‘Die Band of Gold vind ik echt nice, die John Garcia iets minder,’ grapt iemand voor het optreden aan de ingang. Alle humor ten spijt gaat het vanavond uiteraard exclusief om Garcia, die met zijn frappante, snedige stem al aan het hoofd stond van Slo Burn, Unida en Hermano, maar bovenal ook de haast mythische stonerpioniers van Kyuss. Het self-titled album John Garcia and the Band of Gold,dat begin dit jaar op de rekken verscheen, lijkt bijna bijzaak.
Aan talentvolle stoner rockbands geen gebrek dezer dagen, en dus nam Garcia in zijn kielzog de Canadezen van Dead Quiet mee. Het quintet heeft intussen zijn tweede album uit, en ook op het podium hebben ze al redelijk wat ervaring opgebouwd. Het resultaat is een gelouterd optreden waarvoor het voltallige publiek een uur eerder op post is. Ze zullen er geen spijt van gehad hebben, al is de melodische stonermuziek toch nog net iets te groen achter de oren om een echt feest op gang te trappen.
Daarna is het aan de Band of Gold om de planken op te stappen, op de tonen van “Maggie McGill” van The Doors. ‘Illegitimate son of a rock and roll star’, galmt door de boxen – een fijne allusie naar Garcia. Die laatste blijft evenwel nog even afwezig, terwijl zijn band het zweverige “Space Vato” loslaat op het publiek, tevens de opener van hun laatste plaat. Pas daarna maakt John Garcia onder luid applaus zijn opwachting.
Geen lange haren en zonnebril meer voor de woestijnvos, maar een proper zwart hemd en een gelikt kapsel. Je zou bijna denken dat je naar een nieuwe typetje van Ricky Gervais staat te kijken, tot hij zijn keel opentrekt. Er zit nog geen sleet op de herkenbare stem van Garcia, die met het naar hardrock neigende “Jim’s Whiskers” en “Kentucky II” even de recentste plaat het zonlicht gunt.
Echt enthousiast wordt het publiek pas wanneer Garcia ‘even verder terugkeert in de tijd’. Met “Conan Troutman” en zeker het broeierige “Gardenia” roept hij even de hoogdagen van Kyuss terug op. Het publiek smult. Ook het meer recente “My Everything” en “Chicken Delight” zijn een schot in de roos, en geven Garcia de kans om zijn stem helemaal voorop te stellen.
Toch is het bij momenten moeilijk om je van de indruk te ontdoen dat Garcia aan een (laatste?) ererondje bezig is. Zelf heeft hij er al op gealludeerd dat het nieuwste album wel eens zijn laatste zou kunnen zijn, en ook tijdens het optreden neemt hij uitvoerig de tijd om het publiek te bedanken voor hun aanwezigheid. Ook zijn présence op het podium straalt meer berusting uit dan pure goesting om er nog eens de spreekwoordelijke lap op te geven.
Dat gezegd zijnde werkt hij wel op zijn dooie gemak een rist Kyuss-klassiekers af, waaronder “Hurricane”, “El Rodeo” en op het eind ook “Green Machine” en “Supa Scoopa and Mighty Scoop”, waarvoor hij het gezelschap krijgt van Bruno Févery van het onder meer Arsenal. Garcia deed ooit vocals voor de Belgen, en Févery ging zelfs mee op tour met Garcia als gitarist voor Kyuss Lives!.
Een geslaagd optreden van de peetvader van de woestijnrock, al steunt de zanger grotendeels op verdiensten uit het verleden. Het zal ons benieuwen waar Garcia de komende jaren nog neerstrijkt.