel gewoon een goeie plaat voor iedereen die een reminder nodig heeft dat punk ook vrolijk kan klinken.

Facebook / Instagram

Ontdek nog meer muziek op onze Spotify.

Related posts
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Ponykamp - "The Farm"

Nu zo ongeveer elk ponykamp in West-Europa afgelast is, is de tijd aangebroken voor alle elfjarige meisjes om zich te wenden tot…
Nieuwe singlesOude Bekenden

Nieuwe single Ponykamp - "Girls Bike"

Als de bandnaam je nog niet kon overtuigen, dan wel de beschrijving die het Gentse Ponykamp zelf aan haar muziek geeft: ‘sprookjespunk’….
UitgelichtZalm van de maand

Zalm van de maand: Ponykamp

Dat wij beren niet snel honger zullen lijden, is een understatement. Maandelijks vinden we dozijnen aan talent in onze vi.be oproep. Om…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.