Nieuwe singlesOntdekkingen van "Den Beir"

Interview Kramer: “Eigenlijk zijn we allemaal beestjes”

Jeroen Perceval acteerde al succesreeksen als De Dag en Tabula Rasa, hij schreef D’Ardennen, en speelde in Rundskop waarvoor hij naar de Oscars mocht (!), maar  multitalent leeft zich niet alleen uit met de camera, hij is ook actief bezig met muziek onder zijn artiestennaam Kramer. Wij stelden hem vijf snelle vragen naar aanleiding van zijn nieuw album Beestje dat vanaf 9 november beschikbaar is.

De meeste mensen kennen jou waarschijnlijk enkel van televisie, maar je bent ook met muziek bezig he, vertel eens.

Ik rap al langer dan ik acteer, dus al zo’n twintig jaar. Ik ben daarmee begonnen nadat ik verliefd werd op die muziekstijl en dan begon ik gewoon thuis teksten te schrijven enzo. Ik heb mijn toegangsexamen voor het Herman Teirlinckinstituut ook al rappend gedaan. Daarna hield ik me vooral in mijn vrije tijd bezig met rap, hoewel ik er ook mijn eindwerk mee gedaan heb. Dat was een soort persiflage op de commedia dell’arte en we waren allemaal een personage daaruit. En ik was Harlekino en die rapte dan. En vier jaar geleden heb ik mijn eerste album uitgebracht. Ik had al een hele hoop liedjes liggen, maar ik vond geen goede beats ervoor. Tot mijn toenmalige vriendin mij in contact bracht met een producer en zo is de bal aan het rollen gegaan. Ik heb dat eerste album dan gratis op het internet gezet, omdat ik dacht dat het toch niet veel zou doen, maar blijkbaar was er een liedje “Pa”, en dat deed het wel heel goed. Maar het is niet omdat dat toen een succes was, dat ik nu “Mama” uitbreng op mijn nieuwe plaat. (lacht)

Je maakt ook muziekvideo’s, hoe is dat?

Ja, samen met mijn broer Steven en zijn productiehuis AAPMEDIA maak ik videoclips. Ik maak ze vooral voor mijn eigen muziek, maar mijn broer maakt er ook vaak voor andere mensen. Dat is helemaal anders dan film, omdat je veel vrijer bent. Er is niet zo’n grote opzet en je moet maar drie minuten film vullen, dus dat is compleet anders. Er moet ook niet per se een logisch scenario in zitten. Je kan ook wat freewheelen. Het is heel leuk, maar ik vind het daarom niet per se toffer dan film.

Je hebt het ontzettend druk, nietwaar? Hoe combineer je je rollen als acteur, kersverse vader en muzikant?

Ik blijf altijd bezig. De dagen waarop ik niet film, dan schrijf ik aan m’n film of mijn muziek. Ik vind dat ook leuk. Ik doe al die dingen super graag, het zijn telkens verschillende manieren om mij te uiten. Acteren is gefilterd door een rol, wat ontzettend leuk kan zijn, muziek is veel directer… En natuurlijk hou ik me ook supergraag bezig met mijn dochters. Mijn vriendin is trouwens de koningin van het huis, ze is echt een heldin, ze zorgt super veel voor Cézanne (dochter). Ze blijft ook thuis en ik ga werken, ik breng de centen binnen. Dat is ook hoe ze het wou. De slapeloze nachten gaan aan mij voorbij daardoor.

Jouw nieuwe plaat Beestje komt op 9 november uit, vertel er eens wat over?

Mijn nieuwe plaat heet Beestje, omdat we uiteindelijk toch allemaal beestjes zijn en omdat het over het beestje de mens gaat. Ik weet echt nog niet wat ik ervan mag verwachten, maar ik ben er gewoon echt al heel blij mee. Ik vind het een grote verbetering tegenover mijn eerste plaatje. Er is een goede evolutie op alle gebied en ik hoop gewoon dat mijn plaatje zijn publiek vindt en dat mensen erdoor geraakt worden of het iets losmaakt en er dan af en toe wat volk op mijn concerten is. Dat is echt mijn muzikale natte droom. De nummers op de plaat zijn gebaseerd op wat ik rondom en in mezelf zie. Bij “Selfie” is dat bijvoorbeeld het geval, het gaat over wat ik rond mezelf zie, maar er zit natuurlijk ook wat zelfspot in. Ik heb ook in het nummer “Johnny De Pony” samengewerkt met Flip Kowlier, wat echt heel leuk was. Ik bewonder hem echt als muzikant en hij is zo’n ontzettend goede rapper. Maar het liedje waar ik het meest trots op ben, is “Ik Heb Het Gere”. Ik vind het een vette beat en ik ben enorm blij met de tekst en hoe ik het heb gerapt.

Hoe was het om opnieuw een album te maken?

Ik vond het heel leuk om mijn album te maken. Het is organisch gegroeid, met Stijn Cole, wie een ongelooflijke producer is. We zijn gewoon samengekomen omdat we iets wilden maken en voor we het wisten, hadden we nummers. We zijn twee jaar bezig geweest met deze plaat. Tussen al de andere dingen door. En het is echt enorm leuk om nu mijn plaat na twee jaar naar buiten te brengen. Ik verlang dan ook keihard om op een podium te staan en mijn beestje te tonen aan de mensen. Maar wel op een podium waar mensen mijn muziek kennen, natuurlijk. Niet op een podium op de braderie waar mensen voorbijwandelen en zeggen van “heh wat doe jij?” Mijn allereerste show is trouwens op 7 december in De Studio in Antwerpen, die tickets zijn nu al te koop.

 

 

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.