LiveRecensies

Different Class: De toekomst zit hem in de 90’s

LiveRecensies

Different Class: De toekomst zit hem in de 90’s

Different Class sloeg afgelopen zaterdag de handen ineen met Bar Bricolage. Het Gentse initiatief probeert jaarlijks een voorspelling te doen van wat de volgende (niche) sensatie wordt en is daar al menig maal in geslaagd. Namen zoals Gaika, Kedr Livanskiy en Mykki Blanco hebben al geschitterd op dit bescheiden, maar altijd wakkere festival.

Opener Partners stelde onze concentratie tenminste al direct op de proef. Duo Femke Fredrix en James de Graef fluctueerden tussen vertrouwde techno bassen en surrealistische elektro/akoestische pop (?), maar had moeite er een vloeiend concertje van te maken. De experimentele set deed meer denken aan een happening dan aan een muzikale groep. Als je in je pyjama robotdansjes staat te doen en tegelijkertijd een tondeuse voor de microfoon moet houden is het, hoewel intrigerend, moeilijk er een muzikale set van te maken natuurlijk.

Oklou’s nieuwe werk is poppier dan voorheen, maar de Française was sterk. Overkoepelend is Marylou Mayniel’s R&B-elektronica donker maar zacht, zwevend maar duidelijk. Voor een beetje Arca meets Grimes meets FKA Twigs had ze best wat meer publiek mogen hebben, want ze stelde niet teleur. Misschien ietwat in de geprojecteerde visualisaties van rennende hondjes en bosbrand-doorborende auto’s. “22” en laatste “Friendless waren er twee om extra van te snoepen.

https://www.instagram.com/p/BmWTXpWgsxg/?utm_source=ig_web_copy_link

Sinds Carla Dal Forno het nummer “Fast Moving Cars” losliet op de wereld, is er nog geen slecht woord over haar gesproken. Hoe kan het ook anders, “Fast Moving Cars” holle, diepe en donkere sound maakte plaats voor een universum dat alleen zij in handen had, bewezen op haar debuut You Know What It’s Like (2016). Carla stond dan ook zelfverzekerd met basgitaar en stemgeluid op het podium, maar er was iets mis. Ondanks dat ze haar nummers goed bracht en ook twee interessante covers deed (waaronder Renée’s “Lay Me Down” uit 1982) kreeg ze er geen ‘flow’ in. Op haar sampler stonden haar tracks in hun geheel, gestript van zang en bas, wat er voor zorgde dat het visueel snel eentonig werd en ze het starten en stoppen van de tracks nog niet volledig onder controle had. Hierdoor was het moeilijk wegdromen bij haar muziek, wat het een beetje teleurstellend maakte.

Wat was er gebeurd als in de jaren 90 alle Backstreet Boys leden een instrument in hun handen geduwd hadden gekregen en Michael Jackson met een verkoudheid daaroverheen zong? LISS is het antwoord. Het jonge Deense vijftal startte een beetje statisch. De één met een arrogante kop en de ander met een onzekere bibber in de handen, wat de mannen direct omtoverde tot een schattig menselijk geheel. Elk nummer van de ‘boyband’ is een hit van 25 jaar geleden welke (zeer nasaal) gezongen wordt door frontman Søren Holm die, zonder één keer zijn gelaat te veranderen, ons aanstekelijk aan het dansen brengt. Het publiek eet uit de hand van dit COS-model en terecht. De nummer zijn gelijkend, maar kloppen en zo staan we opeens te zweten op “Always”, “Try”, “Miles Apart” en bekendste “Sorry”.

Of Blue Hawaii nog een te ontdekken band is, daarover valt te discussiëren, maar zij stonden op een verschrikkelijk moeilijke positie op dat moment in het festival. LISS had zojuist de menigte volledige opgezweept tot verdere danslust en de Canadezen hadden de opdracht het publiek vast te houden tot Yves Tumor zijn kunsten kwam vertonen. Als u de groep een beetje kent, zijn ze vooral bekend om hun sombere, zelfs triestige, donkere elektronica die je nodig hebt om de winter door te komen… Geen probleem! Het publiek danste zich kapot op een getransformeerde Blue Hawaii die zich openlijk amuseerde met hun experimentele fase. Na een rondje Tenderness (2017) kregen “Untogether” en “Younger Heart” een tweeluik uitvoering waar Standall’s stemgeluid de verste tonen makkelijk aankan, in welke richting ook. Hoewel de club versies werkten en het dus een goede keuze was geweest, werd het hier en daar een beetje té 90’s en kwamen namen zoals 2Fabiola en Milk Inc soms iets te dichtbij, maar daar leek niemand echt last van de hebben.

Toen Serpent Music uitkwam in 2016, was het genieten geblazen van het twaalf nummers tellende debuut, maar toen een aantal weken geleden de single “Noid” uitkwam was het zeker; Yves Tumor is een muzikale blijver. Met een combinatie van noise, oldschool hip hop (weer 90’s) en poppy zanglijnen wurmt Tumor zich op, over en onder onzichtbare obstakels op het podium. Gehuld in niet meer dan een cowboyhoed, netshirt en jeans slaat hij er zelfverzekerd alle nummers van zijn aankomende album uit (Warp). Enthousiaster, energieker en Queer-tastischer kan de sfeer niet zijn, waardoor men bijna vergeet dat de muziek in zoveel samples en noise gehuld zit dat de geluidsinstallatie de frequenties niet goed kan verdelen en het optreden, zonder oordopjes, niet om aan te horen is. Hierdoor is het hoogtepunt nog niet bereikt voor Tumor die na een half uur merci zegt en van het podium afstruint. Maar he! Met gemasterde tracks had het zeker het beste optreden geweest!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.